Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Orthomoleculaire geneeskunde ! > Hoofdstuk micronutriënten > Flashcards

Hoofdstuk micronutriënten Flashcards

1
Q

Geef de vetoplosbare vitamines !

A

ADEK en carotenoïden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Geef de wateroplosbare vitamines !

A

C en B

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wie is Karimiers Funk ?

A

term vitamine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Geef de kenmerken van vet oplosbare vitamines !

A
  • kunnen opgeslagen worden om later gebruikt te worden
  • vetoplosbaar
  • nemen beter op in vetrijke voeding
  • noodzakelijk voor celmembramen
  • transport nodig ( lipoproteines)
  • hebben galzouten nodig
    gaan niet verloren tijdens koken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Geef de kenmerken van oplosbare vitamines !

A
  • wateroplosbaar
  • kunnen niet opgeslagen worden
  • worden onmiddellijk gebruikt
  • dus dagelijks te eten en verspreid over de dag
  • hebben geen transport nodig
  • hebben geen galzouten nodig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke vitamines hebben ook een hormoonachtige werking ?

A

ADEK

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat doet vit D met calcium ?

A

Vit D verhoogt opname calcium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom is vit B12 nodig ivm homocysteine ?

A

homocuysteine is een afbraakproduct bij methylering van methionine naar het aminozuur cysteine.
Te veel aan homocysteine wordt gerecycleerd naar methionine met behulp van vit B12, B6 en foliumzuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke is de plantaardige vorm van vitamine A ? Welke de dierlijke ?

A

plantaardige vorm vit A = beta caroteen

dierlijke vorm = retinol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is retinolpalmitaat ?

A

koppeling retinol en palmitinezuur : wateroplosbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke enzymen hebben we nodig voor omzetting beta -caroteen naar retinol ? Welke mineralen en vitamines ?

A 
beta ccaroteen naar retinal :
- dioxygenase
- ijzer
- jodium
-vit C 
van retinal naar retinol :
- dehydroxygenase
- zink
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

In welke voedingsmiddelen zitten carotenoïden ?

A

gele , oranje , rode groenten en fruit en donkergorene bladgroenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke carotenoïden komen het meeste voor in ons voedingspatroon ?

A
  • alfa caroteen
  • beta caroteen
  • betacryptoaxanthine
  • luteine
  • zeaxanthine
  • astaxanthine
  • lycopeen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke carotenoïden zijn de pro vitamines A ?

A
  • beta caroteen
  • alfa caroteen
  • betacryptoaxanthine
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de belangrijkste ftie van carotenoïden ?

A
  • zeer sterke antioxidanten ( sterker dan vit C)
  • tegen oxidatie vetten
  • absorbeert zichtbaar licht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe zit he tmet carotenoiden en hersen barriere en oog barriere ?

A
  • de pro vitamines kunnen omgezet worden naar vitamine a > kan doorheen hersen barriere
  • de luteïne en zeaxanthine kunnen doorheen de oog barrière
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wanneer kan te hoge beta caroteen kanker veroorzaken ?

A
  • Bij te kort aan vit C , vit E , flavonoïden en andere carotenoïden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Waarom is lycopeen positief voor preventie kanker ?

A
  • lycopeen verhoogt aanmaak antioxidante enzymen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Welke zijn de Xanthofyllen ?

A
  • luteïne, zeaxanthine, axanthine ( subklasse carotenoïden )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat betekent intercellulaire communicatie ? Hoe gebeurd dat ?

A
  • is de communicatie van cellen met elkaar
  • gebeurd via connexines ( gap junctions)
  • belangrijk voor communicatie tussen cellen, en transport van voedingstoffen en afvalstoffen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Welke invloed hebben carotenoïden op de intercellulaire communicatie ?

A
  • ze verhogen aanmaak gap junctions ( connexines )

- deze zijn belangrijk voor de communicatie tussen cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat doen toxische stoffen met de intercellulaire communicatie ?

A

verstoren, remmen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat doet lycopeen met intercellulaire communicatie ?

A

Herstellende werking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Waarom is zeaxanthine en luteine goed voor de ogen ?

A
  • ze zijn onderdeel van de ooglens en de retina
  • ze absorberen blauw licht
  • ze beschermen de ogen door antioxidante werking
  • te weinig antioxidanten beschadigen de ogen omwille van de uv straling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat verbeterd door suppletie met luteïne en zeaxanthine ?

A
  • de visuele verwerkingsnelheid
  • geheugen
  • verstandelijke fties
  • ogen
  • bescherming ogen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Hoe verhoog je de beschikbaarheid van carotenoïden in voeding ?

A
  • fijnhakken

- bakken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Waar gebeurd de opname van carotenoïden ? Waar gebeurd de omzetting naar vit A ?

A
  • in de darmwand door micellen ( chilomicronen )
  • in de lever :
    als er genoeg vit A is wordt de omzetting geremd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Wat kan de opname van carotenoïden verstoren ?

A
  • plantesterolen ( zit in margarines )
  • alcohol
  • olestra ( synthetisch vet )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Waarom beter supplementeren met alfa caroteen of beta caroteen en betacryptoaxanthine ? ipv vit A of retinol ?

A
  • omdat het lichaam zelf een bescherming heeft voor te veel aan vit A > als er te veel vit A aanwezig is, wordt de omzetting van de carotenoïden naar vit A afgeremd. Als he retinol neemt vind die remming niet plaats en kan je toxiciteit aan vit A krijgen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Wat si belangrijk als je beta caroteen supplementeert ?

A
  • dat ook de andere carnetoiden ingenomen worden , en vit C en vit E , ijzer en jodium
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Voor welke fties is provitamine en carotenoiden goed ?

A 
provitamines A :
- bescherming tegen virussen en bacteriën 
- communicatie cellen 
- antioxidante werking 
lycopeen :
- antikanker effect
zeaxanthine en luteine :
- hersenftie
- ogen
32
Q

Wat doen ROD cellen in de ogen ?

A
  • vangen de kleinste deeltjes van licht op

luteine en zeaxanthine spelen belangrijke rol hierin ( nachtblindheid )

33
Q

Waarom is vit A zo belangrijk voor ons lichaam ?

A
  • is steriodhormoon = regluatie genen

- celdeling, apoptose, groei embryo , botontwikkelin, tandontwikkeling, wondgenezing

34
Q

Te veel vit A en te weinig vit A zwangerschap ?

A

vit A regelt ontwikkeling ledematen, oren, ogen,
aanmaak groeihormoon
te veel en te weinig geven geboorteafwijkingen

35
Q

Welke vit A suppletie kan gevaarlijk zijn bij zwangerschap

A

Syntethische vit A , retinol

36
Q

Vit a en immuniteit ?

A

Vit a is eerstelijn defensie :

  • via de mucosacellen in de slijmvliezen van ons ademstelsels, spijsverteringstelsel, urinestelsel en huis
  • via huid barrière
37
Q

vit A en keratinisatie ?

A

Gebrek aan vit A verhoogd keratinisatie :

  • bv eeltvorming
  • hierdoor daalt weerstand tegen infecties
38
Q

Waarom is vit A DE beschermer tegen infecties van virussen en bacteriën ?

A

Ze activeren de T - lymfocyten

cruciaal voor het afweersysteem tegen virussen en bacteriën

39
Q

Wat is keratoris pilaris ? Op welk tekort wijst kan dit wijzen ?

A

kleine bultjes achterkant bovenarm

te kort vit A

40
Q

Vit A en transferrine ?

A

Vit A bevordert aanmaak transferrine

41
Q

Vit A en zuurstoftransport ?

A

vit A:
aanmaak en rijping rode bloedcellen
aanmaak transferrine

42
Q

Is gejodeerd zout in combinatie met vit A beter voor de schildklier dan jodium alleen ?

A

ja

43
Q

Wat is een goede verhouding vit A suppletie en vit D suppletie ?

A

2000 IE vit A en 6000 IE vit D

44
Q

te kort aan zink en vit A suppletie ?

A

geeft vit A toxiticiteit

45
Q

Wat is een goede aanpak bij ijzer deficiëntie ?

A

vit A en ijzer suppletie of transferrine

46
Q

Welke vitamine A beste bij infecties ?

A

retinolpalmitaat

47
Q

Voor welke kanker werkt lycopeen preventief ?

A

prostaatkanker

48
Q

Welke vitamine A werkt beste bij borstkanker ?

A

retinolpalmitaat

49
Q

Welke vitamine A bij psoriasis en acne ?

A

retinolpalmitaat

50
Q

Welke vitamine A voor de ogen ?

A

de carotenoiden luteine en zeaxanthine

51
Q

Hoe vermijd je opstapeling vit A

A

gevarieerd eten en twee dagen per week geen suppletie met vit A

52
Q

Som alle B vitamines op !

A 
B1 = thiamine
B2= riboflavine
B3 = niacine, niacinamide, nicotinamide
B5 = patotheenzuur
B6 = pyridoxine
B11= foliumzuur
B12 = cobalamine
B13 = oraatzuur
BX =PABA
B17 = amygdaline
Biotine
Choline
Inositol
53
Q

Wat zijn typische kenmerken aan tekort vit B1 ? Beri beri

A
  • brandende voeten, reflexen in ledematen , gevoelloosheid
  • syndroom wernicke ( bij alcoholisme ) Centraal zenuwstelsel
  • syndroom korsakov ( bij alcoholisme) geheugenverlies
  • opstapeling lactaat ( overgeven, braken , ;.)
54
Q

Welke soorten beri beri ken je ?

A

droge natte, hersen, gastro

55
Q

welke vormen van Vit B1?

A 
thiamine monofosfaat ( TMP)
thiamine difosfaat ( pyrofosfaat ) (TPP)
thiamine trifostaat ( TTP)
adinosine thiamine trifosfaat ( ATP)
56
Q

Welke vit B speelt belangrijke rol bij reductie - regeneratie geoxideerd glatathion ?

A

vit B2

57
Q

vit B 2 speelt belangrijke aanmaak van andere vit B , Welke ?

A

actieve vorm vit B6 , en actieve foliumzuur

gebrek aan actieve foliumzuur kan dan weer zorgen voor gebrek aan vit B12

58
Q

Bloedarmoede bij een voldoende hemoglobine in het bloed ? Aan welke vit B denk je dan ?

A

vit B2

59
Q

Vit B3 ?

A

Belangrijk voor aanmaak NAD en NADP

60
Q

Voor wat is NAD en NADP belangrijk ?

A

redoxreacties : aanmaak en afbraak stoffen

61
Q

Wat zijn anabole processen ?

A

opbouw

62
Q

Wat zijn ketabole processen ?

A

afbraak

63
Q

Vit B3 en HDL ? An wat denk je nog bij Vit B3

A 
vit B3 zeer goed bij verhogen HDL
betere bloeddoorstroming 
erectiestoornis
verlagen LDL
neurodegeneratieve ziektechisofrenie
bipolaire stoornis
64
Q

vit B 3 en dermatitis ?

A

dermatitis is de eerste stap van pellagra ( vit B3 tekort)

65
Q

hoodfkenmerken tekort vit B1 , B2 , B3 ?

A 
vit B1 = beri beri ( denk vooral bij alcoholisme )
Vit B2 = denk aan bloedarmoede 
Vit B3 = pellagra ( denk aan dermatitis)
denk aan slechte bloeddoorstroming ) 
Vit B3 geeft vaatverwijdend effect
66
Q

ziekte van hert nup ; Verstoord opname tryptofaan . Aan welke vit B denk je dan ?

A

vit B3

67
Q

Welke vorm vermijd niacine flush ?

A

nicotinamide , inositolhexanicotinaat

68
Q

Werkt NAD tegen veroudering ? Zo ja, hoe kan je NAD verhogen ?

A 
ja
verhogen door 
- tryptofaan
- niacine 
- Vit B2, B6
- caloriebeperking
69
Q

Waar denk je aan bij Vit B5?

A

pantotheenzuur = deel van acetyl coenzym A

acne

70
Q

Waar denk je aan bij Vit B6?

A
  • aanmaak dopamine (Parkinosn)
  • aanmaak prostaglandines
  • Kreb cyclus
  • DNA methylatie
  • depressie ( tryptofaan omzetting naar dopomine)
71
Q

Aan welke vit B denk je bij een tekort aan actieve vorm foliumzuur ?

A

vit B 2

72
Q

Hoe komt dat velen moeite hebben om foliumzuur om te zetten naar actieve vorm ?

A

ontbreken van enzym MTHFR

73
Q

MTHF = ?

A

B11 = foliumzuur = methyltetrahydroxyfolaat

74
Q

Welke vit B is belangrijk voor aanmaken SaMe ?

A

B11 = foliumzuur

75
Q

Welke vormen van beri beri ken je ? En hoe komt dit ?

A 
tekort vit B 1
natte beri beri ( cardiovasculaier) 
- ademhaling
- snel hartritme 
droge ber beri ( neurologisch) 
- geheugenverlies
- desorientatie
- gevoelloos in benen, branderige voeten
76
Q

Vit B1 , B2 , B3 ,?

A 
vit B1  = beri beri 
gevoelloosheid in benen, branderige voeten, ongecontroleerde ref-lexen in de benen 
geheugenverlies, desorientatie 
denk aan alcoholisme
vit B 2 
aanmaak actieve vorm B6
bloedarmoede 
vit B3 = pellagra 
aanmaak glutathion
neurodegenratieve ziekten ( schizofrenie, bipolaire stoornis)
bloeddoorstroming 
aanmaak tryptofaan

Orthomoleculaire geneeskunde ! (9 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions