Hoofdstuk 11 - Paragraaf 11.7 - 11.11 (helft) Flashcards

1
Q

Wat is ‘stress’?

A

Een reactie waarbij sprake is van een onaangename toestand als angst of spanning.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een ‘stressor’?

A

Iets in de externe situatie dat als bedreigend of veeleisend wordt ervaren en daardoor stress veroorzaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een ‘coping response’?

A

Elke poging om een stressor te vermijden, eraan te ontsnappen of deze te minimaliseren.

(Vermijden = voorkomen dat het gebeurt
Ontsnappen = weggaan terwijl het gebeurt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke types stress zijn er?

A
  1. Eustress - Stress voor positieve gebeurtenissen (feestje, optreden)
  2. Distress - Stress voor negatieve gebeurtenissen (te laat komen bij iets belangrijks, een heel ziek familielid)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke categorieën van stressors zijn er?

A
  1. Major life stressors
  2. Chronic stress
  3. Daily hassles
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn ‘major life stressors’?

A

Veranderingen of verstoringen die de centrale gebieden van het leven onder druk zetten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is ‘chronic stress’?

A

Een reeks voortdurende uitdagingen die vaak verband houden met langdurige ziekte, armoede of zorgverlening.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn ‘daily hassles’?

A

Dagelijkse problemen, irritaties of ergernissen als druk verkeer, lastige mensen, in de rij staan etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is ‘discrimination related stress’?

A

Stress die verband houdt met ras/etniciteit, genderidentiteit, seksuele minderheidsstatus, handicap en immigratiestatus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de ‘HPA-as’?

A

Hypothalamic-pituitary-adrenal as
Hypothalamus-hypofyse-bijnier as

Een lichaamssysteem dat betrokken is bij stressreacties.

De weg gaat als volgt: stressvol event - brein - hypothalamus stuurt chemische boodschap naar - pituitary gland/hypofyse stuurt hormonen naar - adrenal glands/bijnieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de ‘fight-or-flight response’?

A

De fysiologische paraatheid van dieren om met gevaar om te gaan via vechten of vluchten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het ‘immune system’?

A

Het mechanisme van het lichaam voor het omgaan met binnendringende micro-organismen zoals allergenen, bacteriën en virussen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is ‘general adaptation syndrome (GAS)’?

A

Hans Selye.

Een consistent patroon van reacties op stress dat uit drie fasen bestaat: alarm, weerstand en uitputting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is ‘allostatic load’?

A

De ‘slijtage’ van biologische systemen na herhaalde of chronische stressvolle gebeurtenissen.

Waaronder: stress-, spijsverterings-, immuun-, cardiovasculaire en hormonale systemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de ‘tend-and-befriend response’?

A

De neiging om nakomelingen te beschermen en te verzorgen en sociale allianties te vormen in plaats van te vechten of te vluchten als reactie op dreiging.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is ‘lymphocytes’?

A

Gespecialiseerde witte bloedcellen die deel uitmaken van het immuunsysteem.

De drie typen zijn:
1. B-cellen
2. T-cellen
3. Natuurlijke killercellen

17
Q

Wat doen ‘B-cellen’?

A

Antilichamen produceren; eiwitmoleculen die zich hechten aan vreemde stoffen en deze markeren voor vernietiging.

Sommige B-cellen onthouden stoffen zodat identificatie in de toekomst eenvoudiger wordt, en je immuniteit tegen bepaalde ziektes krijgt.

18
Q

Wat doen ‘T-cellen’?

A

Helpen bij het rechtstreeks aanvallen van de indringers en het vergroten van de kracht van de immuunrespons.

19
Q

Wat doen ‘natural killer-cells’?

A

Het doden van virussen en helpen bij het aanvallen van tumoren.

20
Q

Wat is een ‘type A behavior pattern’?

A

Een gedragspatroon dat wordt gekenmerkt door concurrentievermogen, prestatiegerichtheid, agressiviteit, vijandigheid, rusteloosheid, ongeduld met anderen en een onvermogen om te ontspannen.

21
Q

Wat zijn ‘primary appraisals’?

A

Onderdeel van het copingproces waarbij beslissingen worden genomen over of een stimulus stressvol, goedaardig of irrelevant is.

22
Q

Wat zijn ‘secondary appraisals’?

A

Onderdeel van het copingproces waarin mensen hun reactiemogelijkheden evalueren en copinggedrag kiezen.

23
Q

Wat is ‘emotion-focused coping’?

A

Een vorm van coping waarbij mensen proberen te voorkomen dat ze emotioneel reageren op een stressor.

24
Q

Wat is ‘anticipatory coping’?

A

Coping die plaatsvind voor het begin van een toekomstige stressor.

(Oefenen om slecht nieuws te leveren)

25
Q

Wat is ‘problem-focused coping’?

A

Een vorm van coping waarbij mensen direct stappen ondernemen om een stressor het hoofd te bieden of te minimaliseren.

(Planning voor huiswerk maken omdat je weet dat je anders in de knel komt)