Les 2 Flashcards
an der Tagesordnung sein
aan de orde van de dag zijn
sparen
bezuinigen - bezuinigde - bezuinigd
Sparen, Ersparnis
de bezuiniging
alles über einen Kamm scheren
alles over één kam scheren
etwas aufrecht erhalten
iets op peil houden
jauchend
juichend
jdm die Suppe versalzen
roet in het eten gooien
Ruß
het roet
etwas im Griff haben
iets in de hand hebben
etwas fernhalten
iets buiten de deur te houden
nach und nach, einer wie der andere
stuk voor stuk
nicht so sehr …, aber …
niet zozeer …, maar …
blitzblank
kraakhelder
bevormunden
bevoogden - bevoogdde - bevoogd
Summe, Addition
de optelsom
Unterernährung
de ondervoeding
erfinderisch, durchdacht
vernuftig
bis auf …
op … na
sich an etwas heranwagen
zich aan iets wagen - waagde - gewaagd
Stadtbewohner
de stedeling
Allesfresser
de omnivoor
Becher (zB Butter)
het kuipje
Bevormundung
de betutteling
bevormunden
betuttelen - betuttelde - betutteld
Gehalt, Anteil
het gehalte
rechtfertigen
rechtvaardigen - rechtvaardigde - heeft gerechtvaardigd
einstellen, nachstellen, anpassen
bijstellen - stelde bij - heeft bijgesteld
Übereinstimmug, Konsens
de consensus
dagegen ist nichts einzuwenden
daar valt niets op af te dingen
afdingen - dong af - heeft afgedongen
feilschen, herunterhandeln
afdingen - dong af - heeft afgedongen
Streben, Bestreben
het streven
vergeblich
vergeefs
kurzum, nun ja
enfin
auflegen, auferlegen (Regel, Meinung, Aufgabe), auftragen, (auf)stapeln
opleggen - legde op - heeft opgelegd
anfangen zu, beginnen zu
beginnen aan/met - begon - is begonnen
Bedürfnis haben nach
behoefte hebben aan
gehören zu
behoren tot - behoorde - heeft behoord
vertraut sein mit
bekend zijn met
Interesse an etwas haben
belangstelling hebben voor iets
einmischen, hineinreden
(zich) bemoeien met - bemoeide zich - heeft zich bemoeid
etw beschließen/entscheiden
besluiten tot iets - besloot - heeft besloten
aus (etw) bestehen
bestaan uit - bestond - heeft bestaan
vorgesehen für, gedacht für
bestemd voor
ertappen, erwischen (bei)
betrappen op - betrapte - heeft betrapt
schützen vor
beveiligen tegen - beveiligde - heeft beveiligd
(jdn) bewegen zu
bewegen tot - bewoog - heeft bewogen
sich etw bewusst sein
zich bewust zijn van
besessen sein von
bezeten zijn van
beschäftigt sein mit
bezig zijn met
beitragen zu, förderlich sein
bijdragen tot - droeg bij - heeft bijgedragen
im Besitz sein von
(in het) bezit zijn van
besorgt sein um
bezorgd zijn over/om
an etw sparen
bezuinigen op - bezuinigde - heeft bezuinigd
zu jdm/etw beten
bidden tot - bad - heeft gebeden
froh sein über
blij zijn met
böse sein auf
boos zijn op
einen Kommentar zu etw abgeben
commentaar geven op
Beileid aussprechen bezgl.
condoleren met - condoleerde - heeft gecondoleerd
erschließen/schlußfolgern aus
concluderen uit - concludeerde - heeft geconcludeerd
mitmachen bei, teilnehmen an
deelnemen aan - nam deel - heeft deelgenomen
zerteilen in (zB halbieren, dritteln, etc)
delen in (twee, drieën, etc) - deelde - heeft gedeeld
teilen durch
delen door - deelde - heeft gedeeld
denken an
denken aan/om - dacht - heeft gedacht
nachdenken über
(na)denken over - dacht - heeft gedacht
dienen als
dienen tot - diende - heeft gediend
verrückt sein nach
dol zijn op
zwingen zu
dwingen tot - dwong - heeft gedwongen
jdm zustimmen
(het) eens zijn met
für jdn eintreten, jdn verteidigen
opkomen voor - kwam op voor - is opgekomen voor