Hoorcollege 11 Flashcards
Virtual communities
Wat is een virtual community?
Porter (2004): Mensen die interacteren rondom een gedeelde interesse door middel van technologie. Het is (deels) online. Er zijn ook sociale normen en waarden in de online community.
Dus een virtual community is een online sociale groep.
Voorbeelden zijn: fans van Taylor Swift, mensen die geïnteresseerd zijn in de Hema, ouders die op forums zitten, fans van voetbalclubs zoals PSV of WhatsApp groepen voor bijvoorbeeld scholen of familie uitjes. Deze communities zitten bijvoorbeeld op Instagram, Facebook, WhatsApp of in games.
Deze communities kunnen leuk en gezellig zijn, maar ook gevaarlijk zoals pro ana (anorexia) sites. Hier kunnen mensen zelfs aan overlijden.
Wat is een sociale groep?
Een sociale groep is een groep waar leden samen geclassificeerd worden op basis van sociale of psychologische factoren. In de groep, is er een mate van een onderlinge connectie en onderlinge afhankelijkheid tussen de leden. Mensen helpen elkaar of steunen elkaar.
Sociale groepen kunnen ontstaan door:
-Attachment ten opzichte van mensen/groepsleden
-Attachment ten opzichte van een groep in zijn geheel
Attachment ten opzichte van mensen/groepsleden
Je vind iemand leuk en je word vrienden en je vormt een groep (interpersoonlijke aantrekkelijkheid) (common bond = veel persoonlijke aantrekkingskracht)
De grootte van de groep is ook een indicatie van het type groep. Grote groepen zijn vaker common identity en kleine groepen zijn vaker common bond.
Attachment ten opzichte van een groep in zijn geheel
Sociale identificatie
(common identity = er is al een bestaande identiteit en daar identificeer je je mee)
De grootte van de groep is ook een indicatie van het type groep. Grote groepen zijn vaker common identity en kleine groepen zijn vaker common bond.
Wat zijn virtual settlements?
Het platform waarop jij kan interacteren. Waar de interactie gebeurt.
Om te spreken van een virtual community moet er spraken zijn van sociale relaties op een digitaal platform (virtual settlement).
Global village
Global village is dat alles en iedereen met elkaar verbonden kan zijn. Massamedia nemen de tijds- en plaats barrières van de menselijke communicatie steeds meer weg waardoor mensen op mondiale schaal kunnen communiceren. De wereld is in een dorp veranderd.
Internet globaliseert communicatie door mensen over de hele wereld met elkaar in verbinding te brengen.
(Cyber)balkanization
Gebieden splitsen zich op in politieke groepen, of geloofs groepen, of groepen die het in ieder geval niet met elkaar eens zijn. Dat is Balkanization (Balkanisatie).
Mensen willen zich in groepen begeven en kunnen vijandig worden naar andere groepen.
Cyberbalkanization is dat mensen online ineen vallen in subgroepen. Dus mensen met gedeelde interesses interacteren altijd met elkaar binnen de subgroep, en interacteren weinig met mensen buiten de subgroep.
Door de komst van het internet ontstaan er steeds meer interest groups en mensen komen steeds minder in aanraking met ‘andere’ mensen met andere interesses. Mensen interacteren met subgroepen maar niet met de rest van de wereld.
Dit is dus het tegenovergestelde van de global village.
Toch is dit niet een geheel nieuw concept. Vroeger was er verzuiling. De samenleving was opgedeeld in subgroepen. Iets soortgelijks gebeurt nu ook online.
Voordelen en nadelen van virtual communities
Online hoef je niet gelijktijdig in gesprek te zijn om een gesprek te hebben. Dus communities kunnen verdeeld worden door tijd. Je hoeft ook niet op dezelfde plek te zijn om interactie te hebben. Je kan je virtueel op veel verschillende plekken bevinden.
Maar als je niet gelijktijdig of op dezelfde plek hoeft te zijn als de ander kun je anoniem zijn. Iemand weet niet direct wie jij bent. Je kan je ook anoniem voelen. Dit is een cruciaal verschil tussen online en offline.
Anonimiteit kan ook voor gedragsverandering zorgen. De groep dynamiek kan beïnvloed worden door anonimiteit.
Er zijn drie nadelen:
-Disinhibitie
-Deindividuatie
-Polarisatie
Disinhibitie
Doordat mensen zich anoniemer voelen, maken ze zich minder druk om zelf-presentatie en oordelen van anderen. Er zal niks veranderen in hun dagelijkse leven. Ze zullen niet gestraft worden. Disinhibitie is onremming, dus ze zijn ongeremd. Dit kan leiden tot asociaal gedrag zoals schelden of hatelijke comments verspreiden. (Maar de ongeremdheid kan ook positieve effecten hebben, mensen kunnen zich veiliger voelen om hun verhaal te delen online. Ze kunnen bijvoorbeeld vertellen over hoe ze gepest werden en steun vinden online. Het is heel erg context afhankelijk. Hoe je die ongeremdheid inzet is aan de gebruiker)
Deindividuatie
Anonimiteit zorgt voor een afname van self-awareness (de mate waarin je bewust bent van jezelf). Mensen zien zichzelf en anderen niet meer als individu maar als groepslid (confomity (bijvoorbeeld, je bent met reschoppers en gaat jezelf als relschoppers zien dus je gaat rellen), en voelen zich meer beschermd door de groep (reduced responsibility). Dit kan leiden tot onwenselijk en gewelddadig gedrag. (Maar deze processen kunnen ook een positief effect hebben. Als mensen sociaal gewenst gedrag vertonen in een groep kan dat positief uitpakken, bijvoorbeeld mensen die geld inzamelen voor dieren of het klimaat willen redden)
Polarisatie
Gedragingen en meningen extremiseren. Door anonimiteit via deindividuatie kunnen mensen uit dezelfde groep hun mening versterken. Als mensen het allemaal met elkaar eens zijn kan de algemene mening versterkt worden. Mensen passen zich aan naar de meerderheid van de mening in de groep. De mening wordt extremer. Door anonimiteit wordt dit versterkt omdat je jezelf meer als de groep ziet en minder als individu.
Echokamers
Dit zijn sociale kringen/virtual communities waarin gelijkgestemden oververtegenwoordigd zijn. Mensen die het allemaal met elkaar eens zijn komen samen en ‘echoën’ elkaars ideeën. Dezelfde meningen worden herhaald en er komt geen nieuwe informatie binnen.
Jij bepaalt je echokamer. Je zoekt zelf mensen op die dezelfde ideeën hebben zoals jij. Mensen doen dit omdat mensen zich het liefst blootstellen aan informatie die aansluit bij jouw eigen overtuiging (confirmation bias). Ze willen niet het tegenovergestelde horen. Bijvoorbeeld jij vind dat klimaatverandering door de mens komt, dus je zoekt alleen informatie op die daar mee instemt en geen informatie die zegt dat klimaatverandering niet door de mens komt. Ook omringen we ons sociaal graag met mensen die dezelfde ‘’belief systems’’ en interesses hebben (homophily). Deze gelijkgestemden zullen waarschijnlijk onze gedachtes en meningen bevestigen.
Filtterbubbels
Ongeveer hetzelfde als de echokamer, maar doordat het online is wordt het versterkt door het algoritme. Het algoritme maakt een comfortabele luchtbel waar alleen behaaglijke inhoud wordt weergegeven. Zonder dat je er bewust naar hebt gezocht, kom je dus vooral meningen en nieuws tegen die je wereldbeeld bevestigen, terwijl andere perspectieven zijn weggefilterd.
Hier bepaalt het algoritme wat je ziet (op basis van je gedrag).
Zorgen sociale media voor meer filter bubbels en echokamers?
Sociale media kunnen voor meer filter bubbels en echokamers zorgen. Maar het kan ook offline plaatsvinden. Mensen zoeken inderdaad informatie op die hun belief systems bevestigen, maar dat doen (en deden) ze net zozeer offline als online. Er is zelfs bewijs gevonden dat algoritmes zorgen voor meer diversiteit in plaats van minder.
Voor mensen die al geradicaliseerd zijn kunnen online echokamers en filterbubbels hun meningen wel versterken en voor meer van dit soort communities zorgen.
Maar het ligt er ook echt aan hoe je sociale media gebruikt.
