Hoofdstuk 1 - de romeinse tijd Flashcards
Agrarisch Romeins recht
Het recht uit de koningstijd en de vroege republiek
Koningstijd
Het tijdperk waarin het Romeinse rijk geregeerd werd door een koning
Rome als republiek
Het romeinse rijk werd in deze tijd geregeerd door een keizer
Het principaat / de vroege keizertijd
Het romeinse rijk werd geregeerd door een keizer
Het dominaat / de late keizertijd
Het romeinse rijk werd geregeerd door een keizer en het na-klassieke romeinse recht was geldig
Het klassieke Romeinse recht
Het recht dat gold tijdens de late republiek en de vroege keizertijd
De volksvergadering
Een vergadering van burgers die stemmen over wetten en kiezen de magistraten
Magistraten
De mensen die de macht van de koning overnemen en verdelen, ze worden gekozen door de volksvergadering
Consul
De hoogste magistraat van het romeinse recht
De Senaat
Het adviesorgaan van de volksvertegenwoordiging. Had veel macht ondanks dat het slechts een adviesorgaan was.
Priestercolleges
De priesters werden gezien als vertegenwoordigers van god. Omdat in de koningstijd en in de vroege republiek alles op god en godsdienst gefocust was, waren de priesters zeer belangrijk.
Het Fas
Het recht tussen hemel en aarde, het regelde de verhouding tussen de goden en de mensen. Het fas was een publiekrechtelijke aangelegenheid en de romeinen dachten dat de goden dit gemaakt hadden.
Nefas
Dit bega je als je een van de regels van het fas overtrad
Het Ius
Dit was het recht tussen romeinse burgers onderling. Het ging in het Ius over delicten van de ene familie tegen de andere familie. De romeinen waren er van overtuigd dat dit recht door de goden gemaakt was.
Het Mos
Het Fas en het Ius samen is het Mos. Dit was gewoonterecht en zo belangrijk dat het onveranderlijk was. Het recht was de wil van de goden en was daarom onveranderlijk. Het Mos werd uiteindelijk gecodificeerd in de wet der twaalf tafelen.