Lesdag 1 Flashcards
Hoe noem je het kijken naar processen op verschillende niveaus?
Aggregatieniveau
Hoe noem je het als je mensen kleine delen van het productieproces laat uitvoeren?
Arbeidsdeling
Benoem de aspecten van procesmanagement
- Organisatie
- Normen en regels
- Input en output
- Informatie en communicatie
- Tijd
- Plaats
Hoe noem je het automatisch maken van processen of taken?
Automatisering
Hoe noem je het analyseren van een proces waar alleen in- en output zichtbaar zijn?
Blackboxbenadering
Benoem de aggregatieniveaus van hoog naar laag (6)
- Branchniveau
- Bedrijfstakniveau
- Organisatieniveau
- Afdelingsniveau
- Procesniveau
- Deelprocesniveau
Hoe noem je het vasthouden van geboekte resultaten?
Borgen
Wat is onderdeel van een of meerdere processen?
Deelproces
Benoem de fasen van procesmanagement (6)
- Herkennen
- Analyseren
- (Her)ontwerpen
- Implementeren
- Afstemmen
- (bij/be)sturen
Hoe noem je het het vaststellen waar een proces begint en eindigt?
Herkennen van het proces
Wat zijn de zachte vaardigheden van het proces?
Afstemmen
Wat doe je tijdens het (bij/be)sturen?
Monitoren of het proces nog voldoet aan de juiste criteria en- of de output nog gewenste output oplevert.
Wat wordt gebruikt als hulpmiddel voor bedrijven om kwaliteit van processen en uitkomsten te beheersen?
Kwaliteitsmanagementsysteem (KMS)
Benoem de stappen van de demping-cirkel (wiel van continue verbetering)
- Plan
- Do
- Check
- Act
Hoe noem je het nadenken over kwaliteitsmanagement wat zorgt voor een vast doel van het gehele bedrijf om kwaliteit continue te verbeteren?
Lean production