Hoofdstuk 11 Flashcards
1
Q
Belangrijkste onderdelen van het motorische systeem
A
• grote hersenen = initiëren van bewegingen
• hersenstam = soort-specifieke bewegingen
• ruggenmerg = uitvoeren van bewegingen
2
Q
Belangrijkste motor-ondersteunende hersengebieden
A
• basale ganglia = reguleren kracht van bewegingen (grijpen of vastpakken van mok)
• Cerebellum (kleine hersenen) = reguleren de timing en accuratesse
3
Q
3 stadia uitvoeren van bewegingen
A
In de frontaalkwab:
- Planning - prefrontale cortex
> specificeren van doel en beslissingen om beweging uit te gaan voeren - Organisatie - premotorische cortex
> specificeren en organiseren van complementaire bewegingen die nodig zijn om het plan uit te voeren (motor sequenties) - Uitvoering - primaire motorische cortex
> vertalen van motor sequenties naar motor opdrachten die verschillende bewegingen produceren (actiepotentialen naar spieren)
> met name in focale bewegingen (beweging van arm, handen, mond)
4
Q
Corticale controle over beweging
A
Hiërarchisch: prefrontaal > premotor > primaire motor cortisol
Parallel: plannen en uitvoeren van meerdere onafhankelijke bewegingen tegelijk