Hoofdstuk 3 - De vroege middeleeuwen Flashcards
Twee zwaarden leer
De leer dat er twee rechtsgebieden ontstaan die even sterk werden geacht:
- Wereldlijke normen en waarden, koning beschermd dit en mag optreden
- Geestelijke normen en waarden, de paus beschermd dit en mag optreden.
Koning Clovis
Eerste stamkoning van de Franken
Karel de Grote
Tweede stamkoning van de Franken. Hij komt tot verdere verspreiding van het christendom en verovert steeds grotere delen van West-Europa waardoor het Frankische rijk een wereldrijk wordt.
Hij laat zichzelf tot keizer kronen.
Ook zorgt hij voor re-integratie van gebied en gezag. Hij vormt een nieuw wereldrijk en maakt alle afzonderlijke stamkoningen afhankelijk van hem.
Personeel koningschap
Het koningschap in de vroege middeleeuwen werd personeel gezien. Je was koning van een bepaald volk en niet van een bepaald gebied. Dit was vooral zo omdat nog niet elk Germaans volk zijn plekje had gevonden. Naarmate de Germaanse stammen zich gingen vestigen werd het koningschap steeds meer territoriaal.
Koningschap als privaat begrip
Er was een sterke scheiding tussen de koning als privépersoon en als publiek ambt. Het koningschap was een puur privaat begrip. De koning kon het koningschap dus ook vererven, verdelen en overdragen.
Graafschappen en hertogdommen
Dit zijn kleine bestuurseenheden met aan het hoofd een graf of een hertog die dat deel van het rijk uit naam van Karel de Grote bestuurt en zorgt voor de rechtspleging.
Beneficium
Dit is een persoonlijke verbintenis tussen hogere persoon (de heer) en lagere persoon (vazal).
Vazal –> heer = krijgsdienst
Heer –> vazal = bescherming en onderhoud
Beneficium
Dit is een zakelijke verbintenis tussen hogere persoon (heer) en lagere persoon (vazal). Dit ging vaak om stukken grond. De vazal droeg vaak zijn grond over in eigendom aan de heer. De heer zorgde er dan voor dat je wederom bescherming en onderhoud krijgt.
Ongeschreven stamrecht
Dit was het geldende recht na het vallen van het West Romeinse rijk. Het recht wat ontwikkeld was ten tijde van het Romeinse rijk is teniet gegaan.
Leges Barbarorrum
Het ongeschreven recht van de stammen werd rond 500 na Chr. op schrift gesteld in de Leges Barbarorrum.
Lex Salica
Het eerste en oudste gecodificeerde recht van de Franken.
De stamvergadering
Dit is de volksvergadering op centraal niveau.
De gehele stam vergaderde samen.
De koning trad hierbij op als rechter in oude zin. Dit houdt in dat hij zelf niet deelneemt aan de opstelling van het vonnis. Hij bekrachtigde het alleen en door zijn uitspraak trad het vonnis in werking.
De koning was de voorzitter van de stamvergadering en hij bewaakte de procesorde.
Het vonnis zelf werd opgesteld door de leden van de stam. Zij gebruikten hierbij een conceptvonnis dat was gemaakt door de Sapientes (de wijzen).
De mallus
Dit is de volksvergadering op regionaal niveau.
Hier vergaderde niet de gehele stam maar de inwoners van een bepaalde bestuursunit.
De graaf trad hier op als rechter in oude zin.
Het vonnis werd opgesteld door de inwoners van de bestuursunit. Zij gebruikten hierbij een conceptvonnis dat was gemaakt door oordeelvinders (de wijzen).
Capitularia
Keizerlijke verordeningen. Er zijn twee soorten: Capitularia legibus addenda en Capitularia per se scribenda.
Capitularia legibus addenda
Deze dienen ter aanvulling van een bepaalde stamwet, deze hebben personele werking en gelden dus voor een bepaalde stam.