Hoofdstuk 5 Welke functies hebben media? Flashcards
Twee bekende, overkoepelende functies van media:
Bieden van informatie
Bieden van entertainment
NPO =
Nederlandse Publieke Omroep = overkoepelende organisatie achter 3 landelijke
televisiezenders, vier radiozenders en groot aantal website. Publiek betekent hier dat het een
organisatie is die door publiek betaald wordt.
Programma’s NPO moeten:
Bijdragen aan ontwikkeling van Nederlanders
Afspiegeling van de samenleving nastreven
Afspiegeling van de samenleving nastreven:
Pluriformiteit = minderheden in Nederland moeten op een of andere manier aan het
woord komen in een programma van de NPO -> iedereen moet zich
vertegenwoordigd voelen.
Bijdragen aan ontwikkeling van Nederlanders:
Brengen van feiten en doen dat zo neutraal mogelijk (-> formele kleding, weinig emotie)
Agenda-setting = aandacht oproepen voor een bepaald onderwerp, het onderwerp
wordt op de politieke agenda gezet.
Commerciële zenders (tv en radio) beconcurreren NPO en elkaar
Kijkers en luisteraars worden benaderd als consumenten.
commerciele zenders
Het doel is om geld te verdienen, onder meer
door reclame-inkomsten. Nadruk ligt op entertainment.
Commerciëlen =
een verzamelnaam naar aanleiding van de doelstelling van de zenders.
Een commerciële zender moet het, in tegenstelling tot de NPO, zonder belastinggeld of subsidie doen.
Sluikreclame =
stiekeme, verborgen reclame
Parlementaire democratie en constitutionele monarchie =
er zijn elke zoveel tijd verkiezingen om ons
eigen bestuur te kiezen, en dat er een koning is, wiens macht in de grondwet is vastgelegd.
Democratie =
iedere volwassen burger heeft recht om zijn of haar stem uit te brengen.
Dictatuur =
daar is 1 persoon die alle macht naar zich toetrekt.
Oligarchie =
een bestuur met een zeer beperkt aantal kiesgerechtigden.
‘Publieke sfeer’ =
via de media krijgt in principe iedereen de kans om in alle openbaarheid mee te praten met een bepaald debat.
Aspecten waar een journalist rekening mee moet houden:
- Verantwoorden van werkwijze
- Verifiëren van informatie
- Betrouwbaarheid
- Onafhankelijkheid
- Onpartijdigheid
- Objectiviteit
Objectiviteit
Het onafhankelijk en neutraal behandelen van zaken -> kernwaarde voor de journalistiek.
Echter is niemand objectief, omdat je allemaal je eigen achtergrond (kernwaarden,
ervaring, opvattingen) hebt.
Manieren waarop media transparant kunnen zijn en zich kunnen verantwoorden over manier van
werken:
- Onderzoek laten uitvoeren naar eigen berichtgeving
- Ingaan op vragen en reacties
- Debatteren over journalistiek
- Publiceren van werkwijze en contactgegevens