Mannelijke infertiliteit en testis ontwikkeling Flashcards

1
Q

hoeveel % van de koppels heeft last van vruchtbaarheidsproblemen, en hoeveel daarvan komt door de man?

A

1 op de 6, 1/3 solitair door de man

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hoe worden in de embryonale ontwikkeling de testes gevormd?

A
  1. gonaden vormen uit mesonefros (door SRY en SOX9 expressie in pre-sertoli cellen)
  2. gonocyten migreren
  3. rond week 7 verliezen gonaden hun bipotentieel
  4. productie testosteron (leydig cellen) en AMH (sertoli cellen) –> differentiatie gangen van Wolff
  5. omzetting testosteron tot DHT –> externe genitaliën
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is het startsignaal van de puberteit?

A

groeien van de testikels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat toont het testicular dysgenesis syndrome aan?

A

dat er een verband is tussen een gestoorde zaadproductie en omgevingsfactoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat kan er gevonden worden bij een verstoorde leydig cel differentiatie?

A

verminderde INSL3 expressie –> cryptorchidisme

androgeen insufficiëntie –> cryptochidisme en hypospadie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat kan er gevonden worden bij een verstoorde sertoli cel differentiatie?

A

verstoorde germ-cel differentiatie –> slechte semen kwaliteit, GCNIS, TGCC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn factoren voor zaadbalkanker?

A
  • precursor laesie
  • genetische factoren
  • epigenetische- en omgevingsveranderingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is de epidemiologie van cryptorchidisme?

A

3-5 op de 100 jongens

in lieskanaal of hoog scrotaal

15% bilateraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is er verstoord bij cryptorchidisme en wat is juist nog intact?

A

verstoorde aanleg en ontwikkeling

intacte functie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is hypospadie?

A

plasgaatje kan op ieder niveau waar de penisschacht huid en de scrotumhuid zich fuseert kan vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

waar wordt naar gekeken bij een LO bij een vermoeden van een vruchtbaarheidsprobleem?

A
  • lengte
  • gewicht
  • habitus
  • de penis
  • de meatus
  • testis
  • epididymis
  • funiculus vas deferens
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

welk aanvullend onderzoek wordt gedaan bij het vermoeden van een vruchtbaarheidsprobleem?

A

bloedonderzoek: functie testes
- LH
- Testosteron
- FSH
- inhibine B

echo scrotum:
- parenchym
- microcalcificaties
- cysten
- hypoechogene laesies
- rete testis
- volume

echo epididymis:
- diameter caput
- aspect tubuli

echo vaten:
- reflux
- diameter toename bij vasalva/staan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat zijn verschillende uitkomsten van de semen analyse?

A
  • normozoospermia
  • oligozoospermia
  • cryptozoospermia (<100.000 spermacellen/ml)
  • non-obstructieve aspermia
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

waar komt het semen uit?

A

60% vesicula seminalis
30% prostaat
5% epididymis
5% testis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat zegt de WHO over de interpretatie van vruchtbaarheid?

A
  • multiparametrisch
  • semen analyse heeft geen normaalwaarden maar referentiewaarden
  • biologische variatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat zijn kenmerken van het klinefelter syndroom?

A
  • extra X-chromosoom
  • testikel volume heel erg klein (2 cc) –> meestal niet vruchtbaar
  • laag testosteron –> eerder in beeld bij de zorg
  • neurologische symptomen
17
Q

welke vormen van de AZF deleties worden onderscheiden en wat is het gevolg hiervan?

A
  • AZFa –> azoospermie
  • AZFb –> NOA
  • AZFc –> oligozoospermie/NOA
  • AZFb+c –> NOA
18
Q

hoe ontstaat een spatader bij de veneuze return van de testikelen?

A

linker veneuze return kan zorgen voor klepinsufficientie –> effect linker- en rechterbal

19
Q

hoe worden spataderen van de testikeladeren onderzocht?

A

zowel staand als liggend, soms vasalva door patiënt nodig

20
Q

wanneer moet er gedacht worden aan anabolengebruik?

A

normaal- of super hoog testosteron, met een laag LH/FSH

zowel bij vruchtbaarheidsproblemen als bij seksuele dysfunctie