Lecture week 3 Flashcards

1
Q

Waar moet je op letten bij het horen van kinderen?

A
  1. Kind moet zich op zijn gemak voelen
  2. Leeftijd en ontwikkeling
  3. Tempo
  4. Kinderen zijn gevoelig voor suggestie
  5. Compliance
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe hou je rekening met de leeftijd en de ontwikkeling van het kind?

A

Bijv: ontwikkeling verbale vaardigheden
→ Stel geen ingewikkelde vragen, hou het kort
→ Geen moeilijke woorden
→ Lastig ook: kinderen geven niet altijd wanneer ze iets niet begrijpen
→ Stem af op eigen woordgebruik (namen geslachtsdelen)

Bijv: cognitief
→ Causale verbanden lastig, evenals motieven anderen (Theory of Mind): het kind
moet zich kunnen verplaatsen in een ander
→ waarom vragen zijn moeilijk: het kind kan het anders opvatten → motief geven is lastig

Denk ook aan gedrags- of ontwikkelingsstoornissen
→ ADHD: impulsief, snel antwoorden voordat nadenken, risico op onjuiste verklaringen groter
→ LVB: komen heel wijs over, maar als verhoorder moet je inspelen op lagere IQ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe kan er rekening gehouden worden met het tempo bij het horen van kinderen?

A

→ Rustig tempo
→ Beperkte aandachtsspanne: Duur verhoor: gemiddeld 1,5 uur
→ Blijf steeds goed contact houden (sensitief)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt compliance in?

A

Kinderen willen het graag goed doen en is gespitst op wat je zou willen horen. Ze gaan mee in het verzoek van degene die voor ze zit. Het kind zegt wat het eigenlijk helemaal niet vind. Met de leeftijd neemt dit af bij kinderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn dus de do’s en dont’s voor het horen van kinderen?

A

Geen
→ sturende vragen, suggestieve vragen en herhalen van dezelfde vragen
→ druk uitoefenen door te snel, te onduidelijk, te strak verhoren
→ complimenten op inhoud geven

Wel
→ open vragen
→ rust en tempo van kind volgen
→ vriendelijk en neutraal reageren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe kan een gesprek het beste beginnen?

A

Free recall stimuleren

eerst algemene invitaties, daarna gerichte invitaties. Dus niet meteen concrete vragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Geef een voorbeeld van een algemene invitatie en een gerichte invitatie.

A

Algemene invitatie: “vertel me eens alles over….”
Soms zijn kinderen “klaar”, terwijl verhoorder meer wil weten
→ Gerichte invitatie inzetten: “je vertelde net over…. Vertel me daar eens alles over…”

Met name effectief bij jonge kinderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is confirmation bias?

A

De neiging om informatie te zoeken of te filteren die onze opvattingen en vermoedens bevestigt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen falsifiëren en verifiëren

A

Falsifiëren → zoeken naar feiten + omstandigheden die de beschuldiging ontkrachten (ontlastend)

Verifiëren → zoeken naar feiten + omstandigheden die de beschuldiging bevestigen (belastend)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn veel voorkomende alternatieve scenario’s in zedenzaken?

A
  • De getuige heeft het verhaal verzonnen
  • Misverstand: uitspraken of gedragingen van kind zijn verkeerd uitgelegd
  • De getuige is wel misbruikt maar niet door verdachte
  • Er is minder of meer gebeurd
  • Verhaal van kind/getuige ontstaan door beïnvloeding (bewust of onbewust)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Voor wie is het scenario model?

A

Voor getuigen <12 jaar + verstandelijk beperkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Geef een omschrijving van het scenario model.

A
  • Gestructureerde werkwijze met vaste onderdelen
  • Afgestemd op getuige in tijd, taal, tempo
  • Gericht op betrouwbare verklaring
  • Gericht op vergaren van belastend en ontlastend bewijs (feiten + omstandigheden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het uitgangspunt van het scenario model?

A

Free recall

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe werkt het scenario model?

A
  • Kind verklaart → Scenario A
  • Kind verklaart niet → alternatieve vragen → Scenario B
  • Kind verklaart (nog steeds) niet → inbrengen voorinformatie → Scenario C
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wanneer wordt een kind niet meer gehoord

A

Wanneer het kind al te veel bevraagd is en wanneer het voorval te lang geleden was.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Tot welke leeftijd wordt de groep ‘kwetsbare getuigen’ gedefinieerd?

A

12 jaar

17
Q

In welke scenario’s mag een kind complimenten gegeven worden tijdens het verhoor?

A

Er mag een compliment gegeven worden over de moeite die een kind doet en niet de informatie die het kind geeft.

18
Q

Wat kan een interviewer doen bij gevoelens van twijfel over de gegeven informatie?

A

Falsificatie en confrontatie