Hoofdstuk 7 Psychodiagnostiek en assessment Flashcards
Lekentaal
Eenvoudig taalgebruik, begrijpelijk voor niet-experts.
Big Five-model
Persoonlijkheid met vijf basale dimensies.
OCEAN
Acroniem voor de Big Five-dimensies.
Wetenschappelijk reductionisme
De neiging om complexe fenomenen terug te brengen tot eenvoudige principes.
Empirisch onderzoek
Onderzoek gebaseerd op waarneming en ervaring.
Eenvoudige testscores
Basisuitslagen van een test zonder verdere bewerking.
Neuroticismeschaal
Een schaal voor het meten van iemands gevoeligheid voor stress.
Circumplexen
Grafische weergave waarbij tegenoverliggende elementen tegenovergestelde betekenissen hebben.
Standaardscores
De schaal waarop ruwe testscores worden vergeleken.
Factoranalyse
Een statisch model gebaseerd op lexicografische analyses.
Normeringsonderzoek
Het verzamelen van normatieve data om testscores te interpreteren.
Psychometrie
Verzamelnaam voor alle meetbare eigenschappen in een psychologisch onderzoek.
Introversie
Een persoonlijkheidstrek gekenmerkt door voorkeur voor rust en interne reflectie boven sociale interactie.
Consciëntieusheid
Een persoonlijkheidskenmerk dat verband houdt met nauwgezetheid.
Verbale intelligentietest
Test die voornamelijk gericht is op taalvaardigheid en begrip.
Openheid
Een persoonlijkheidskenmerk dat met creatief denken wordt geassocieerd.
Inhibitie
Het vermogen om weerstand te bieden tegen afleidingen.
Wetenschappelijke methode
Onderzoeksproces waarin hypothesen worden opgesteld en getoetst.
