H9 - Medisch begeleid sterven Flashcards

1
Q

Wat zijn de mogelijkheden als patiënt binnen medisch begeleid sterven? (6)

A
  • Behandeling stopzetten omdat ze zinloos is
  • Behandeling niet inzitten omdat ze zinloos is
  • Palliatieve zorg
  • Levensbeëindigend handelen zonder verzoek
  • Hulp bij zelfdoding
  • Euthanasie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

ETHIEK, WETGEVING EN DEONTOLOGIE

Wat is het verschil tussen fysiologische futiliteit en normatieve futiliteit?

A

Fysiologische futiliteit = medische kans op klinische behandeling is zeer klein (kansloze behandeling)

Normatieve futiliteit = uitkomst voor patiënt is niet wenselijk (zinloze behandeling)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ETHIEK, WETGEVING EN DEONTOLOGIE

Is leeftijd een criterium voor zorg? Waar dient men een inschatting van te maken? (3)

A
  • Biologische versus burgerlijke leeftijd (co-morbiditeit, ADL, dementie)
  • Inschatting van reversibiliteit van acute pathologie
  • Inschatting van verbetering van chronische pathologie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ETHIEK, WETGEVING EN DEONTOLOGIE

Wat zijn de 7 patiëntenrechten?

A
  • Recht op kwaliteitsvolle dienstverlening
  • Recht op vrije keuze beroepsbeoefenaar
  • Recht op inzage in dossier
  • Recht op informatie
  • Recht op eerbieding van persoonlijke levenssfeer
  • Recht op klachtenbemiddeling
  • Recht op toestemming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ETHIEK, WETGEVING EN DEONTOLOGIE

Wat is therapeutische exceptie?
+ Wat zijn de voorwaarden? (2)

A

(Tijdelijk) onthouden van info indien meedelen een ernstig nadeel voor patiënt zou meebrengen.

  • Na raadpleging van collega
  • Vertrouwenspersoon moet hierover geïnformeerd worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

THERAPIEBEGRENZING

Wat is de taak van de arts (5) en van de verpleegkundige (3) als het gaat over therapiebegrenzing en voorafgaande zorgplanning?

A

Arts:

  • Patiënt informeren over prognose
  • Tijdig gesprek aangaan over wensen
  • Betrekken van patiënt en familie
  • Andere zorgverleners informeren en betrekken
  • Eventueel inroepen van palliatief zorgteam

Verpleegkundige:

  • Signaalfunctie naar arts
  • Ethische evaluatie: zinvolle therapie? menswaardig?
  • Inroepen palliatief zorgteam, arts op de hoogte brengen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

THERAPIEBEGRENZING

Wie zijn de betrokken actoren bij de besluitvorming rond therapiebegrenzing? (4)

A
  • Patiënt
  • Huisarts
  • Verwijzende arts, consulent
  • Verantwoordelijke verpleegkundige
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

THERAPIEBEGRENZING

Wat gebeurt er met het DNR/NTR formulier bij transfer of heropname?

A

Herevaluatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

THERAPIEBEGRENZING

Wat gebeurt er met het DNR/NTR formulier wanneer er een transfer of heropname is?

A

Herevaluatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

THERAPIEBEGRENZING

Waarvoor staan de verschillende DNR/NTR codes?

A

Code 0 = geen therapeutische restrictie
Code 1 = maximale zorgen, geen reanimatie of defibrillatie
Code 2 = geen reanimatie of defibrillatie, individuele beperkingen
Code 3 = comfortzorg
Code 4 = staken van alle behandelingen wanneer stervensproces reeds is ingezet (vb: hersendood)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

PALLIATIEVE ZORG

Wat omvat palliatieve zorg? (2)

A
  • Symptoom- en pijncontrole

- Psychische, sociale en spirituele begeleiding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

PALLIATIEVE ZORG

Wat is de taak van de verpleegkundige omtrent palliatieve zorg?

A

Stervensbegeleiding is een basisopdracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

PALLIATIEVE ZORG

Wat wil een patiënt aan het einde van het leven? (5)

A
  • Pijn- en symptoomcontrole
  • Vermijden van onzinvol rekken stervenproces
  • Bekomen van controle-gevoel
  • Versterken van banden met geliefden
  • Verminderen last voor nabestaanden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

PALLIATIEVE ZORG

Wanneer is het stoppen of niet starten van een behandeling deontologisch aangewezen?

A

Het staat wetenschappelijk vast dat er geen hoop meer is op redelijke verbetering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

PALLIATIEVE ZORG

Wat is medicamenteuze pijnbestrijding?
+ Wat is de basisvoorwaarde?

A

Toedienen van analgetica en/of andere medicatie in doseringen en combinaties om pijn te controleren

=> Proportionaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

PALLIATIEVE ZORG

Welke 2 ethische problemen zijn er ivm pijnbestrijding?

A
  • Onderbehandeling van pijn

- Misconcept dat opdrijven van dosis een levensverkortend effect zal hebben

17
Q

PALLIATIEVE ZORG

Wat is palliatieve sedatie?
+ Wat zijn de basisvoorwaarden?

A

Toedienen van sedativa in doseringen en combinaties, die vereist zijn om bewustzijn van terminale patiënt zoveel te verlagen als nodig, om refractaire symptomen adequaat te controleren.

=> Proportionaliteit
=> Adequaatheid

18
Q

PALLIATIEVE ZORG

Welke vormen van palliatieve sedatie kan je onderscheiden?

A
  • Mild versus diep
  • Intermittent versus continu
  • Tijdelijk
19
Q

PALLIATIEVE ZORG

Zorgt het niet krijgen van kunstmatige voeding en vocht voor een levensverkorting?

A
  • Vrijwel steeds zo dicht bij overlijden dat er geen levensverkortend effect is
  • Overgrote deel van patiënten zijn reeds gestopt met eten en drinken

=> Geen standaardpraktijk !

20
Q

ACTIEVE LEVENSBEËINDIGING

Welke 3 soorten actieve levensbeëindiging zijn er?

A
  • Hulp bij zelfdoding
  • Zonder verzoek
  • Euthanasie
21
Q

ACTIEVE LEVENSBEËINDIGING

Wat is hulp bij zelfdoding?

A

Opzettelijk meewerken aan opzettelijk levensbeëindigend handelen, patiënt zelf stelt dodende handeling

=> Niet wettelijk in België

22
Q

ACTIEVE LEVENSBEËINDIGING

Wat is actieve levensbeëindiging zonder verzoek?

A

Opzettelijk levensbeëindigend handelen, niet op diens verzoek.

23
Q

ACTIEVE LEVENSBEËINDIGING

Wanneer is er geen sprake van misdrijf bij euthanasie? (5)

A
  • Uitgevoerd door arts
  • Patiënt is meerderjarig, handelingsbekwaam en bewust bij verzoek
  • Verzoek is vrijwillig, overwogen en herhaald zonder externe druk
  • Medisch uitzichtloze toestand van aanhoudend en ondraaglijk fysiek of psychisch lijden
  • Wettelijke voorziene procedures worden nageleefd
24
Q

ACTIEVE LEVENSBEËINDIGING

Wat zijn de procedurele voorwaarden bij euthanasie? (12)

A
  • Arts moet patiënt inlichten over gezondheidstoestand en levensverwachting
  • Arts moet overleg plegen met patiënt over (1) zijn euthanasieverzoek, (2) resterende curatieve mogelijkheden en (3) palliatieve mogelijkheden
  • Arts moet zich verzekeren van aanhoudend fysiek en psychisch lijden van patiënt
  • Arts moet zich verzekeren van duurzaamheid van verzoek (herhaald verzoek)
  • Arts moet andere ‘onafhankelijke’ en ‘bevoegde’ arts raadplegen
  • Arts moet overleg plegen met verplegend team
  • Arts moet, indien patiënt dit wenst, verzoek bespreken met aangewezen naasten
  • Arts moet zich ervan verzekeren dat patiënt over zijn verzoek heeft kunnen spreken met door hem gewenste personen
  • Verzoek moet schriftelijk zijn
  • Document moet opgesteld, gedateerd en getekend zijn door patiënt
  • Patiënt kan ten allen tijde het verzoek herroepen
  • Alle documenten worden in medisch dossier bewaard
25
Q

ACTIEVE LEVENSBEËINDIGING

Wat zijn de bijzondere voorwaarden bij niet-terminale euthanasie? (3)

A
  • Nog extra tweede onafhankelijke arts raadplegen
  • Arts brengt patiënt op de hoogte van deze raadpleging
  • Maand tussen schriftelijk verzoek en euthanasie