HS1 Flashcards

1
Q

Stressor

A

Stimulus die homeostatisch evenwicht bedreigt. Stressvol bij: onvoorspelbaarheid (angst) en oncontroleerbaarheid (depressie).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Stressrespons

A

Lichamelijke en mentale reactie op stressor om homeostatisch evenwicht te herstellen. Kan adaptief/maladaptief zijn, en acuut/chronisch.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Homeostase

A

Handhaven van stabiele, constante lichamelijke condities door variërende externe invloeden. Vaste setpoints voor fysiologische parameters.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Allostase

A

Fysiologische stabiliteit door je lijf aan te passen aan wat de omgeving van je vraagt. Variabele systemen binnen een bepaalde range (geen vaste setpoint)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Allostatic load

A

De belasting die het lijf ervaart door herhaalde allostatische reacties. Het lijf raakt uitgeput en komt niet terug op het adaptieve setpoint.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Allostatic load index mediatoren, primair en secundair

A

Primair:
- Cortisol (HPA) !!
- Catecholamines (EP !!, NE) SNS
- Autonome controle (RR, HRV) ANS
Secundair:
- Cardiovasculair: bloeddruk !!, hartslag.
- Immuunsysteem (cytokines)
- Metabolisme
- Cholesterol !!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Objectieve metingen van stress

A

Cortisol, HRV, hartslag, bloeddruk, ontstekingswaarden, PEP (sympathische activatie), huidgeleiding, doorbloeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Subjectieve metingen van stress

A

Zelfrapportage vragenlijsten (perceived stress scale PSS)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly