HC.7 Cytoskelet Flashcards

1
Q

Weefsel bestaat uit 2 onderdelen

A

cellen en extracellulaire matrix

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat gebeurd er allemaal op extracellulair gebied

A

cel interacties met andere cellen, celverbindingen en een extracellulaire matrix

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat bepaalt het Cytoskelet van de cel

A

De vorm en functie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ECM in bindweefsel gemaakt door

A

fibroblasten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ECM in kraakbeen gemaakt door

A

Chondrocyten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

ECM in de botten gemaakt door

A

Osteocyten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ECM heeft 3 componenten die ze vaak gemeen hebben

A
  • Collageen
  • Proteoglycanen
  • Elastische vezels/fibrillen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Vertel wat over collageen

A

Opgemaakt uit fibrillen. Zorgen voor structuur en treksterkte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Vertel wat over proteoglycanen

A

eiwitten waaran koolhydraatpolymeren zijn gebonden. KAn veel water opnemen, volume is groot. Zorgt voor druk en schokken goed opvangen. Zorgt ook dat signaalmoleculen doorheen kunnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Vertel wat over elastische vezels/fibrillen

A

bestaan uit pro-elastine die samen fibrillen vormen. Ze zorgen voor cross-links tussen de microfibrils. Zorgen vooral voor elasticiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Er zijn 3 soorten fibrillen

A
  • actine filamenten
  • intermediair filamenten
  • microtubuli
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Vertel over actine filamenten

A

opgebouwd uit actine sub-units + adaptor eiwitten. Voor beweging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Vertel over intermediair filamenten

A

het is stressfiber, dienen voor treksterkte maar ook stevigheid. Zorgen voor netwerk door de cel heen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Vertel over microtubuli

A

opgebouwd uit sub units die samen a en b keten vormen die samen dimeer vormen. Dynamisch. Betrokken bij mitose.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is cilia

A

Vloeistof transport

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is flagella

A

Voortbeweging cellen

17
Q

Wat zijn cel cel verbindingen

A

cellen communiceren.

18
Q

Soorten cel -cel verbindingen

A
  • desmosomen
  • thight junctions
  • gap junctions
  • hemidesmosomen
  • adherens junctions
19
Q

Desmosomen

A

zorgen voor contact tussen de cellen, structuur en stevigheid

20
Q

Thight junctions

A

Hele strakke verbinding tussen cellen zodat er niks doorheen kan

21
Q

Gap junctions

A

Kleine porieen in celmembraan die in verbinding staan voor uitwisselen kleine moleculen. Belangrijk voor doorgeven prikkels en signaalmoleculen

22
Q

Hemidesmosomen

A

Transmembraaneiwitten. Verbinden cellen met ECM

23
Q

Adherens junctions

A

Klittenband. Zorgt voor dat cel-cel stevig aan elkaar vast zit.

24
Q

Wie vormen de adherentiezone

A

De adherens en tight junctions