hoorcollege 6: Optimale omvang overheid Flashcards

1
Q

kasbasis

A

hoeveelheid overheidsuitgaven in een bepaald jaar zijn gebaseerd op de begroting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

transactiebasis

A

aankopen in dat jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

effecten inflatie op schuldontwikkeling

A

positief: schuld is minder waard (noemereffect), bbp groeit sterker dan inflatie. schuldquote gaat naar beneden, schuld wordt kleiner
negatief: beleggers in staatsobligaties eisen hogere vergoeding voor rente, rente stijgt hierdoor en rentelast stijgt op je schuld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

3 problemen van de public choice theory

A
  1. budgetmaximalisatie: zo veel mogelijk budget naar ons/mij
  2. stemmmenmaximalisatie: zorgen dat je zo groot mogelijk wordt om het idee ook uit te voeren, dan moet je wel eens ideeën aanpassen
  3. conflictminimalisatie: noodzakelijk oom goed geoliede machine te blijven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

rol minister van financiën

A

budget in toom houden.
ministers moeten zelf compensatie vinden voor overschrijdingen van de begroting, als minister hier niet aan voldoen door bijzondere omstandigheden worden andere minsters geconfronteerd met dit probleem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is het prinicipal agent model

A

agency kosten: preventie kosten (handelsruimte agent beperken) + inspectiekosten (agent controleren) = consequentiekosten: verslies in welvaart for principaal als gevolg verschil tussen feitelijke keuze agent en beste potentiële keuze voor de principaal.
“De principaal-agenttheorie, ook wel het lastgever-agenttheorie, is de situatie waarin een persoon of organisatie – de agent – de bevoegdheid heeft beslissingen te nemen namens een andere persoon of organisatie – de principaal. “

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

arrow paradox

A

stemmen niet altijd optimaal resultaat bvb door agenda manipulaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

waarvoor begrotingsafspraken

A

politici beschermen zich tegen de ongebreidelde groei van de collectieve sector

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

kosteneffectiviteitsanalyse

A

doeltreffendheid en doelmatigheid prioriteit ( effect wordt bereikt met hoogste efficiëntie mogelijk)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

profijtgedachte

A

overheidsactiviteiten dienen betaald te worden door ondernemingen die profijt hebben aan de activiteiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

privitarisering

A

overhevelen overheidsactiviteiten naar de marktsector
- extern te verzelfstandigen (afstoten overheid/uitbesteden taken)
- ontmanteling overheidsmonopolies
- intern verzelfstandigen (agentschap)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

effecten privatisering

A
  1. efficient omhoog
  2. kwaliteit dienstverlening omhoog
  3. kostenbesparing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

rendenen privatisering

A
  1. lagere maatschappelijke kosten
  2. minder bureaucratie
  3. meer efficientie
  4. verbetering kwaliteit dienstverlening
  5. genieten en betalen beslissingen liggen in 1 hand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly