Kant Flashcards
1
Q
Wat is onze persoonlijke toegang tot het geweten volgens Kant?
A
Rede
2
Q
Wat is onze zelfbeoordeling volgens Kant?
A
Geweten
3
Q
Welke twee perspectieven komen in Groundwork naar voren?
A
Het dat en het wat van de moraal.
Het is niet empirisch aantoonbaar
Dat: egoïsme steeds mogelijk is
Wat: question begging + inductieprobleem
Dus: moraal moet a priori volgen uit de rede.
4
Q
Hoe ziet de moraal eruit (Kants handelingenleer)?
A
Wil: vermogen om o.b.v. principes te handelen
Principe: voorstelling van wet
Rede: levert voorstellingen van wetten
De wil is dus PRAKTISCHE REDE (vermogen tot redelijk handelen)
De menselijke wil is imperfect (rede levert wet als gebod).
5
Q
Wat is het categorisch imperatief?
A
- Wetmatigheid/universaliteit
- Als eis gesteld aan de maxime van de handeling
“Handel alleen zoals je zou willen dat het een universele wet zou zijn”