HC 3: microscopische anatomie longen en luchtwegen Flashcards
Wat is het gasgeleidingssysteem?
- Bovenste luchtwegen:
neus, neusbijholten en nasopharynx - Onderste luchtwegen:
larynx, trachea, bronchiën, bronchioli
Wat is de gasgeleiding?
- Bronchiolus respiratorius
- Ductus alveolaris
- Sacculus alveolaris
- Alveolus
Wat is olfactoir epitheel?
Gespecialiseerd epitheel met basale cellen in de neus, die functioneren als zenuwcellen en signalen doorgeven. Ook steuncellen
Wat zijn en wat is de functie van neusbijholten?
- sinus frontalis
- sinus maxillaris
- sinus ethmoidalis
- sinus sphenoidalis
Fungeren als: stootkussen, luchtconditionering, gewicht verlagen en kunnen stem aanpassen.
Hoe zien neusbijholten er microscopisch uit?
- Vaatjes
- trilharen
- Slijm producerende cellen
- Basaal membraan met respiratoir epitheel
Trachea:
13 cm lang, respiratoir epitheel, bestaat uit c-vormige kraakbeenringen (die dorsaal open zijn en verbonden met m. trachealis.
Bij bronchus geen kraakbeen en spieren rondom.
Hoe vertakken de longen?
Vanaf trachea tot 24 orden, asymmetrisch dichotoom. Zorgt voor groot oppervlak.
Opbouw bronchus wand:
Respiratoir epitheel, glad spierweefsel, musculeuze klieren en kraakbeen, glad spierweefsel
Wat verdwijnt er bij bronchioli?
Kraakbeen en kliercellen
Hoe is respiratoir epitheel opgebouwd?
Alles op basale membraan:
- slijmbeker cellen
- trilhaarcellen
- basale cellen
- neuroendocriene cellen
- clara cellen
Cellen zijn aan BM verbonden met hemidesmosomen en aan elkaar met: tight junctions, gap junctions, adhesive belts, desmosomen. Vormen ondoordringbare laag
Welke 2 soorten trilhaarcellen zijn er?
- microvilli (0,4 microm)
- cilia (6 microm) in respiratoir epitheel, 200-300 in cellen, temperatuur afhankelijk en slaan slijm en bacteriën naar boven
Pathologie cilia:
Cilia dyskenesie = cilia immotile syndrome = kartagener syndroom
Hoe zijn de cilia opgebouwd/trilhaarcek?
9 doubletten van microtubuli en 1 doublet centraal verbonden met dyanine armen voor beweging
Basale cellen:
Stamcellen die bedoeld zijn om type 2 pneumocyten en club cellen te worden. Met hemi-desmosomen verbonden aan bm
Muceuze cellen:
Produceren mucine (glycoproteïnen), ze regelen viscositeit secreet (bij ontsteking beïnvloed door dna van kapotte cellen), 3/10 voorkomen (meer bij irritatie), mucus productie is cyclisch
Mucus afgegeven door bronchiaal klierweefsel