H9: Pathologie & Apoptose Flashcards
Wat is necrose en hoe gaat dit proces in zijn werk?
Cellen sterven door dingen die hen schaden (giftige stoffen). Dit is een rommelig proces en veroorzaakt een immuunrespons van ontsteking.
Als cellen worden beschadigd, morsen ze hun inhoud, waardoor het plasmamembraan van de beschadigde cel de doorgang van ionen en water niet langer kan controleren.
De cel zwelt op en lekt de inhoud, wat ontstekingen in het weefsel rond de dode cel veroorzaakt.
Wat is apoptose en hoe gaat dit proces in zijn werk?
Cellen sterven doordat ze worden getriggerd een geprogrammeerde celdood te ondergaan. Dit is een netjes proces, waarbij de cel in kleine pakketjes wordt gesplitst (door caspases) die door andere cellen kunnen worden opgenomen en gerecycled.
Cellen krimpen en ontwikkelen blebs op hun oppervlak. De cel valt uiteen in kleine stukjes, elk ingesloten in een vesicle. Deze stukjes geven signalen af die immuuncellen aantrekken.
Noem een viertal vormen van cel-aanpassing bij stress, ziekte of schade
- Hypertrofie
- Hyperplasie
- Atrofie
- Metaplasie
Wat houdt hypertrofie in?
Cellen/weefsel worden groter. Dit kan komen door een natuurlijk proces (zwangerschap) of door een pathologische oorzaak.
Wat houdt hyperplasie in?
Op een plek zitten meer cellen dan verwacht; er is sprake van een verhoogde celdeling.
Oorzaken hiervan zijn:
- groeihormonen/-factoren in delende weefsels
- invloed van een externe stimulus
- disbalans in de aanwezigheid van groeihormonen/-factoren
Wat houdt atrofie in?
Cellen/weefsels krimpen en zijn minder aanwezig. Het volume neemt af en er is sprake van een verminderde doorbloeding, wat gepaard gaat met afnames in metabolisme/eiwitsynthese.
Wat houdt metaplasie in?
Transformatie (differentiatie) van rijpe en gespecialiseerde cellen in een vorm die abnormaal is voor het weefsel.
Wat zijn oorzaken van cel- en weefselschade (8)?
- Zuurstoftekort
- Disbalans in voeding
- Chemische stoffen die kunnen leiden tot vergiftiging
- Fysieke schade
- Veroudering
- Infecties door micro-organismen
- Reacties van het afweersysteem
- Gevolg van genetische factoren
Noem vijf gevolgen van celschade
- ATP depletie (necrose)
- Reactieve zuurstofradicalen (necrose)
- Influx van calcium (apoptose)
- Membraanschade (necrose)
- Eiwitontvouwing en DNA schade (necrose/apoptose)
Leg uit wat ATP depletie inhoud
Oorzaak: er zijn te weinig nutriënten aanwezig of te weinig zuurstof, waardoor mitochondriën niet meer goed functioneren.
Gevolg (primair): er kan geen oxidatieve fosforylatie plaatsvinden en de cel gaat over op lactaat-fermentatie.
Gevolg (secundair): actief transport kan niet plaatsvinden, waardoor de zoutbalans veranderd en de organellen zwellen.
Leg uit wat reactieve zuurstofradicalen inhouden
Oorzaak: zuurstofradicalen zijn onder invloed van toxines het lichaam binnengekomen.
Gevolg (primair): schade in elektronenketen of in fagosomen.
Gevolgen (secundair): gaten in membraan, eiwitontvouwing, DNA breuken
Leg uit wat de influx van calcium inhoud
Oorzaak: organellen zijn beschadigd en lekken inhoud in cytoplasma.
Gevolg (primair): door een hoge concentratie van calcium ontstaat er een lek in mitochondriën, waardoor er minder ATP geproduceerd kan worden.
Leg uit wat membraanschade inhoud
Oorzaken: lipases breken fosfolipiden af, door ATP-depletie is er geen energie om nieuwe fosfolipiden aan te maken, en door ROS-moleculen worden fosfolipiden beschadigd.
Gevolgen (primair): inhoud van cytosol lekt weg, waardoor H+ ionen weglekker en ATP-synthese stopt.
Leg uit wat eiwitontvouwing en DNA schade inhouden
Oorzaken: bij teveel schade wordt eiwit p53 geactiveerd.
Gevolgen (primair): bij eiwitontvouwing onstaat er ER-stress, doordat er teveel eiwitten gevouwen moeten worden en daar te weinig chaperonnes voor zijn.
Door welke twee processen wordt apoptose gestart?
Intrinsieke signalen in cel bij schade via mitochondriën, of via externe signalen via DEATH receptoren in het cytoplasmamembraan.