hoofdstuk 20: reeksen van taylor en mclaurinreeksen Flashcards
welke 2 delen heeft het bewijs van de stelling van Taylor
eerste deel: Tn(x) of taylorveelterm bewijzen
tweede deel: bewijzen dat de rn(x,a) van het eerste deel (fluoformule) gelijk is aan de rode formule vanuit de stelling
wat zegt de volledige stelling van taylor
Tn(x) = eerste deel
rode formule = tweede deel
wat is Tn(x) of de formule van Taylor of the Taylorveelterm of het ‘te bewijzen’ bij het eerste deel van de stelling van Taylor
wat is de formule van rn(x,a) (fluoformule) vanuit het eerste deel van het bewijs van Taylor en voor wat staat dat eigenlijk
de fluo formule staat voor precies hoe dicht de taylorveelterm zit van graad n in a bij f”
waaruit komt het eerste deel van het bewijs of de formule van Taylor
geef het bewijs van het eerste deel van de stelling van Taylor
hoe wordt de taylorveelterm van graad n voor f in het punt a voorgesteld + welke eigenschap heeft die
hoe bewijs je de eigenschappen voor de taylorveelterm
door het gewoon in te vullen in de algemene Tn(x) formule
hoe bewijs je het 2e deel van de stelling van taylor
je moet bewijzen dat de rode gelijk is aan het fluo deel, en dat gebeurt op dezelfde manier als bij het bewijs van de middelwaardestelling bij bepaalde integralen
wat is het verschil tussen taylor- en mclaurin reeksen
mclaurin reeksen zijn wanneer a = 0 is
wat is een machtreeks + wat is het convergentie gebied van deze soort reeks
welke 6 bekende taylorreeksen zijn er
sin x
cos x
ex
ch x en sh x
ln x
binomiaalreeks
hoe vindt je de 6 taylorreeksen
door ze af te leiden en 0 in te vullen voor a met de fluoformule
wat is de sin x taylorreeks + convergentie gebied
wat is de cos x taylorreeks + convergentie gebied
bij ‘= cos …’ is dat hetzelfde als bij sin x