les 10 Flashcards

1
Q

3 functies van tandpasta

A
  • aanslag verwijderen
  • frisse en schone mond
  • therapeutische stof die door de mondholte kan verspreiden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

rol van tandpasta (5)

A
  • tanden poetsen; aangename smaak
  • anti-plaque; onderdrukken van gingivitis
  • tandsteen remmende agens
  • therapeutisch; bestrijden van cariës
  • esthetisch; verwijderen van verkleuringen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

basissamenstelling van tandpasta(6)

A
  • schuurmiddel/slijpmiddel
  • water
  • humectanten; voorkomen uitdroging
  • binders; bepalen dikte van de pasta
  • kleurstoffen
  • bewaarmiddelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

problemen van therapeutische toevoegingen (4)

A
  • toxisch
  • verkleuring van orale oppervlakken
  • slechte smaak en geur
  • verstoring orale evenwicht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

pyrofosfaten

A

zorgen voor reductie tandsteenvorming –> door pellikel vorming te verstoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

3 functies anti-cariës

A
  • reductie van minerale oplosbaarheid
  • inductie van remineralisatie
  • reductie van plaque
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

4 voordelen van mondspoelmiddelen

A
  • reductie van pathogene bacteriën
  • significante reductie van gingivitis/parodontitis
  • geen bacteriële resistentie induceren
  • geen of weinig neveneffecten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

basisingrediënten mondspoelmiddelen(6)

A
  • water
  • alcohol
  • smaakproducten
  • kleuragentia
  • detergentia
  • specifieke antibacteriële agentia
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

bacteriële werking mondspoelmiddel (3)

A
  • binding aan celmembraan van de bacterie
  • binding aan bacteriën in het speeksel
  • binding aan glycoproteïnen uit het speeksel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

3 plaque statussen

A
  • gemodificeerde navy plaque index
  • silness en Loë index
  • Quigley en Hein index
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

ramfjordelementen

A

16, 21, 24, 36, 41, 44

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

3 gingivitis indexen

A
  • sulcus bleeding index –> parallel sonderen
  • gingivitis index van Loë en Silness –> angulair sonderen
  • modified gingival index Lobene–> visueel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

zoete smaak in tandpasta, 2 stoffen

A

cyclamaat en sacharine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

schuurmiddel in tandpasta (4)

A
  • brushiet
  • calciumcarbonaat
  • aluminiumoxide
  • silica
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

antiplaque in tandpasta functie (2)

A
  • helpen bij het losmaken van de plaque

- betere oplossing van smaakcomponenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

CHX

A

chloorhexidinedigluconaat

17
Q

tandsteen

A

opeenhoping van gemineraliseerde dode bacteriën

18
Q

4 antibacteriële componenten van mondspoelmiddelen

A
  • antiseptica –> bacteriedodend
  • antibiotica
  • enzymen
  • niet enxymatische denaturerende agentia
19
Q

neveneffecten van CHX (3)

A
  • bruine verkleuring van tanden, tong en mucosa
  • reversibele aantasting van de smaak
  • vorming van supragingivaal tandsteen
20
Q

nadelen antibiotica mondspoelmiddel (3)

A
  • resistentie
  • kans op surinfecties = superinfectie–> dat betekent dat er een infectie optreedt bovenop of naast een ander ziekteproces
  • kans op overgevoeligheid
21
Q

2 doelen van detergentia

A
  • oppervlakte spanning verlagen

- poetsen vergemakkelijken

22
Q

hoe wordt het poetsen vergemakkelijkt door detergentia?

A

partikels van de plaque worden omgeven door micellen en kunnen makkelijker verwijderd worden