HC 4: osmoregulatie vs volumeregulatie Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

Wat is volume regulatie?

A

De regulatie van het extracellulair volume (te maken met natrium), het wordt geregeld primair door de uitscheiding van natrium. Dit wordt geregeld met het RAAS.
Gaat om de natrium hoeveelheid in mmol, heeft te maken met bloeddruk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is osmoregulatie?

A

Reguleert de concentratie van natrium, door de uitscheiding van water (regulerend met ADH)
Gaat dus over natrium concentratie in mmol/L heeft te maken met osmolaliteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de vloeistof compartimenten?

A
  • intracellulair volume (40% van lichaamsgewicht)
  • Extracellulair volume (20% lichaamsgewicht):
  • plasma
  • interstitium
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat moet je je afvragen bij hypernatriëmie?

A

Waarom iemand niet drinkt? Kan komen door ouderdom, of niet kunnen wandelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom weinig natrium in zweet?

A

Door natrium reabsorptie door Enac (epithelialie natriumkanalen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom zou je de tractus digestivus als ongereinigd nefron kunnen zien?

A

Transporteiwitten zijn gelijk:
- SGLT1
- ENac in dikke darm
- reabsorptie
- kalium secretie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is osmolariteit/osmolaliteit?

A

De concentratie van de in een oplossing osmotisch werkzame stoffen, vaak gezien als 2 NA (ook bicarbonaat en chloride aanwezig), 290 mOsm/Liter of kg H2O

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het gevaar bij hyponatriëmie?

A

Hersencelzwelling –> hersenoedeem.

Door osmosensoren die cellen bevatten die bij hyponatriëmie zwellen, zal er geen vasopressine release en geen dorstgevoel zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer gaat ADH/vasopressine afgegeven worden?

A

Wanneer je meer water dan zou verliest en er volume deletie en hypernatriemie zijn, er komt dan dorstgevoel en vasopressine (ook vasoconstrictie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de volumebalans ook wel?

A

De natriumbalans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn sensoren voor de volumeregulatie?
En de effectoren?

A

Sensoren:
- Baroreceptoren in atria/ventrikel/pulmonair, veneus.
- baroreceptoren in aortaboog en sinus caroticus.
- Juxtaglomerulaire apparaat
- Centraal zenuwstelsel

Effectoren:
- GFR
- RAAS
- prostaglandines
- atriaal natruretisch peptide
- renale zenuwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe zit de natrium reaborptie?

A
  • In PT met NHE3, daardoor is natrium reabsorptie eigenlijk samen met bicarbonaat, gereguleerd door AGII
  • Lis van Henle, AGII en aldosteron, NKCC2
  • Verzamelbuis, gereguleerd door aldosteron via Enac.
  • Ook in distale tubulus met NCC
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat doet het RAAS?

A

Bij verlies van water en zout is er volume depletie. Het HMV en de bloeddruk dalen, de baroreceptoren merken dit op. Ook de GFR daalt (macula densa). dit leidt tot afgifte van renine:
- vasoconstrictie afferente arteriole
- natrium reabsorptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe ontstaat oedeem bij hartfalen?

A

De cardiac output van het hart daalt, de bloeddruk daalt. Nieren merken dit op en zorgen voor meer natrium reabsorptie wat tot meer volume leidt, wat zorgt voor oedeem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waaruit bestaat het juxtaglomerulaire apparaat?

A
  • Macula densa, in het dikke deel lis van Henle liggend in de hilus van de glomerulus
  • Extraglomerulaire mesangiumcellen
  • Renine producerende cellen rond afferente arteriole

functie: productie van renine en tubuloglomerulaire feedback

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waar werkt aldosteron vooral?

A

In de verzamelbuis (collectie duct): hier kan het kiezen voor natrium reabsorptie of kalium secretie

17
Q

Wat doet atriaal natruretisch peptide?

A

Komt vrij in atrium (ventrikel, hersenen) wanneer het bloedvolume te hoog is, zorgt voor natrium excretie .

18
Q

Wat gebeurt er bij extreme volume depletie?

A

Zonder te kijken naar de natrium concentratie kan er dan ADH vrijkomen om meer volume te krijgen, dus volumeregulatie wint van osmoregulatie in erge gevallen.

De osmosensoren en baroreceptoren liggen bij elkaar in de hypothalamus

19
Q

Wat is bloeddruk?

A

CO x SVR

cardiac output x perifere vaatweerstand, vasoconstrictie leidt dus tot hogere bloeddruk