HC 3: regulatie van renale bloeddoorstroming en glomerulaire filtratie Flashcards
Wat is de drijvende kracht voor filtratie/GFR?
Hydrostatische druk en de druk die wordt geleverd door het kapsel van Bowmann, het drukverschil is de netto filtratie druk.
Ook werken de colloïd osmotische drukken nog mee met de netto filtratie druk.
Hoe werken drukverschillen in de glomerulaire capillair?
Het drukverschil is gering omdat je geen reabsorptie wil. Er vindt over de hele lengte filtratie plaats. De netto filtratie druk daalt wel lichtelijk gedurende de capillair. De hydrostatische druk neemt steeds verder af en colloïd osmotische druk zal toenemen.
Wat is de netto hydrostatische/filtratiedruk?
druk glomerulaire capillair - druk in ruimte van Bowman
Hoe houdt het RAAS systeem de GFR op peil?
- Renine vormt angiotensine II, dit leidt tot vasoconstrictie in de afferente arteriole. Als je daar vasoconstrictie geeft stijgt de weerstand daar, de druk in glomerulaire capillairen neemt dan toe.
Verhouding van vasoconstrictie in afferente en afferente arteriole bepaalt de filtratiedruk .
Wanneer is vasoconstrictie van afferente arteriole handig?
Bij hypertensie, als je vasoconstrictie voor de glomerulus hebt neemt de GFR af doordat een lagere doorstroming minder druk in GC geeft, hierdoor worden de capillairen niet beschadigd door de hoge bloeddruk
Wanneer is vasoconstrictie van afferente arteriole handig?
Bij lage bloeddruk om nog steeds voldoende capillaire druk te hebben voor het behouden van de GFR, de glomerulaire capillaire druk stijgt wat leidt tot GFR stijging.
Wat is de filtratie barriére vanaf de bloedkant/capillair lumen?
- Eerst endotheel cellen met gaten, fenestrae. Hier kunnen veel stoffen doorheen, behalve negatief geladen verbindingen (90% van de eiwitten). De laag bevat glycocalyx, negatief geladen suikereiwitten.
- Basaal membraan
- Epitheelcellen/podocyten, die in elkaar grijpen en een slit diafragma vormen. Dit houdt eiwitten tegen
- Ruimte van Bowmann
Wat zijn ladingsselectiviteit en grootte selectiviteit?
- Ladings selectiviteit heeft te maken met negatief geladen eiwitten/ionen die niet door de membraan heen kunnen, of positief geladen ionen/eiwitten die het juist makkelijk kunnen.
- Grootte selectiviteit met de grootte van de moleculen (ivm fenestrae)
Wat is het begrip klaring?
- Hoeveelheid plasma die in een gegeven tijd volledig wordt ontdaan van een bepaalde stof
- Wordt gegeven in ml/min
- Als een stof alleen wordt gefiltreerd (dus niet gescecerneerd of gereabsorbeerd) is de klaring gelijk aan de GFR
- Vaak wordt creatinine gebruikt
(U x V) / Px
Ux = urine concentratie
V = urine volume
Px = plasma concentratie
Wat is creatinine?
- Lichaamseigen stof
- Afbraakproduct van spieren
- In constante hoeveelheid geproduceerd
- Plasma concentratie wordt in praktijk vaak gebruikt als maat voor nierfunctie
- Niet altijd goede filtratiemarker, heeft beperkingen
Wat gebeurt er met de GFR als iemand nog maar 1 nier heeft?
De creatinine productie blijft hetzelfde maar de excretie is niet meer gelijk dus GFR daalt. Uiteindelijk gaat toch door het stijgen van de plasma creatinine concentratie de concentratie van creatinine in het filtraat stijgen, wat dan toch weer tot een evenwicht krijgt.
Waar is de PAH klaring gelijk aan?
Gelijk aan de renale bloeddoorstroming, doordat het zowel gefiltreerd als gesecreteerd wordt.
Hoe werkt autoregulatie van de renale bloed flow?
Als de capillairen onder druk worden gezet zullen ze door autoregulatie contraheren. Dit wordt gereguleerd door de baroreceptor, hier de macula densa. Onderdeel van lis van Henle, waar het overgaat naar distale tubulus. Deze cellen voelen hoeveel NaCl in de urine zit, als er veel natrium in zit is de GFR aan hoge kant en zal de renine afgifte dalen.
Bij laag natrium stimuleert het juist de renine productie.
Hoe werkt autoregulatie van de renale bloed flow?
Als de capillairen onder druk worden gezet zullen ze door autoregulatie contraheren. Dit wordt gereguleerd door de baroreceptor, hier de macula densa. Onderdeel van lis van Henle, waar het overgaat naar distale tubulus. Deze cellen voelen hoeveel NaCl in de urine zit, als er veel natrium in zit is de GFR aan hoge kant en zal de renine afgifte dalen.
Bij laag natrium stimuleert het juist de renine productie.
Wat is TGF (tubulo glomerulaire feedback)?
Beschermt de nier tegen een te hoge flow, bij te veel NaCl zal er adenosine worden aangemaakt wat vasoconstrictie geeft aan de afferente arteriolus.