Hoofdstuk vetzuren Flashcards

1
Q

Chemische structuur vetzuren

A

vetketen + methylgroep ( CH ) + carboxylgroep ( zuurgroep COOH )

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Uit wat bestaat de vetketen ? Wat kenmerkt het vetketen ?

A

C atoom + H atomen

hydrofoob , vetoplosbaar, niet-polair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat betekent polaire stof ?

A

Polaire stoffen mengen zich gemakkelijk met andere polaire stoffen. wateroplosbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat betekent niet-polaire stoffen ?

A

niet - polaire stoffen mengen zich niet gemakkelijk me polaire stoffen, maar wel met niet-polaire stoffen , vetoplosbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Uit wat bestaat een zuurgroep ( carboxylgroep )

A

COOH

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Uit wat bestaat een methylgroep ?

A

CH3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

UIt hoeveel c atomen kan een vetketen bestaan ?

A

4 c atomen = boterzuur tot 22 c atomen DHA (docosahexaeenzuur)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Mierenzuur en azijnzuur zijn ook vetzuren ! Wat is het verschil ?

A

Ze zijn wateroplosbaar .

1 tot 2 c atomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat betekent onverzadigd vetzuur ?

A

Een c atoom heeft 4 elektronen die ene binding kunnen aangaan met andere atomen . Als al de c atomen met 4 H atomen gebonden zijn dan is dat een verzadigd vet, als er c atomen slechts gebonden zijn met 1 H atoom en 2 c atomen dan is er een elektron vrij van een c atoom , dat maakt het vetzuur meer reageerbaar met andere atomen .

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Met wat reageren onverzadigde vetzuren met hun vrij elektron van een c atoom het liefste ?

A

Met waterstof ( H) , zuurstof (O) , hydrofiel (OH) en sulfydil ( SH)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke soorten onverzadigde vetzuren kennen we rekening houdend met het aantal dubbele bindingen ?

A

mono ( 1)
poly of meervoudig ( 2+) ,
superonverzadigd ( 5-6)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe komen oliën voor in de natuur ?

A

vetzuren met 2 of meer dubbele bindingen , maar steeds een enkele binding tussen de dubbele bindingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een methyleengroep ?

A

CH2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een geconjugeerd vetzuur ?

A

dit zijn de vetzuren waar de dubbele bindingen afgewisseld worden met enkele bindingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is cis configuratie ?

A

Dit zijn de natuurlijke vetzuren . Hier liggen de H atomen van de c atomen met dubbele binding aan dezelfde kant van de keten. Zo trekken de H atomen elkaar aan en vormt er een knik in de vetketen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is trans configuratie ?

A

De h atomen van de dubbele binding liggen aan tegenovergestelde kant . Hierdoor trekt de vetketen zich recht . Dit is onnatuurlijk en wijzigt de ftie van het vetzuur . He t onverzadigd vet gedraagt zich als een verzadigd vet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat zijn transvetzuren ?

A

geharde plantaardige olien

gehydrogeneerd plantaardige olie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat betekent gehydrogeneerd ?

A

De omzetting van een onverzadigd vet naar een verzadigd vet door toevoeging van waterstof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat veroorzaken transvetten ?

A

hart en vaatziekten
verlaagd testosteron
verlaagde detoxificatie lever
verstoring werking cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Som de verzadigde vetzuren op !

A
boterzuur of byruvaat
caprinezuur of decaanzuur
caprylzuur of octaanzuur
laurinezuur
myristinezuur
Palmitinezuur 
steartinezuur
archidezuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Geef de mono onverzadigde vetzuren ?

A

palmitoleinezuur

oleinezuur (oliezuur)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Essentiele vetzuren ?

A

linolzuur

alfa linoleenzuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Geef de meervoudige onverzadigde vetzuren ? ( omega 6 )

A

linolzuur ( LA)
gamma linoleenzuur ( GLA)
dihomo gamma linoleenzuur ( DGLA)
archidonzuur (AA)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Geef de omega 3 vetzuren

A

alfa linoleen zuur ( ALA)
stearidonzuur
eicosapentaeenzuur (EPA)
docosahexaeenzuur (DHA)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Welke voedingsmiddelen bevatten verzadigde vetten ?

A

stearinezuur ( rund, schaap, varken, cacao en sheaboter )
boterzuur (boter , aangemaakt in darmbacterien uit vezels)
palmitinezuur ( kokosolie, palmolie, palmpitolie )
archidezuur ( pinda)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Welke voedingsmiddelen bevatten mono onverzadigde vetzuren ?

A

omega 7 : palmitoleinezuur ( duindoornolie )

omega 9 : oleinezuur ( olijven, amandelen, avocado , cashew, macadamia, pecannoten, boter , dierlijk vet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Welke voedingsmiddelen bevatten MOV ( omega 6) ?

A

linolzuur ( plantaardige oliën , noten, zaden, pitten )
gamma linoleenzuur ( GLA) (teunisbloemolie , borage olie , zwarte bessenzaadolie)
dihomo gamma linoleenzuur ( DGLA) (moedermelk)
archidonzuur (AA) 5vlees , melk, kaas , eieren )

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Welke voedingsmiddelen bevatten omega 3 vetzuren ?

A
-alfa linoleenzuur (ALA) 
(vlaszaad , perilla olie, walnoten, waterkers, hennepzaad, chiazaad, sojabonen, donkergroene bladgroenten , algen )
-stearidonzuur ( SDA) 
(zwarte bessenzaad )
- eicosapentaeenzuur (EPA)
- docosahexaeenzuur (DHA) 
( schaaldieren, vis , algen )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Welke zijn de MOV ?

A
De omega 6 vetzuren 
linolzuur
gammalinoleenzuur
dihomo gamma linoleenzuur
archidonzuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Welke zijn de superonverzadigde vetzuren ?

A

EPA en DHA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Welke zijn de mono onverzadigde vetzuren ?

A

omega 7 en omega 9

palmitoleinezuur , oleinezuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Wat is een belangrijke ftie van linolzuur ?

A

essentieel vetzuur + nodig bij aanmaak van andere vetzuren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Wat is belangrijke ftie van GLA?

A
  • Komt nauwelijks in voeding voor
  • wordt gevormd uit linolzuur
  • co factoren zijn magnesium, vitamine B6, niacine, zink, selenium, vitamine C, vitamine E
  • enzym delta-6-desaturase is noodzakelijk om GLA te vormen
  • remt ontstekingen, allergie, auto immuniteit
  • nodig voor het maken van prostaglandine A1
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Wat zijn de fties van archidonzuur ?

A
  • activeert ontstekingsfactoren
  • spiergroei
  • activeert ontstekingen in de hersenen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Wanneer maken we te veel archidonzuur aan ?

A
  • bij te hoge inname linilzuur
  • bij ontbreken delta - 6 desaturase enzym
  • bij ontbreken vit B6 die zorgt voor aanmaak DGLA uit GLA . Bij tekort wordt er eerder archidonzuur aangemaakt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Waarom is de aanmaak van prostaglandine E1 en E3 belangrijk vanuit linolzuur en alfa linoleenzuur ?

A

Prostaglandines E1 en E3 zorgen voor :

  • remming ontstekingen
  • remming ongecontroleerde celdeling
  • voorkomen bloedklonters
  • voorkomen allergie en auto immuniteit
  • verhoogt immuniteit
  • verbetert hersenfuncties
  • verlaagt cholesterol
  • verwijd bloedvaten
  • vermindert pijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Wat zijn de belangrijke fties van omega 3?

A
  • zorgen dat prostaglandines E1 en E3 worden aangemaakt
  • dit zorgt voor :
  • remming ontstekingen
  • remmen allergie, auto immuniteit
  • verbeteren immuniteit
  • verwijden bloedvaten
  • verlagen cholesterol
  • voorkomen bloedklonters
  • verbeteren hersenfuncties
  • vermindert pijn
  • belangrijk voor genexpressie
  • remming ongecontroleerde celdeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Wat zijn de belangrijke fties van de essentiële vetzuren ?

A
linolzuur en alfa linoleenzuur
aanmaak vetzuren
verbranding voedingstoffen
transport en aanmaak zuurstof
bij tekort aan glucose > oxidatie tot energie 
ALA > aanmaak EPA en DHA
LA > aanmaak GLA en DGLA 
met eindproduct prostaglandine E1 en E3
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

We kunnen EPA en DHA aanmaken uit alfa linoleenzuur . Wat zijn hier de uitdagingen ?

A

Leefstijl ( te veel suiker, te weinig nutriënten, te hoog cholesterol , te veel verzadigde vette, straling, stress , enzymdeficiëntie , te veel linolzuur . Hierdoor krijgt het lichaam ALA niet omgezet naar EPA en DHA

40
Q

Leg uit waarom EVZ belangrijk zijn bij transport zuurstof !

A

longen > EVZ helpen bij opname zuurstof

alveolen (longblaasjes) > bloedplasma> hemoglobine> cellen> O2 belangrijk voor energie aanmaak

41
Q

Waarom zijn ALA en LA belangrijk tegen virussen en bacteriën ?

A

Ala en LA zijn zuurstofmagneten

vormen een zuurstofbarriere en virussen en bacteriën kunnen daarin niet gedijen

42
Q

Waarom zijn EVZ belangrijk voor de fosfolipiden ?

A

Ze maken deel uit van fosfolipiden

ze zorgen dat het celmembraam vloeibaar genoeg is om voedingstoffen en afvalstoffen te kunnen uitwisselen

43
Q

Waarom zijn EVZ belangrijk voor cellen ?

A

elektrische aantrekking , ze houden de eiwitten op hun plaats in de celmembramen .
Eiwitten zijn belangrijk voor het transport van voedingstoffen en prikkeloverdracht

44
Q

Wat betekent elektrisch potentieel in de cellen ?

A

De overdracht van boodschappen hangt er van af

Hiervoor zijn EVZ heel belangrijk

45
Q

Verband tussen hartritme en EVZ ?

A

EVZ transporteren CA, Kalium, magnesium en natrium

belangrijk voor goed ftie hart

46
Q

Welke invloed heeft 10 tot 15% inname van essentieel vetzuren in voedin gop het lichaam ?

A

gewichtsverlies
daling triglyceridegehalte
minder kcal opname door de dag

47
Q

EVZ en herstel vermoeidheid ?

A

EVZ verkorten de tijd om te herstellen van vermoeide spieren
EVZ helpen bij verzuring door lactaat
EVZ betrokken bij bijnierhormonen ( voor herstel)

48
Q

som de belangrijke fties van EVZ in het lichaam

A
  • aanmaak prostaglandines E1 en E3
  • remt ongecontroleerde celdeling
  • verlaagt cholesterol
  • verlaagt triglyceride gehalte
  • gewichtsverlies
  • verbetert vetverbranding
  • aanmaak energie
  • beter herstel na vermoeidheid
  • componenten van fosfolipiden ( celmembraam )
  • prikkeloverdracht
  • transport voedingstoffen en afvalstoofen cellen
  • verdediging virussen en bacterieen
  • zuurstoftransport
  • hersenontwikkeling
  • remming ontstekingen
  • verminderen pijn
  • verbetert immuniteit
  • remmen allergie en auto immuniteit
  • aanmaak EPA, DHA en GLA en DGLA
49
Q

Wat is de relatie tussen mensen met degeneratie ziekten en Linolzuur ?

A
  • met degeneratie ziekten slechts 8% linolzuur in lichaamsvet
  • gezonde mensen hebben 20% tot 25% linolzuur
50
Q

Wat is een goede linolwaarde en ALA waard ein lichaamsvet ?

A
  • linolwaarde 20%

- ALA waarde 2%

51
Q

Welke nutriënten zijn zeer belangrijk bij inname linolzuur ?

A
  • vit E tegen oxidatie

- Q10 om Vit E te recycleren

52
Q

Mits evenwichtige voeding en leefstijl en enzymes ; wat maakt het lichaam dan uit ALA ?

A

EPA en DHA en uiteindelijk prostaglandines E3

53
Q

Wat is de reden dat we kiezen voor EPA en DHA suppletie ipv ALA ?

A

Veel mensen zetten ALA niet voldoende om in EPA en DHA en dus ook niet in de belangrijke prostaglandines E3

54
Q

Wat is delta -6- desaturase ?

A

Het enzym dat zeer belangrijk is voor omzetting Linolzuur naar GLA !
en ALA naar EPA en DHA

55
Q

Waar kan omega 3 suppletie bijdragen bij het nemen van Wafarine ?

A

remt de schade aan het bloedvat door calcificatie door wafarine

56
Q

Wat is de reden dat ondanks hoge inname omega 3, eskimo’s toch snel hersenbloeding krijgen ?

A

te kort aan micro nutriënten en cofactoren

57
Q

Hoeveel is de optimale opname van linolzuur en ALA per dag ?

A

LA 9 tot 18 gr
ALA 2 - 9 gr
therapeutisch 60 en 70 gr /dag

58
Q

Wat doet zwavelrijke voeding bij het bakken met onverzadigde vetzuren ?

A

beperkt oxidatie van het vet

59
Q

Hoe komt het dat er te weinig EPA en DHA is tegenover aanmaak archidonzuur ?

A
  • leefstijl
  • te veel linolzuur
  • te weinig cofactoren
  • te veel stress
  • te veel straling
  • te weining enzymen
60
Q

Hoe zorgen we dat MOV niet te veel oxideren in ons lichaam ?

A
  • voldoende micronutrienten , carateoiden, , zodat de nodige stoffen aangemaakt kunnen worden om de oxidatie van vetten fatsoenlijk op te vangen
61
Q

Wat is de omega 3 index ?

A

Waarde van omega 3 in bloed
< dan 4% 10 keer meer kans op onmiddellijk sterven
> dan 8% is gezond

62
Q

Wat is de structuur van triglyceride ? tri acyl glycerol

A

glycerol ruggengraat waaraan drie vetzuren gekoppeld zijn

63
Q

Waarin wordt triglyceride opgeslagen ? ftie ?

A

Vetweefsel > schokdemping , isolatie en reserve energie

64
Q

Geef de ftie van triglyceriden ?

A
  • Bij tekort aan glucose of glutamine of ketonlichamen in hersenen : aanmaken van ketonlichamen voor energie
  • te veel glucose > omzetting in triglyceride
  • teveel glucose in het bloed > omzetting doen naar triglyceride in het bloed
  • reservebron van ALA en LA
  • schokdemping
  • isolatie

-

65
Q

Wat is LDL?

A
  • lage dichtheid lipoproteines
  • slechte cholesterol
  • vanaf 3.5 mol/l is het gevaarlijk
  • lipoproteine bevat 45% cholesterol en 25% eiwit
66
Q

Wat is HDL?

A
  • Hoge dichtheid lipoproteines
  • goede cholesterol
  • ruimt LDL op
  • boven de 0.9 mol/l is dit goed
  • lipoproteines bevatten 20% cholesterol en 50% eiwitten
67
Q

Wat is VLDL ?

A
  • very lage dichtheid lipoproteines
  • mensen met te veel buikvet maken meer VLDL
  • VLDL maken veel LDL aan
  • verhoogde LDL
  • verhoogde kans op vaat en hartziekten
68
Q

Opname en opslag vet ?

A
  • maag , vet blijft langer in de maag : verzadigd gevoel
  • vertering door lipase (alvleesklier) en met galzouten pas in dunne darm : gesplitst in vet en glycerol
  • door bloed naar lever > lipoproteines gevormd
  • lipoproteines bestaan uit vette, cholesterol en eiwit en vervoeren vetten naar de weefsels
  • hier wordt het gebruikt voor energie en aanmaak hormoonachtige stoffen
  • te veel vet wordt opgeslagen in de vetcellen of als truglyceride
69
Q

Wat ijn de oorzaken van een verhoogd triglyceride gehalte ?

A
  • te veel verzadigd vet
  • te veel geraffineerde KH
  • te weinig beweging
  • te kort aan nutrienten, antioxidanten, caroteoiden, …
  • te kort aan omega 3 vetzuren of aanmaak prostaglandines E1 en E3
70
Q

Wat zijn fosfolipiden ?

A
  • triglyceride is een glycerol met 3 vetzuren

- fosfolipiden zijn glycerol met 2 vetzuren en een fosfaatgroep (PO4)

71
Q

Waar bevinden zich fosfolipiden ?

A
  • Ze vormen het dubbel membraam van de cellen
72
Q

De staart van een fosfolipide bestaat uit ? De kop bestaat uit ?

A
  • vetzuurketen en is vetoplosbaar en waterafstootbaar ( hydrofobe staarten )
  • de kop bestaat uit glycerol en fosfaatgroep en is wateroplosbaar , hydrofoob
73
Q

Wat is de ftie van fosfolipiden ?

A
  • bescherming cel
  • dubbel membraam rond de cellen
  • membraam rond de organellen
  • houd de eiwitten op plaats = belangrijk voor transport voedingstoffen en afvalstoffen, en prikkeloverdracht tss cellen
  • vormen reservevoorraad van EVZ > belangrijk voor aanmaak prostaglandines en signaalmoleculen voor de regulatie in de cel
  • beschermen de cel tegen virussen en bacteriën . EVZ en fosfolipiden trekken zuurstof aan en daar kunnen virussen en bacteriën niet in gedijen
  • tegengaan van samen klonteren van cholesterol en vetten : de fosfolipiden zorgen voor een vetlaag rond cholesterol, vitamine ADEK, carotenoïden
74
Q

Wat doet verzadigd vet en cholesterol met de celmembramen ?

A
  • ze zorgen dat de celmembraam hard genoeg blijven
  • indien er te veel cholesterol en verzadigd vet is dan EVZ , dan wordt de membraam te hard
  • dan haalt het lichaam de cholesterol uit de membraam in het bloed
  • bij veel EVZ eten worden de membramen vloeibaarder, soepeler, en dan wordt cholesterol gebruikt om de membraam harder te houden , evenwicht , en dan hoeft cholesterol niet in het bloed te komen .
    Conclusie : eten van te veel verzadigd vet en te weinig EVZ verharden de celmembramen > hierdoor wordt cholesterol uit de celmembraam gehaald en opgeslagen in het bloed
75
Q

Is lecithine een fosfolipide ?

A

ja

76
Q

Wat is lecithine ? In welke voeding zit het ?

A
is methylgroep ( CH3) + vetketen (CH2) + osfaatgroep (PO4) + choline
fosfatidylcholine
eierdooier en sojabonen
77
Q

is lecithine belangrijk ? waar vind je het in het lichaam ?

A

licithine :
- emulgator : dwz dat het vetten afbreekt tot kleine druppeltjes , waardoor dat ze niet afzetten tegen het bloedvatwand of omgezet worden in galzouten
- aanmaak choline : belangrijk voor aanmaak acetylcholine , dat weer belangrijk is voor aanmaak neurotransmitters
choline = bealngrijk voor in de lever voor de lipotrope factor ( verwerken van vetten )
- licithine is onderdeel van galzouten
- licithine houdt cholesterol oplosbaar
- helpt lever detoxificeren
- is onderdeel van de fosfolipendlaag vaan de celmembramen

78
Q

Geef de twee belangrijkste soorten fosfolipiden !

A
  • licithine ( fosfatidylcholine)

- fosfatidylserine

79
Q

Waar speelt fosfatidylserine een grote rol ?

A
  • belangrijkste fosfolipide in de hersenen
80
Q

structuur fosfatidylserine ?

A
  • fosfaatgroep + glycerol +vetketen + L-serine
81
Q

In wat kan fosfatidylserine enzymatisch worden omgezet en omgekeerd ?

A

Fosfatidylserine in fosfatidylethanolamine en omgekeerd

fosfotidylethanolamine kan omgezet worden in fosfatidylcholine

82
Q

In welke voeding vind je lecithine ( fosfatidylserine ) ?

A

eieren, orgaanvlees ,vette vis , zaad van sojaboon

83
Q

Fties van lecithine ( fosfatidylserine ) ?

A
  • belangrijk naar stressbestendigheid :
  • remt aanmaak coritsol , maar blokkeert het niet
  • kalmeert de hypofyse - hypothalamus-bijnier as
  • verbetert stemming, motivatie, initietief
    Bealngrijk voor zenuwcellen :
  • verhoogt aantal reseptoren voor NGF ( nerve growth factor ) is nodig voor groei, celdeling en overleving van cellen
84
Q

Wat zijn steroiden ?

A

Dit zijn lipiden met een koolstofringstructuur

cholesterol is een steroid

85
Q

Wat zijn steroidehormonen ?

A

Deze hormonen worden aangemaakt uit cholesterol

BV cortison, testosteron, oestrogeen, aldosteron

86
Q

Wat is een belangrijke ftie van het steroidhormoon aldosteron ?

A

handhaven van bloeddruk

87
Q

Wat is de ftie van cholesterol ?

A
  • stabile celmembraam
  • aanmaak vit D en steroidhormonen
  • aanmaak galzuur
  • bescherming van de huid
  • aanmaak nieuwe cellen, weefselherstel
  • hersenen maken eigen cholesterol aan
  • aanmaak neurotransmitters
88
Q

Wat doet galzuur ?

A

vertering vetten, oliën, vetoplosbare vitamines

89
Q

Wat is de oorzaak van te veel cholesterol in het bloed ?

A
  • te veel verzadigd vet eten
  • te veel geraffineerde KH eten
  • te weinig beweging
  • te weinig EVZ
  • te weinig nutrienten
  • te weinig beta - 6 - desaturase
  • te weinig antioxidanten
  • te veel stress
  • te veel straling
  • te veel linolzuur eten
  • te veel transvetten eten
  • te weinig vezels
  • te veel alcohol
90
Q

Wat is de echte uitdaging met cholesterol ?

A

Cholesterol wordt geoxideerd en/of geclycosyleerd ( versuikers )
hierdoor kan de cholesterol niet ingenesteld worden in de celmembramen en blijft het in het bloed. daar veroorzaakt het problemen .
Hoe komt die oxidatie en versuikering ? Leefstijl !!!!!!!!

91
Q

Wat is het effect van sterolen in margarines ?

A

Zogenaamd het verlagen van de cholesterol
sterolen komen voor in voeding maar in veel kleinere hoeveelheden en in natuurlijke vorm. In margarines is het een overdosis : dit kan onvruchtbaarheid en disbalans in de hormonen veroorzaken

92
Q

Wat is het negatief effect van hexaan in margarines ?

A

Hexaan wordt gewonnen uit aardolie .
Het dient als oplosmiddel in bv margarines .
Hexaan is schadelijk voor het menselijk lichaam. MAAR!
Hexaan wordt ook weer volledig uit het product gehaald in de productieproces.
margarine heeft een veel lagere ecologische voetafdruk en in de biologische margarines van becel wordt geen hexaan gebruikt .

93
Q

Wat is het negatief effect van verhitting door stoom van de plantaardige oliën in margarines ?

A

verhitting zorgt dat de structuur van onverzadigde vetzuren veranderen in r-trans vetzuren . Deze gaan zich gedragen als verzadigde vetzuren .

94
Q

Zitten er nog veel transvetten in onze voeding ? waar zit dan het uiteindelijk probleem ?

A
  • neen, ze hebben het enorm terug gedrongen .
  • het probleem zit niet in transvetten, koolhydraten verzadigde vetten, dierlijke eiwitten, dierlijke vetten, cholesterol, …
    Het probleem zit in de disbalnas van het eten van onze voedingstoffen :
    1. te weinig nutrienten ( kleurrijke groenten, fruit, noten, pitten, zaden, peulvruchten, cacao, kokosolie, olijfolie, avocado, vis, schaaldieren, teunisbloemolie, borage olie, duindoornolie, hennep olie, … kortom de gezonde voeding eten in een overeenkomend aantal kcal
    2. te veel verzadigde vetten uit te veel vlees, koek, …
    3. te veel geraffineerde suikers
    4. te weinig vezels
    5. te weinig essentiële vetzuren
    6. te weinig essentiële aminozuren
    7. te veel stress
    8. te weinig liefde
    9. te veel vervuilde voeding
95
Q

Wat zijn de voordelen en nadelen van grasboter ?

A

nadeel : hoge ecologische voetafdruk
voordeel : GLA en boterzuur
In feite niet echt een voordeel want je kan GLA uit teunisbloemolie en borage olie halen , of zwarte bessen zaad olie
boterzuur maakt je lichaam zelf aan als je voldoende vezels eet

96
Q

Is GLA goed om af te slanken ? En waarom ?

A

ja,
GLA zorgt voor aanmaak DGLA en dat zorgt voor aanmaak prostaglandines > deze zorgen voor remming ontsteking , en dus ook vetcellen
GLA zorgt ook voor verminderd aanmaak archidonzuur
GLA verhoogt vetverbranding en afnamen vetmassa ( bij mensen met te hoog vetpercentage )

97
Q

Tot welke groep behoren actaanzuur, hexaanzuur, decaanzuur en dodecaanzuur ?

A

Tot de industrieel gevormde middellange keten vetzuren

Van nature zitten ze ook in kokosmelk , palmolie , palmpitolie, geitenmelk