Les 16: Sprookje Flashcards

1
Q

Hoe verder sprookjes gemaakt

A

Ze werden in oorsprong mondeling overgeleverd het waren volksverhalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Volkssprookjes

A

Ze zijn heel oud en werden mondeling overgeleverd. Dat zorgde voor vele varianten van het verhaal. Deze sprookjes werden dan verzameld en opgetekend door de Duitse gebroeders Grimm.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Cultuursprookjes

A

Werden geschreven door 1persoon en zijn veel recenter: populair in romantiek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar waren sprookjes oorspronkelijk voor bedoeld

A

Voor volwassenen en bevatten soms gewelddadige en erotische passages. Pas later kwam er een diverse bewerking en vertaling voor kinderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Kenmerken van sprookjes

A

*onbepaalde plaats/onbepaalde tijd
*magie en fantasie
*personages zijn vlak
*Happy end
*veel herhaling,vaste formulering en getallensymboliek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Onbepaalde plaats/tijd

A

Ze beginnen vaak met ‘Er was eens,in een land hier ver vandaan’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Magie en fantasie

A

Sprekende dieren, kabouters, heksen,feeën, prinses/prins

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Personages zijn vlak

A

Het uiterlijk verwijst vaak naar zijn innerlijk (heksen zijn lelijk en slecht)
(Prinses is mooi en goed)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Happy end

A

Slechte personen afgestraft, en andere leven nog lang en gelukkig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Veel herhaling, vaste formulering en getallensymboliek

A

Spiegeltje, spiegeltje aan de wand, Drie biggetjes en Zweven dwergen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly