les 5 Flashcards
1
Q
3 doelen van polijsten
A
- verkrijgen van een glad oppervlak van gebitselementen
- esthetisch; extrinsieke verkleuringen verdwijnen
- tandarts schoon gevoel; stimulatie om gebit schoon te houden
2
Q
4 polijstborstels
A
- rubber polijstcupje –> voor alle bereikbare tandoppervlakken
- penseelborsteltje –>reinigen van fissuren en pitten
- rubber polijstpoint –> interdentaal
- interdentaal borstel
3
Q
polijstpasta hoofdbestanddelen (3)
A
- schuur- of slijpmiddel
- puimsteen, calciumcarbonaat, siliciumdioxide
- water
4
Q
polijstpasta toegevoegde stoffen (4)
A
- glycerine
- zoetstoffen
- smaakstoffen
- kleurstoffen
5
Q
5 contra-indicaties van polijsten
A
- bij patiënten met verhoogd cariës risico –> bestraling hoofd/hals gebied, speekselklieren, xerostomie
- gedemineraliseerd glazuur
- wortelcariës
- zuigfles cariës
- gingiva recessies –> abrasieve polijstpasta’s leggen uiteinden van dentine tubuli bloot; verhoogde gevoeligheid
6
Q
4 technieken om te polijsten
A
- hoekstuk in gemodificeerde pengreep vast houden
- systematisch te werk gaan
- van D naar M
- volg de contouren van de tand
7
Q
4 belangrijke punten tijdens het polijsten
A
- warmte-ontwikkeling vermijden
- irritatie van de pulpa
- gebruik weinig abraderende pasta
- polijst niet langer dan nodig is
