Hoorcollege 3

Question 1

Hebbiaans leren

Answer 1

Wanneer onze hersenen iets nieuw leren, worden neuronen geactiveerd en verbonden met andere neuronen, waardoor er een neuraal netwerk wordt gevormd. De verbindingen beginnen zwak, maar elke keer dat het stimulus wordt herhaald wordt de verbinding sterker.

Question 2

Random neuronenpatroon

Answer 2

De relaties tussen de knooppunten zijn random tot stand gekomen. Hoge globale efficiëntie, lage lokale efficiëntie.

Question 3

Small-world neuronenpatroon

Answer 3

Hoge globale efficiëntie en hoge lokale efficiëntie, knooppunten worden hier hubs genoemd omdat ze veel verbindingen hebben.

Question 4

Lattice neuronenpatroon

Answer 4

Lage globale efficiëntie, hoge lokale efficiëntie. De relaties tussen knooppunten zijn goed geordend.

Question 5

Selectiedruk vs. integratie

Answer 5

Er is zowel reden voor selectie - het brein is een kostbaar orgaan, verbruikt veel energie. Als reden tot integratie, informatieverwerking moet efficiënt gaan. Deze druk kan worden opgelost met small-world neuronenpatroon.

Question 6

Zone van naaste ontwikkeling (ZNO)

Answer 6

Het aanspreken van het kind op een niveau dat net buiten bereik is van wat een kind op eigen kracht kan.

Question 7

Spiegelneuronen

Answer 7

Dezelfde neuronen vuren wanneer een handeling/emotie wordt geobserveerd als wanneer deze handeling/emotie zelf wordt uitgevoerd

Question 8

Spiegelneuronen handelingsmogelijkheden

Answer 8

Dezelfde neuronen vuren wanneer je bijvoorbeeld een handelbaar object ziet als wanneer je zelf een handeling uitvoert.

Question 9

Spiegelnetwerken

Answer 9

Het is niet maar een neuron dat vuurt wanneer een handeling wordt uitgevoerd maar een heel netwerk aan neuronen

Question 10

Mind reading

Answer 10

Spiegelneuronen worden gebruikt om het gedrag van anderen te begrijpen en te voorspellen, om hier vervolgens adequaat op te kunnen reageren.

Question 11

Joint intentionality

Answer 11

Het coördineren van gedrag en samenwerken aan een gezamenlijk doel