Hoofdstuk 8.5 Resultaatorientatie Flashcards
1
Q
Effectiviteit (doelgerichtheid)
A
=Mate waarin de gewenste doelen en resultaten zijn/worden gerealiseerd.
=Als je met betreffende handelswijze daadwerkelijk het gewenste doel realiseert.
2
Q
Efficiëntie (doelmatigheid)
A
=Verhouding tussen de opbrengst en de inzet van middelen.
=Mate waarin middelen worden gebruikt om een bepaald doel te realiseren.
Efficient werken betekent zo weinig mogelijk kosten maken om te leveren wat je hebt beloofd.
3
Q
Productiviteit
A
=Hoeveelheid werk die in een bepaalde periode is verzet.