HC 5 emotionele stoornissen en therapie Flashcards

1
Q

Individuele verschillen in emoties

A
  • in het soort situaties dat specifieke emoties oproept
  • in de geneigdheid om situaties op een bepaalde manier te beoordelen
  • in de geneigdheid/het (on)vermogen om (bepaalde) emoties te ervaren
  • in de intensiteit en duur van de ervaren emoties
  • in de intensiteit en duur van de expressie van emoties
  • de maneir waarop emoties (niet) gereguleerd en (niet) geuit worden
  • in het (on)vermogen om eigen specifieke emoties te herkennen
  • in het (on)vermogen om emoties bij anderen te herkennen
  • in de specieke relatie tussen verschillende emoties
  • in de specifieke relatie tussen valentie en arousal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Emoties en emotieregulatie spelen een rol in

A
  • de ontwikkeling (etiologie) van psychopathologie
  • de gevolgen/manifestaties van psychopathologie
    -het effect van therapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Emotionele problemen

A
  • één emotie kan erg op de voorgrond treden, bijv. angst of verdriet
  • men reageert op gebeurtenissen met afwijkende emotionele reacties
  • emoties zijn niet goed gereguleerd - emoties zijn internser, duren langer of interfereren sterk met dagelijkse activiteiten
  • afwijkend gedrag wordt gebruikt om emoties te reguleren
  • een meer algemeen onvermogen om emoties te ervaren of te uitn
  • onvermogen om bepaalde zeer specifieke emoties te ervaren
  • emoties van anderen worden niet herkend
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Dual threshold anger model

A

Laat verschillen zien in de uiting van boosheid
- volgens dit model kun je uitgaan van 2 drempels (uitingsdrempel en gepastheidsdrempel)
- het idee is dat emoties adaptief zijn en ons helpen, maar daarvoor is het belangrijk dat tussen de drempels in zitten
- als je ze bijv. niet uit, kan dit negatieve consequenties hebben voor jezeld
- als je ze teveel uit, en dus ongepast, heeft dit in het algemeen ook negatieve consequenties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Psychotherapie

A
  • Psychoanalyse
  • Rogeriaanse counseling
  • Cognitieve gedragstherapie
  • Emotie-gerichte threapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Psychoanalyse
- Freud, 1905

A

Bewustwording van overdracht van emotieschema’s naar het huidige moment.
Nieuwe vorm: mentalization-based treatment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Rogeriaanse counseling
- Rogers, 1951

A

Non-directief, een veilige, empathische, niet-oordelende houding, ruimte biedend voor zelfonderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Cognitieve gedragstherapie
- Beck, 1976

A

Veranderen van irrationeel/maladaptief denken/gedrag
Nieuwere vorm:
- Mindfulness-based cognitive therapy
- Accceptance and commitment
- dialectical-behavioral therapy

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Emotie gerichte therapie
- Greenberg, 2002

A

Emotie helpt doelen/waarden te verhelderen, emotie vervangen door een andere emotie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly