HC.2: Functie van de lever en gevolgen cirrose Flashcards

1
Q

Metabole functie

A

Koolhydraat metabolisme (gluconeogenese en glycogenolyse)
Hormonaal
Synthese van vetzuren
Ketogenese
Protein synthese (albumine, globuline, fibrinogeen)
Ureum synthese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Opslag functie

A

Glycogeen
Vitamine A, D, E, K (vet oplosbaar)
Vitamine B12 (water oplosbaar)
IJzer
Koper

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Excretie en secretie

A

Gal (water, cholesterol, bilirubine/biliverdine, anionen van de galzuren, fosfolipiden, bicarbonaat)
Insuline-like growth factor 1 (IGF-1)
Meeste proteinen in bloed (antilichamen)
Cholesterol, vetzuren (via lipoproteinen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Beschermende functie

A

Zuivering, transformatie en opruiming: ammoniak, toxines, hormonen, medicatie
Kuppfer cellen: bacteriën, ander onbekend materiaal in het bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Circulatie en stolling

A

Voorkamer van het hart
Productie en secretie van stollingsfactoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Oorzaken leverfibrose en cirrose

A

Steatohepatitis (alcohol en metaboolsyndroom)
Viraal (HBV en HCV)
Auto-immuun (AIH, PSC, PBC)
Genetisch (hemochromatose, Wilsen en a-antitrypsine deficiëntie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Behandeling leverfibrose en cirrose

A

Behandel de onderliggende etiologie
- Viraal –> antivirale therapie
- Alcohol –> stoppen
- Vervetting –> afvallen
- PBC/PSC –> ursochol
- AIH –> immunosuppressiva
- Wilson/hemochromatose –> chelatie koper en ijzer
- Toxisch –> stop medicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Complicaties cirrose

A

Ascites
Spontane bacteriële peritonitis
Hepatisch encefalopathie
Varices bloeding
Hepatorenaal syndroom
Hepatocellulair carcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Klinische symptomen van cirrose

A

Kan lang asymptomatisch zijn
Hepatomegalie
ICterus
Ascites
Spider neavi
Splenomegalie
Erythema palmare
Flapping tremor
Gynaecomastie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Behandeling van ascites

A

Graad 1: geen behandeling
Graad 2: zoutbeperking en diuretica
Graad 3: drainage, zoutbeperking en diuretica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Prognose

A

Een combinatie van klinisch en aanvullend onderzoek kan een redelijke inschatting geven over de prognose van de patiënten met levercirrose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Regeneratief vermogen

A

De lever heeft een regeneratief vermogen indien de onderliggende oorzaak kan worden behandeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly