Leereenheid 3 Open Universiteit Flashcards

1
Q

Wat is een agentschap?

A

Een orgaan naar Europees publiekrecht dat zich van de instellingen van de Unie onderscheidt, rechtspersoonlijkheid bezit en vergelijkbaar is met een zoo naar Nederlands recht. Agentschappen bezitten in wisselende mate bevoegdheden tot het nemen van individuele besluiten. Bevoegdheden die evenwel niet zover reiken dat sprake is van van de uitvoering van discretionaire bevoegdheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn call back-mechanismen?

A

Dit zijn de in artikel 290, lid 2 VWEU opgenomen twee toezichtmogelijkheden op de aan de Commissie gedelegeerde bevoegdheden op grond van artikel 290, lid 1 VWEU, waarmee het gedelegeerde formeel (dus onafhankelijk van de inhoud) wordt begrensd:
- het Parlement of de Raad kan besluiten de delegatie in te trekken
- de gedelegeerde handeling kan pas in werken indien het Europees Parlement of de Raad - binnen de in de wetgevingshandeling gestelde termijn - geen bezwaar heeft gemaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is comitologie?

A

Samenwerkingsprocedure op grond waarvan de Commissie bij de vaststelling van de uitvoeringsmaatregelen moet samenwerken met comités van nationale experts die door de Raad zijn ingesteld (artikel 291, lid 2 VWEU jo. Comitologie-verordening - Verordening 182/2011.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een conventie?

A

De bijeenroeping van vertegenwoordigers van de nationale parlementen, staatshoofden of regeringsleiders van de lidstaten, het Europees Parlement en de Commissie die plaatsvindt als de Europese Raad besluit dat een gewone verdragswijziging moet worden besproken. De Conventie neemt het voorstel tot herziening van het verdrag in overweging en neemt bij consensus een aanbeveling aan ten behoeve van de Conferentie van vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten (artikel 48, lid 3 VEU).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een democratisch deficit/tekort?

A

Het gebrek aan democratische legitimatie van de besluitvorming binnen de Europese Unie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn gedeelde ambten en mandaten?

A

De in het Europees bestel aan te treffen dubbele functies, zoals de functies van bijv. de rechterlijke macht die zowel een nationaal als Europeesrechtelijk mandaat bevatten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is gedeeld bestuur?

A

De binnen de EU bestaande deling van bevoegdheden, ambten, mandaten en instrumenten die typisch is voor een coöperatief federaal systeem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn gedeelde bevoegdheden?

A

De bevoegdheden die door de EU en de lidstaten worden gedeeld en die vallen onder artikel 4 VWEU.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn gedeelde instrumenten?

A

De rechtsinstrumenten van de EU (zoals bindende handelingen, verordeningen en richtlijnen) die de nationaalrechtelijke sfeer/de nationale rechtsorde delen met de autonome sfeer/autonome rechtsorde van de EU en waarvoor op beider gebied moet worden opgetreden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een gedelegeerde handeling?

A

De aan de Commissie overgedragen bevoegdheid om niet-wetgevingshandelingen van algemene strekking vast te stellen ter aanvulling of wijziging van bepaalde niet-essentiële onderdelen van een wetgevingshandeling overeenkomstig het bepaalde in artikel 290 VWEU.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een intergouvernementele conferentie?

A

Een Conferentie van vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten die in onderlinge overeenstemming de in de verdragen aan te brengen wijzigingen dient vast te stellen (art. 48 lid 4 VEU).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is institutionele autonomie?

A

Met het begrip institutionele autonomie wordt gedoeld op de relatieve vrijheid van de lidstaten in de eerste decennia van de Europese samenwerking om zelf een methode te kiezen om EU-wetgeving te operationaliseren. Tegenwoordig worden handhavings- en andere operationaliseringsmaatregelen steeds vaker geharmoniseerd (d.w.z. dat de wetgeving met elkaar op Europees niveau in overeenstemming wordt gebracht).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de noodremprocedure?

A

Een in het leven geroepen ‘lidstaat beschermende’ procedure die in een aantal verdragsbepalingen is opgenomen en waarmee een gewone wetgevingsprocedure kan worden geschorst teneinde de in geding zijnde ontwerpmaatregel voor te leggen aan de Europese Raad (bijv. art. 82 lid 3 VWEU).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is Unietrouw?

A

Het in artikel 4 lid 3 VEU vastgelegde beginsel van loyale samenwerking op grond waarvan zowel instellingen als lidstaten elkaar dienen te respecteren en steunen bij de vervulling van de Unietaken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat wordt verstaan onder een verdragswijziging?

A

De wijzen waarop, conform artikel 48 VEU, EU-verdragen kunnen worden aangepast. Deze wijzen zijn onder te verdelen in een gewone en een vereenvoudigde herzieningsprocedure.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waarin verschilt delegatie op EU-niveau van delegatie van regelgevende bevoegdheid in Nederland?

A
  1. De mogelijkheid om wetgeving aan te vullen of te wijzigen kennen we in Nederland niet.
  2. De voorwaarden die aan delegatie worden gesteld, zijn op Europees niveau strenger (materiële voorwaarden en call back-mogelijkheden) dan op Nederlands niveau (delegatie moet alleen zo concreet en nauwkeurig mogelijk worden begrensd).
17
Q

Wat betekent operationalisering van EU-wetgeving?

A

Dit is het treffen van nationale maatregelen om de effectiviteit van het EU-recht te waarborgen.

18
Q

Waarin valt het bestuur van de EU te onderscheiden?

A
  1. Politiek bestuur (Europese Raad en in mindere mate de EC (recht van initiatief)): loopt voor op wetgeving
  2. Uitvoerend bestuur:
    a. De lidstaten
    b. De EC
    c. De Raad
    d. Agentschappen
    Uitvoerend bestuur is ondergeschikt aan wetgeving
19
Q

Uit welke twee componenten bestaat de uitvoering van het bestuur?

A
  1. Vaststelling van concrete beschikkingen/besluiten
  2. Vaststelling van rechtshandelingen van algemene strekking.
20
Q

Waarom ligt het gebruik van de term ‘federatie’ zo gevoelig in de EU?

A

Federalisme komt voor in verschillende vormen, maar kenmerken zijn dat het: 1) staten zijn en 2) om een systeem gaat waarbij wetgeving, bestuur en rechtspraak zijn verdeeld over meerdere niveaus. Het tweede aspect is van toepassing op de EU, maar het eerste niet. De lidstaten willen niet worden gezien als deelstaten van de EU.

21
Q

Is het terecht dat de term ‘Grondwet’ in EU-verband gevoelig ligt?

A

Ook hier heerst de angst van een superstaat, maar aangezien de EU openbaar gezag uitoefent, moet dit gezag worden beperkt en beheersbaar worden gemaakt. Daarvoor is een grondwet nodig en is het begrip in deze zin bevrijd van zijn rechtstatelijkheid en niet problematisch.

22
Q

Kunnen Verdragen worden gezien als een soort constitutie?

A

Ja, volgens het HvJ in het arrest Les Verts.

23
Q

Welke twee soorten gezag kunnen worden onderscheiden in het federalisme?

A
  1. Self rule (eigen gezag)
  2. Shared rule (gedeeld gezag)
24
Q

Welke soorten Uniebevoegdheden zijn er?

A
  1. Exclusieve bevoegdheden (art. 3 VWEU)
  2. Coördinerende, ondersteunende en aanvullende bevoegdheden (art. 6 VWEU)
  3. Gedeelde bevoegdheden (art. 4 VWEU)
25
Q

Wat is coöperatief federalisme?

A

Dit is samenwerking tussen het gezag op de verschillende niveaus om het geheel te laten functioneren. De EU is hier een voorbeeld van, waarbij lidstaten het EU beleid uitvoeren maar ook opereren in de uitvoerende en wetgevende macht.

26
Q

Waar komt het verband tussen gedeeld recht en de grondrechten duidelijk naar voren?

A

Artikel 6, lid 3, VEU

27
Q

Op welke wijze komt het gedeelde recht in de interne markt tot uitdrukking?

A

Via de rule of reason. De kern hiervan is vastgelegd in het recht van lidstaten en het EU-recht conditioneert deze slechts.

28
Q

Noem gevallen van gedeeld recht die in de leerstukken te vinden zijn.

A
  1. Leerstuk van de voorrang. In Van Gend & Loos en Costa/ENEL oordeelde het HvJ dat er bij de EU sprake is van een autonome rechtsorde en leidde daaruit de voorrang van het Unierecht af.