Hoofdstuk 8 - Paragraaf 8.9 T/m 8.12 Flashcards
(35 cards)
Wat is ‘intelligence’?
Het vermogen om kennis te gebruiken om:
1. Te redeneren
2. Beslissingen te nemen
3. Gebeurtenissen te begrijpen
4. Complexe ideeën te begrijpen
5. Problemen op te lossen
6. Zich aan te passen aan uitdagingen in de omgeving
7. Snel te leren
Wie is ‘Alfred Binet’?
Een franse man die de psychometrische benadering voor het beoordelen van intelligentie lanceerde.
Dit deed hij aan de hand van het afnemen van cognitieve taken (rekenen, spelling etc.). De overtuiging was: als iemand op alle gebieden goed scoort, heeft deze persoon een hoge intelligentie.
Wat is de ‘WAIS’ test?
Wechsler Adult Intelligence Scale (1955).
Wereldwijd de meest gebruikte test om intelligentie te meten.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen verbale subtaken en performale subtaken.
Wat zijn ‘verbale subtaken’?
Taken waarbij algemene kennis, woordenschat, begrip, rekenen etc. Wordt toegepast.
Wat zijn ‘performale subtaken’?
Taken waarbij figuren leggen, plaatjes ordenen etc. Worden gebruikt. Ruimtelijk inzicht wordt hierbij getest.
Wat is de ‘Raven’s Progressive Matrices’?
Een ander soort test om intelligentie te meten.
Deze test is cultuuronafhankelijk en maakt geen gebruik van verbale vaardigheden en basiskennis.
Welke twee kwaliteitsmaatstaven worden er gebruikt voor een intelligentie test?
Of de test betrouwbaar en/of valide zijn.
Wat wordt bedoeld met de ‘betrouwbaarheid’ van een test?
De stabiliteit van de test, over de tijd heen.
(Zijn vandaag, morgen, over een maand en over een jaar jouw scores nog hetzelfde? Hoe meer hetzelfde de scores zijn, hoe betrouwbaarder de test)
Wat wordt bedoeld met de ‘validiteit’ van een test?
Meet de test wat deze zou moeten meten.
(Bij Binet was het criterium: kinderen die het goed doen op school moeten op deze intelligentietest hoog scoren. Hoe beter de kinderen scoorden, hoe beter de voorspelling was dat ze het op school goed deden. De validiteit is dan hoog)
Wat is een ‘psychometric approach’?
Het meten van intelligentie die zich richt op hoe mensen gestandaardiseerde (prestatie&vaardigheden) tests uitvoeren.
Welke typen gestandaardiseerde tests zijn er?
- Achievement tests/prestatietests
- Aptitude tests/vaardigheidstesten
Wat zijn ‘achievement tests’?
Een prestatietest die het huidige niveau van vaardigheden en kennis beoordeelt.
Wat zijn ‘aptitude tests’?
Vaardigheidstesten die voorspellen in welke taken en banen mensen in de toekomst goed zullen zijn.
Wat is ‘mental age’?
De beoordeling van de intellectuele status van een kind, vergeleken met die van leeftijdgenoten.
De testscore van het kind worden vergeleken met de gemiddelde score voor kinderen van elke chronologische leeftijd.
Wat is ‘intelligence quotient (IQ)’?
Een index van intelligentie die wordt berekend door de geschatte mentale leeftijd van een kind, te delen doorr de chronologische leeftijd van het kind. Dit getal vermenigvuldig je met 100.
Dus: MA / CA * 100 = IQ
Dus: mental age / chronological age * 100 = IQ
(Kind van 10 met een mentale leeftijd van 13: 13 : 10 x 100 = 130. Dit is een hoge score)
Wat is de ‘normal distribution’?
De normaalverdeling.
Een ‘belcurve’ die aangeeft hoe ver mensen verwijderd zijn van een gemiddelde. De meeste mensen zitten dicht bij het gemiddelde, steeds minder mensen scoren aan de staart van de verdeling.
Welke factoren kunnen een IQ test beïnvloeden?
- Ervaring
- Motivatie
- Attitude ten opzichte van de test
- Omgevingsinvloeden
Om deze factoren bouwen we een foutmarge in.
Wat is een ‘factor analysis’?
Een statistische techniek waarbij op elkaar lijkende items worden geclusterd, om de correlatie tussen intelligentie testitems te meten.
(Als veel vragen over natuurkunde en wiskunde goed worden beantwoord, kunnen we stellen dat die persoon goed is in wetenschap)
Wat is ‘general intelligence (g)’?
Algemene intelligentie (g).
Het idee dat één algemene factor ten grondslag ligt aan intelligentie.
Wie is ‘Charles Spearman 1904)’?
De man die de ‘factor analysis’ heeft bedacht.
Wat is ‘fluid intelligence’?
Intelligentie die het vermogen weerspiegelt om informatie te verwerken, relaties te begrijpen en logisch na te denken, vooral in nieuwe of complexe omstandigheden.
(Slimheid: nieuwe dingen leren, problemen oplossen die je nog niet eerder kende)
Wat is ‘crystallized intelligence’?
Intelligentie die zowel de door ervaren verworven kennis weerspiegelt als het vermogen om die kennis te gebruiken.
(Wijsheid: kennis en ervaring die je al hebt opgedaan toepassen)
Wie is Raymond Cattell (1971)’?
De man die stelde dat algemene intelligentie (g) uit twee types intelligentie bestaat: fluid intelligence en crystallized intelligence.
Wie is ‘Robert Sternberg (1999)’?
De man die de triarchische theorie van intelligentie voorstelde. Deze stelt dat er drie soorten intelligentie zijn: analytisch, creatief en praktisch.