Les 2 Flashcards

1
Q

Visuele agnosie

A

Gewaarwording werkt, waarneming niet meer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Zichtbare spectrum

A

Tussen 400 en 700 nm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Golflengte

A

Afstand tussen 2 golven van lichtstralen. Verander je de golflengte, verander je de kleur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Lichtintensiteit

A

Het aantal fotonen dat een bepaald punt bereikt. Hoe meer fotonen hoe intenser het licht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe werkt een kleur zien?

A

De zon schijt op een broek en wij zien blauw. De broek absorbeert alle kleuren en kaatst het blauwe terug

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Cornea

A

Transparant buitengedeelte van de voorkant van de oven (hoornvlies)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kamervocht

A

Vloeistof tussen cornea en lens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Pupil

A

Opening in de iris

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Iris

A

Spier om de pupil die de kleur van je oven bepaald.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Glasachtig lichaam

A

Vloeistof binnekant ook

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Retina/netvlies

A

Achterkant oog, hier worden objecten geprojecteerd. Bevat foto receptoren die lichtenergie omzetten in elektrochemische signalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Lens

A

Achter de iris, is adaptief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Ciliaire spier

A

Maakt de lens bol en hol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Kegeltjes

A

Kleur, 7 miljoen, beter bij hoge lichtintensiteit, bevatten zich in de fovea (gebied waar je scherp mee ziet)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Staafjes

A

Beweging, 12 miljoen. Beter bij lage lichtintensiteit. Bevinden zich rond de fovea

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Binoculair zien

A

Zien met linker en rechter oog