Landschappen van de Britse eilanden Flashcards

1
Q

The Dartmoor Reaves

A

Oudste fieldsystem, de heuvels zijn bedekt met hoogveen en op de flanken lagen uitgestrekte percelen uit de bronstijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Cultuurfases

A
  1. The Celtic Expansion (6e-3e eeuw v. Chr.)
  2. Romeinse tijd (43-400 na Chr.)
  3. Anglo-Saxon settlement of Britain (450-625 na Chr.)
  4. De vikingen (789-899 na Chr.)
  5. The Norman Conquest (1066-1080 na Chr.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

The Celtic Expansion

A

Uitbreiding van taal en materiële cultuur vanuit kerngebieden van de Hallstatt en La Téne culturen richting Oost-Europa, de Britse eilanden en het Iberisch schiereiland (6e-3e eeuw v. Chr.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Romeinse tijd

A

Bezet tot aan Hadrians wall en later tot aan Antonine Wall. Hieruit voort komt het wegenpatroon, forten, steden (Londinium) en oppidum (opvolgers hillfort)
(43-400 na Chr.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Anglo-Saxon Settlement of Britain

A

Grootschalige immigratie van Germaans sprekende kolonisten vanuit de Deense, Duitse en Nederlandse Noordzeekust naar de oostkant van Engeland. Gevolg: opkomst Old English, germaanse plaatsnamen, acculturatie met de Britons en de Britons zijn verdreven naar de Zuidwestrand en naar Bretagne (FR) en Gallicië (SP)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

The Ancient Countryside

A

Medieval piecemeal reclamation
Kleinschalig landschap
Onregelmatige perceelsvormen
Heggen als relicten van het bos
Verspreide boerderijen en gehuchten
Veel voetpaden en prehistorische monumenten
Stap voor stap bosontginningen
IJzertijd t/m Middeleeuwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Planned countryside

A

Grootschalig landschap
Planmatig ontgonnen landschap.
Van openfield landschap naar enclosed landschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Akeren

A

Het uit de boom slaan van eikels in de bossen zodat de varkens dit van de grond kunnen eten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Pannage

A

Het recht voor het hoeden en voeden van varkens in het bos met eikels die uit de bomen zijn gevallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Den

A

Middeleeuwse bosweide voor varkens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

The Norman Conquest

A

De Franse Normandiërs veroverden Engeland
Kasteelbouwperiode (Motte and Bailey)
1066-1080 na Chr.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Motte and Bailey

A

Motte = Kasteelheuvel met verdedigingstoren
Bailey = Met palissaden omheinde ruimte
10e-12e eeuw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Jacht van de Normandische koningen

A

De Normandische koningen riepen vele bos-, heide-, veen- en berggebieden uit tot royal forest, hier heerste de forest law (Foreestrecht).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Cistercian Monastries

A

Grote kloosters door Normandiërs gesticht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Monastic Grange System

A

Een uithof (argrarisch bedrijf van een klooster)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Tijdlagen Engels landschap

A

Pre-Keltisch, Keltisch, Latijn, Oud Engels, Oud Noors, Normandisch Frans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Green

A

Brink, open groene vlakte in een dorp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Ridge and Furrow

A

Bolle akkerbedden die ontstaan door het ploegen met een keerploeg met vaste rister in de volle en late Middeleeuwen. De Furlongs zijn onderverdeelt in stukken van ca. 200x10m
Voordeel: goede ontwatering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Enclosures

A

Gesloten heggenlandschap met stenen muurtjes.
Vanaf de 16e eeuw kreeg het ontstaan van kleinschalige landschappen in West-Europa een stimulans vanwege de grootschalige omschakeling van akkerbouw naar veehouderij en de daarmee gepaard gaande omschakeling van open fields naar enclosures

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Fases enclosures

A

Fase 1: Tudor Enclosures (16e-17e eeuw)
Fase 2: Parlimentary Enclosures (18e-19e eeuw)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Tudor Enclosures

A

16e-17e eeuw
Grootschalige omzetting van openfields naar enclosures met schapen.
Vaak afgedwongen door lokale landlord.
Door bevolkingsafname in de Late Middeleeuwen was er minder arbeid per ha nodig.
Veel nederzettingen en boerderijen diende te verdwijnen bij de reorganisatie
Veel sociale onrust
Patroon heggen vaak onregelmatig
Gevarieerde samenstelling van heggen en houtwallen: veel soorten bomen en struikene

22
Q

Parlimentary Enclosures

A

18e-19e eeuw
Grootschalige omzetting van common grazing lands naar enclosures
Afgedwongen door het parlement
Vaak grootschaliger en rechtlijniger dan de Tudor enclosures
Heggen meer uniform van samenstelling

23
Q

Agrarische revolutie

A

Vóór en tijdens de Industriële revolutie
1700-1850 na Chr.
Specialisatie en intensificatie van de landbouw
Gewasrotatiesysteem
Nieuwe soorten ploegen en technieken
Waterafvoersysteem
Infrastructuur

24
Q

Industriële revolutie

A

1760-1840 na Chr.
Grootschalige kanalenbouw voor afvoer producten uit de industrie
Aanleg doorgaande wegen gefinancieerd door tolhekken vanuit de overheid

25
Q

The Black Country

A

Het landschap van de vroege industralisatie (18e eeuw)

26
Q

Schotland

A

Bestaat uit lowlands in Zuid-Schotland en de Highlands in Noord-Schotland. De Highlands vallen onder het oudste gebergte uit d Caledonische fase

27
Q

Brochs

A

Ronde stenen torens uit de IJzertijd, langs de kust te vinden

28
Q

The Picts

A

Keltisch sprekend volk dat tussen de 3e-10e eeuw Schotland bewoonde (Pictland)

29
Q

Vikingen in Schotland

A

Vanaf de late 8e eeuw veroverden de Vikingen uit Noorwegen de Shetlands, Orkneys en de noord- en westkust van Schotland

30
Q

Invloed van de Normandiërs op Schotland

A

Hoewel de Normandiërs Schotland nooit veroverden, is het land o.l.v. King David I wel sterk genormandiseerd in de 12e eeuw:
Invoer feodale stelsel
Bouw van kastelen
Stichten van nieuwe kloosters
Aanleg Royal Burghs (door de koninge gestichte steden 12e-18e eeuw, Edingburgh)

31
Q

Scottish Clans

A

Vanaf de 11e-12e eeuw zijn aan tal van streken in Schotland dominante familiegroepen (clans) verbonden. Traditioneel voelden vele in de streek zich verbonden met deze clan.Veel familienamen in Schotland, Engeland en de VS stammen van deze clans af

32
Q

Run-rig farming

A

Middeleeuws systeem van akkerbouw op smalle strookvormige percelen die de heuvel op liepen. Elke boer kreeg een strook en na een aantal jaar werden de gebruiksrechten van deze stroken herverdeeld

33
Q

Shielings

A

Nederzettingen van hutten (shielings) in de Schotse hooglanden die vroeger in de zomermaanden werken gebruikt voor het weiden van koeien en schapen (transhumance)

34
Q

Hunting estates

A

De Europese elite kwam naar Schotland voor de jacht. Ook de Britse koninklijke familie
Jachtlandschap

35
Q

Highland Clearances

A

Om politieke en economische redenen heeft de elite van Schotland in de late 18e en vroege 19e eeuw besloten om grote delen van de Scottish Highlands vrij te maken van nederzettingen en kleinschalige cultuurlanden. Dit betekende het einde van de Highland culture en de clan-structuur.
In plaats daarvan is door de grootgrondbezitters op grote schaal gestart met de traditionele commerciële schapenteelt.
Duizenden highlanders weken uit naar andere streken of emigreerde naar Amerika

36
Q

Crofting

A

Een direct resultaat van de Highland Clearances, het vervangen van het oude communale runrig-systeem.
De verhuur van kleine stukken land (2-5ha) aan kleine boeren (crofters) door grootgrondbezitters op de Highlands
Grootschalige ontbossing

37
Q

Crofters

A

Boeren die kleine stukken land (2-5ha) huurde van grootgrondbezitters.
Ze bouwden kleine huizen op de grond en deelden vaak met andere crofters de begrazingsrechten van hogere gronden

38
Q

Ierland

A

De geologische ondergrond van Ierland is ontstaan tijdens de Caledonische gebergtevorming, sterk afgesleten door erosie.
Tijdens de laatste ijstijd is het land volledig bedekt geweest met landijs, hierdoor veel ijstijdverschijnselen zoals drumlins, eskers, osars, kameterrassen, u-vormige gletsjerdalen

39
Q

Machairs

A

Grasvlakten op kalkrijk duinzand dat bij westerstormen over een veenlaag en de rotsen van het achterland heen is gewaaid en daar gunstige omstandigheden creëerde voor nederzettingen en graslanden

40
Q

Blanket bogs

A

Hoogveenpakket in gebieden langs de Atlantisch kust dat niet alleen in de lagere kommen maar ook over heuvels heen is gegroeid. Dit komt doordat de bodem water ondoorlatend is en het klimaat zeer nat is.

41
Q

Raised bogs

A

Veenkoepels, te vinden in het centrale deel van Ierland.

42
Q

Vorming van het veen

A

De hoogveenvorming is gestuurd door het klimaat, maar ook door de mens. Door het ontbossen stijgt het grondwater waardoor een natter landschap ontstaat

43
Q

Crannógs

A

Vroeg-Middeleeuwse houten nederzettingen van de elite op kunstmatige huizen (op palen in het water) in een meer.
5e-9e eeuw

44
Q

Ringforts

A

Ontstaan in de Vroege Middeleeuwen
Een verdedigbare woonplaats met boerderij van de aristocratie op de heuveltop

45
Q

Christianisering Ierland

A

Zeer vroeg gekerstend (5e-6e eeuw)

46
Q

Irish dry stone wall landscape

A

Weinig bomen in het landschap waardoor de percelen begrensd worden met stone walls. Dry omdat de zonder cement worden gebouwd maar worden gestapeld. Van de prehistorie tot heden, ca. 400.000 km aan stonewalls

47
Q

Anglo-Norman Conquest

A

Tijdens interne oorlogen tussen verschillende Ierse koningkrijken schoot in 1169 King Henry II van Engeland te hulp en veroverde vervolgens heel Ierland. Nieuwe heersers bouwden tal van kastelen, moated sites, planmatig aangelegde steden, voerden het feodale stelsel in en vernieuwde de landbouw.
Ierland bleef katholiek in tegenstelling tot Engeland, dit leidde tot grote conflicten tussen beide landen.

48
Q

The Great Famine

A

1845-1852
Extreme terugval van de aardappeloogst door de aardappelziekte. Gevolg: 1 miljoen doden, 2 miljoen emigranten en massale landverlating van het platteland

49
Q

Lazy beds

A

kleinschalige beddenbouw met de spade door kleine boeren voor aardappelen (18-19e eeuw)

50
Q

Clachan and rundale system

A

Clusters van familiebedrijven (Clachans) omrings door gemeenschappelijk akkerland dat verdeeld is in het rundale systeem.
Afgegrensd door een muur (infield)
Outfield gebruikt voor begrazing/turfwinning