Hfst 12 Flashcards

1
Q

Aandeel

A

Een bewijs van deelname in het aandelenkapitaal van een nv of bv

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Activa

A

De bezittingen van een onderneming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Balans

A

Een overzicht van bezittingen, schulden en eigen vermogen op een bepaald moment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Besloten venootschap (bv)

A

Rechtspersoon met een in aandelen verdeeld kapitaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Beurskoers

A

De prijs van een aandeel, obligatie of andere effecten op de effectenbeurs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Couponrendement

A

De nominale couponrente als percentage van de obligatiekoers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Depositogarantiestelsel

A

De Nederlandse ban gegarandeert bedragen op een bankrekening tot 100.000 euro

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Dividend

A

Winstuitkering aan aandeelhouders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Dividendaandeel

A

Het aandeel met een lage koers-winstverhouding een een hoog dividendrendement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Dividendrendement

A

Het dividend per aandeel als percentage van de aankoopprijs van het aandeel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Eenmanszaak

A

Rechtsvorm met maar 1 eigenaar/ondernemer, die aansprakelijk is voor de schulden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Effectenbeurs

A

Locatie waar aandelen, obligaties en andere effecten woren verhandeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Eigen vermogen

A

Het door eigenaren ingebrachte geld plus de reserves

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Emissirkoers

A

Prijs die beleggers bij de uitgifte van een aandeel of obligatie betalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Koerswinst

A

Opbrengst voor een belegger die aandelen voor een hogere prijs verkoopt dan de inkoop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Koers-winstverhouding

A

De prijs van een aandeel gedeeld door de winst per aandeel

17
Q

Kort vreemd vermogen

A

Schulden met een looptijd van korter dan een jaar zoals bankkredieten en schulden aan crediteuren

18
Q

Lang vreemd vermogen

A

Schulden met een looptijd van langer dan een jaar zoals obligatieleningen en hypothecaire leningen

19
Q

Liquide middelen

A

Betalingsmiddelen zoals kasgeld (munten en bankbiljetten) en banktegoeden

20
Q

Naamloze venootschap (nv)

A

Rechtspersoon met een in aandelen verdeeld kapitaal, waarbij vrij verhandelbare aandelen mogelijk zijn

21
Q

Natuurlijk persoon

A

Een mens van vlees en bloed die zelfstandig aan het rechtsverkeer mee kan doen

22
Q

Nominale rente

A

Het rentepercentage dat een bank per jaar vergoedt op een spaarrekening

23
Q

Nominale waarde van een obligatie

A

Bedrag dat je hebt uitgeleend aan de onderneming die de obligatie heeft uitgegeven

24
Q

Obligatiekoers boven/onder pari

A

Obligatiekoers die hoger/lager is dan de nominale waarde

25
Q

Passiva

A

Balansposten van een eigen en vreemd vermogen. Die geven aan hoe het bedrijf zijn bezittingen heeft gefinancieerd

26
Q

Rechtspersoon

A

Een organisatie die los van de leden en eigenaren zelfstandig rechten en plichten heeft

27
Q

Rechtsvorm

A

Juridische vorm van een bedrijd. Belangrijk qua aansprakelijkheid en belastingverplichtingen

28
Q

Reeel spaarsaldo

A

De koopkracht van je spaargeld

29
Q

Reeel rente

A

De procentuele toename van het reele spaarsaldo

30
Q

Staatsobligaties

A

Obligaties uitgegeven door het Rijksoverheid

31
Q

Vaste Activa

A

Bezittingen die een organisatie langer dan een jaar gebruikt

32
Q

Vennootschap onder firma

A

Een rechtsvorm zonder rechtspersoonlijkheid waarbij twee of meer vennoten onder gemeenschappelijke naam een bedrijf uitoefenen

33
Q

Vlottende activa

A

Bezittingen die korter dan een jaar in de organisatie aanwezig zijn zoals voorraden en debiteuren

34
Q

Vreemd vermogen

A

De schulden van een organisatie

35
Q

Winst-en-verliesrekening

A

Een overzicht van alle opbrengsten en kosten van een ondernemding over een bepaalde periode