HC6 week 1 Flashcards
Wat zijn kern receptoren?
- Eiwitten die zich in de kern bevinden
- Transcriptie factoren
- Ligand afhankelijk
- Ligand bevinding leidt tot conformatie verandering
Wat is verschil tussen kernreceptor en transcriptiefactor?
- Kernreceptor is een ligand afhankelijke transcriptiefactor -> transcriptie activatie via cascade second messengres
- Transcriptie factor -> ligand-afhankelijke transcriptie activatie
Familie van kernreceptoren?
- Endocriene steroïdkernreceptoren -> binden als een dimeer (2 receptoren binden samen het DNA), homo- of heterodimeer
- Weesreceptoren -> monomeren of dineren waarvan het ligand nog onbekend is
Eigenschappen van het Ligand Bindend Domein?
- Hormoon-specifiek en hoge affiniteit
- Structuur: dynamisch, conformatieveranderingen
- Binding pocket bestaat uit specifieke aminozuren
- ‘Kooi’ van 12 helices, muizenval, ca 250 aminozuren
Eigenschappen hormoon respons elementen (HRE)?
- Korte sequentie in/nabij promotor regio van gen -> 5’ van transcriptie start site (TSS) en bindt specifieke transcriptie factoren
- Meestal 2 korte herhaalde DNA sequenties (consensus, repeats van 6bp), gescheiden door variabele sequenties van 3bp -> receptor afhankelijke consensus sequentie
- Repeats zijn direct of omgekeerd
- Elke half site wordt herkend door een DBD van 1 receptoreiwit in een hormoon receptor dimeer
HRE steroïd receptoren?
Inverted repeat HREs (palindrome DNA volgorde)
HRE RXR partners?
- Direct repeat HREs
- Inverted repeat HREs
HRE wees kernreceptoren dimeer?
- Direct repeats HREs
- Everted repeats HREs
HRE wees kernreceptoren monomeer?
- Halfsite HREs
Doelwit cel voor cortisol?
Activatie -> door cortisol, met coactivatoren
Criteria waaraan coactivatxoren voldoen?
- Interactie met de ligend-gebonden receptor
- Versterken van de activatorfunctie van de receptor
- Intrinsiek vermogen om de transcriptie te activeren
- Dissociatie van de receptor na dissociatie van het hormoon
Hoe kan T3R aan het DNA binden?
T3R kan als homo-dimeer, mono-meer en hetero-dimeer aan DNA binden
Doelwit cel voor T3?
- Repressie -> door co-repressors: geen T3
- Acrtivatie -> door T3; met coactivatoren
Criteria waaraan co-repressors voldoen?
- Interactie met de onbezette receptor
- Versterken van de repressie functie van de receptor
- Intrinsiek vermogen om transcriptie te onderdrukken
- Dissociatie van de receptor na binding hormoon
Verschillen cortisol en T3?
Cortisol:
- Glucocorticoïd receptor
- Diffusie
- Receptor translocatie naar kern na binding van ligand
- Receptor vormt meeste homodimeer
T3:
- T3 receptor
- Membraan transporter
- Receptor dimeer op DNA
- Receptor vormt meestal heterodimeer (met RXR)