HC6: verstandelijke beperking

Question 1

Drie stratum theorie van Carroll

Answer 1

Een theorie die stelt dat intelligentie erg complex is en met veel dingen te maken. `het bestaat uit drie lagen van intelligentie, begint met algemene vorm van intelligentie, die bestaat uit 8 onderdelen

Question 2

Welke 8 soorten intelligentie onderscheid de drie stratum theorie?

Answer 2

1. Fluïd
2. Crystallized
3. General memory
4. Broad visual
5. Broad auditory
6. Broad cognitive speediness
7. Broad retrieval
8. Processing speed

Question 3

Welke 9 vormen van intelligentie onderscheid het model van Gardner?

Answer 3

1. Naturalistisch
2. Muzikaal
3. Logisch-mathematisch
4. Existentieel
5. Interpersoonlijk
6. Lichaam-kinesthetisch
7. Taalkundig
8. Intrapersoonlijk
9. Ruimtelijk

Question 4

Intellectueel functioneren

Answer 4

mentale mogelijkheden zoals redeneren, probleemoplossing, plannen en oordelen

Question 5

Adaptief functioneren

Answer 5

Vaardigheden die nodig zijn om zelfstandig en verantwoord te kunnen leven. Adaptief gedrag bevat onder andere conceptuele, sociale en praktische vaardigheden.

Question 6

Milde mentale beperking

Answer 6

• Ontwikkelen meestal sociale/communicatieve vaardigheden tijdens voorschoolse jaren en zijn vaak niet te onderscheiden van ‘normale’ kinderen, tot op latere leeftijd.
• Tegen late tienerjaren vaardigheden van ongeveer een 11-jarige, en blijven hierin hangen.

Question 7

Matige mentale beperking

Answer 7

• Verwerven comunicatieve vaardigheden tijdens vreoge kinderjaren
• Baat bij sociale/beroepsopledingen en met matige supervisie in staat tot persoonlijke verzorging.
• Moeite met herkennen van sociale conventies; belemmert in relaties
• Ontwikkelen zich vaak niet verder dan 7/8 jaar.

Question 8

Ernstige mentale beperking

Answer 8

• Ontwikkelen weinig tot geen communicatievaardigheden in kindertijd, leren praten rond schoolgaande leeftijd.
• Ontwikkelen geen leesvaardigheden, enkel ‘overlevingswoorden’.

Question 9

Zeer ernstige mentale beperking

Answer 9

• Hebben vaak een neurologische conditie als oorzaak voor de beperking.
• Er is aanzienlijke stoornis in het sensomotorisch functioneren.
• Optimale ontwikkeling kan plaatsvinden in sterk gestructureerde omgeving met constante hulp.