Hoorcollege 7 Flashcards

1
Q

SES

A

Sociaal economische status - de resources die je tot je beschikking hebt, de materiële en sociale hulpbronnen die je hebt in je directe omgeving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

SES wordt gemeten door:

A

Individueel SES: opleiding, beroep, inkomen
Buurt SES: veiligheid, criminaliteit, voorzieningen
Subjectieve SES

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Gezondheidseffecten SES

A

Kinderen en adolescenten uit gezinnen met een lage SES hebben twee tot drie keer vaker psychosociale problemen, zoals externaliserende problemen, depressie, drugsgebruik.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Intergenerationele overdracht SES

A

Een kind dat opgroeit in een gezin met een lage SES, groeit ook op tot een volwassene met een laag SES.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

SES –> hersenstructuur & ontwikkeling –> gedrag en leren

A

In dit model zijn er twee kernmechanismen:
Stress - kinderen in een gezin met een lage SES ervaren meer stress dan kinderen in een gezin met een hoge SES
Cognitieve/talige stimulering - kinderen in een gezin met een hoge SES, krijgen meer stimulering van hun ouders dan dat kinderen dat krijgen in een gezin met een lage SES

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Noble & Giebler model

A

Positieve relatie tussen SES en witte stof (hersengebieden die gerelateerd zijn aan de ontwikkeling van taal, EF en lezen), waarin hoge SES een mogelijke buffer kan zijn voor neurobiologische risico’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Child directed speech (CDS)

A

Praten met een hoge stem en duidelijk contact maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Joint attention

A

De gedeelde focus van twee individuen op hetzelfde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Stress acceleration hypothesis

A

Stress doet het lichaam en de hersenen sneller rijpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Developmental support hypothesis

A

Het kind past zijn aan aan zijn/haar omgeving, als er n de omgeving meer wordt gevraagd om volwassenheid zal het kind uit de kindrol stappen en de volwassenrol aannemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Rosen et al. Model van stress en stimulering

A

In dit model wordt onderscheid gemaakt tussen twee aspecten van cognitieve stimulatie, namelijk: interactie met de verzorger (talige input, onverdeelde aandacht) en de complexiteit van de omgeving. De cognitieve stimulatie heeft invloed op de breinontwikkeling, wat vervolgens invloed heeft op de EF van kinderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Effecten beeldschermgebruik

A

Mogelijke positieve effecten: afname aandachtproblemen, toename letterkennis, trainen van leervaardigheden. Mogelijke negatieve effecten: meer overgewicht, meer slaapproblemen, slechtere EF en motorfuncties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Relatie beeldschermgebruik en witte stof

A

Hoe langer het beeldschermgebruik, hoe slechter de witte stof integriteit –> lagere scores op taal, ontluikend lezen en EF

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly