HC 5 Flashcards

1
Q

Secretariemodel

A
  • Klassiek bureaucratisch
  • Zware gemeentesecretarie aangestuurd door gemeentesecretaris waarin beleidsvoorbereiding is geconcentreerd
  • Scheiding tussen beleid en uitvoering
  • nadeel verkokering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Sectorenmodel

A
  • Bedrijfsmatig
  • Sectoren georganiseerd naaar beleidsveld
  • Sectorenhoofden meer verantwoordelijkheid
  • Beleidsontwikkeling en beleidsuitvoering bij elkaar geconcentreerd in één sector
  • Nadeel sectoren werken moeilijk samen onduidelijke positie sectorenmanagement
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Directiemodel

A
  • Eenheid organisatie staat centraal
  • Focus op integraal werken
  • Platte organisatie zonder sectordirecteuren
  • een eindverantwoordelijke directie
  • Vaak investeren in leidinggevende kwaliteiten directeuren en afdelingsmanagers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Matrixorganisatie

A
  • Aan de ene kant afdelingen en aan de andere kant projecten waar mensen van afdelingen een bepaald project samen draaien
  • Voordelen :
    Verhoogt aanpassingsvermogen
    Verbetert coördinatie tussen functionele specialismen
    verspreid macht en invloed
  • Nadelen:
    Duale loyaliteit
    Duale Verantwoordelijkheid
    Toename complexiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Virtuele organisatie

A
  • Geografisch verspreid maar elektronisch verbonden
  • Functioneel en cultureel heel divers
  • Laterale verhoudingen
  • Definitie handel: Vo kan bestaan uit een groep vrije agenten die in een proffesionele situatie bij elkaar komen om project uit te voeren, organisatie houdt op te bestaan als project voorbij is.
  • Werknemers veel autonomie en verantwoordelijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Klijn over netwerken

A

 ‘Modern decision-making is characterised by the need to offer new and often integral solutions to societal problems that crosscut the boundaries of
organisations and sectors.’
 ‘because society has become increasingly complex; problems demand solutions which require the resources of various actors, and in this situation classical top-down steering is not very helpful or is at least insufficient.’
 ‘… a variety of actors, acting on the basis of different perceptions and choosing their own strategies, try to achieve joint action and influence the formation of
policy.’
 ‘…networks emerge out of the necessity

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly