H9 Denken Flashcards
Hoe lossen we problemen op?
Taak opsplitsten in tussenstappen waarbij steeds voor de juiste actie gekozen moet worden.
Wat is een gestructureerd probleem?
De oplossing ligt vast en het staat vast dat er een oplossing bestaat (bv algoritmes)
Wat is een ondergestructureerd probleem?
Niet zeker of er een oplossing bestaat en niet duidelijk hoe de eindtoestand eruit moet zien.
Wat zijn discontinue problemen?
Problemen waarbij men initieel enige vooruitgang lijkt te boeken maar uiteindelijk in soort impasse terecht lijkt te komen waar men pas na grote inspanning weer uit kan komen(of niet).
Wat onderzocht Köhler?
Onderzoek bij apen: Eerst tevergeefs pogingen, dan periode van frustratie, dan nadenken, daarna ‘Aha Erlebnis’ (eureka) –> hoort bij discontinue problemen
Wat zijn algoritmen?
Procedure (regeltje) die altijd leidt tot de juiste oplossing (bv staartdeling, doorzoeken van alle ruimten bij verloren sleutels)
Wat zijn beperkingen van algoritmen?
- Niet van toepassing op ondergestructureerde problemen
- Algoritmen zijn vaak omslachtig en vergen veel herhalingen (bij schaken 10 zetten vooruit denken vergt teveel rekenen)
Wat zijn heuristieken?
Vuistregels: informele, intuïtieve en speculatieve oplossingsstrategieën die mensen ontwikkelen om bepaalde problemen aan te pakken (werken vaak sneller dan algoritmen).
Wat zijn voorbeelden van veelgebruikte heuristieken?
- Subdoelanalyse (opdelen in kleinere overzichtelijkere vragen: sleutels kwijt –> eerst zoeken op bekende plekken, kast, jas, tafel)
- Middel-doel analyse (in kleine stapjes dichter naar het einddoel: lekke band –> kan ik zelf maken? Nee, op andere manier naar uni.. Fiets lenen, bus? Bus.. Hoe laat gaat bus? … bushalte?)
Wat is analogie?
Probleem oplossen door te zoeken naar een soortgelijk probleem.
Wat onderzochten Gick & Holyoak?
Tumorprobleem(juiste oplossing 5-10%) –> beter oplossen na analogie van fort aanvallen (juiste oplossing 75%).
Wat is functionele gefixeerdheid?
Type van instelling waarbij men vastzit aan het conventionele gebruik van een voorwerp.
–> Beperking van analogie
Wat onderzocht Duncker?
Kaars, luciferdoosje, punaises.
Wat is het incubatie-effect?
Probleem oplossen door het enige tijd aan de kant te zetten.
Wat is brainstormen?
Ideeën in wilde weg spuien zonder evaluatie, later kijken wat bruikbaar is.Blijkt minder goed te werken dan dat ieder eerst voor zich ideeën genereert.
Wat is redeneren?
Evalueren van de waarheid of de waarschijnlijkheid van verklaringen.