H5 Aandacht Flashcards
Wat is aandacht?
Hoe goed personen zich op een informatiebron kunnen concentreren en afleiders kunnen negeren
Wat is controle?
Hoe goed personen zich op een bepaalde TAAK kunnen richten en zo nodig van de ene naar de andere taak overgaan.
Wat is bewustzijn?
Hoe bewust ben je je van alle informatie die je verwerkt
Wat ontdekte Titchener?
Selectieve aandacht: proces waarbij één boodschap geselecteerd wordt voor bewuste verwerking, rest onderdrukt
Hoe kunnen we selectieve aandacht onderzoeken?
- Posner cueing paradigm (cues voor target)
- Dichotische luistertaak (in beide oren wat anders horen –> aandacht selectief)
Wat is het cueing effect?
Cue (</>) geeft aan waar target wss komt –> bij valide aan die kant, bij invalide andere kant.
Invalid RTs- Valid RTs.
Laat zien dat aandacht gericht kan worden op locatie waar de target wss komt
Wat ontdekte Cherry?
Cocktailparty fenomeen: Mensen kunnen gesprek voeren zonder in de war te raken door andere gesprekken op de achtergrond
Wat zijn de modellen voor selectieve aandacht?
- Theorie met vroege selectie
- Theorie met late selectie
- Attenuatietheorie
Wat is de theorie met vroege selectie en wie heeft dit bedacht?
(Broadbent, 1958):
Tussen gewaarwording en KTG is een filter dat bepaalt of iets wel of niet verwerkt moet worden.
Wat is de theorie met late selectie?
Alle info wordt onbewust waargenomen en op later niveau weg gefilterd
Wat is de attenuatietheorie en wie heeft dit bedacht?
(Treisman, 1960):
Filter blokkeert niet volledig maar verzwakt de signalen.
Hoe meer aandacht voor ene stimulus, hoe minder er overblijft voor de ander.
Visuele informatie is beter te onderdrukken dan Auditieve.
Wat onderzocht Neisser?
Zoektocht naar één kenmerk gaat snel en automatisch (K tussen C, O, Q), maar zoektocht naar een conjunctie van kenmerken gaat trager en kost selectieve aandacht (K tussen Z, W, X).
Wat ontdekten Treisman & Gelade?
Feature Integration Theory (FIT; kenmerk integratie theorie).
Wat houdt de Feature Integration Theory (FIT) in?
Visuele perceptie verloopt in twee stadia:
1. Kenmerk detectie
2. Kenmerk integratie
Wat is kenmerk detectie?
Voor verschillende kenmerken (kleur, beweging) wordt een ‘mentale kaart’ van het visuele veld opgesteld.
–> Is pre-attentief (= automatisch en parallel over gehele visuele veld, pop-out effect).
Levert een plek op die opvallend is, waar aandacht (fixatie) naar toe gaat.
Wat is kenmerk integratie?
Integreren van verschillende kenmerken tot één geheel.
–> Vraagt selectieve aandacht (=serieel proces, ene voorwerp verwerkt na het andere)
Wat is het pop-out effect?
Als een stimulus van alle andere stimuli verschilt op 1 kenmerk dan zal die stimulus uit het display springen, ongeacht waar het zich bevindt (rode S tussen zwarte S-en)
Gaat het richten van aandacht automatisch of kun je dit zelf sturen?
Bottom-up controle: Exogene aandacht (automatisch)
Top-down controle: Endogene aandacht (vrijwillig)
Wat ontdekten Friesen & Kingstone?
Kijkrichting van mensen is ook bottom-up/exogene cue: je kijkt automatisch daarheen waar mensen ook naar kijken
Wat ontdekte Theeuwes?
Exogene stimuli (bottom-up) hebben voorrang op endogene (top-down) invloeden (rode cirkel zie je eerder dan groene ruit)
Wat ontdekten Egly et al?
Selectieve aandacht kan plaatsgebonden zijn maar ook voorwerpgebonden sneller in zelfde rechtshoek dan ernaast in ander rechthoek.
Wat is negatieve Priming?
Inhibitie van ‘niet-aandacht’-stimulus zorgt ervoor dat deze later slechter wordt verwerkt.
Als paddenstoel eerst is onderdrukt duurt langer om te zeggen.
Wat is terugkeerinhibitie?
Snyder & Kingstone: onthouden/inhiberen waar je ogen al geweest zijn (tot 5 plaatsen terug!)
Wat is change blindness?
Door selectieve aandacht ben je soms blind voor veranderingen elders.
Wat is hemineglect?
Geen aandacht aan stimuli uit de ene helft van de omgeving. Vaak schade aan pariëtale lob in rechter hemisfeer.
Wat is cognitieve controle?
Geheel van processen (executieve functies) die ervoor zorgen dat ons gedrag gericht is op een bepaald doel en eventueel kan schakelen als het nodig is. Frontale cortex.
Wat zijn executieve functies?
- Doel activeren en geactiveerd houden
- Juiste informatie en acties selecteren om doel te bereiken
- Onderdrukken van irrelevante informatie en acties
- Rekening houden met specifieke omstandigheden waarin taak uitgevoerd moet worden
- Fout detectie en correctie
Wat zijn taakwisselkosten?
Gedragsparameters voor het activeren van nieuwe taak en het onderdrukken van de vorige taak. (bv moedertaal en 2e taal –> Meuter & Allport )
Wat zijn dubbeltaken?
Testen verdeelde aandacht (vergt cognitieve controle). Prestatie op ene taak wordt beïnvloed door de andere taak.
–> Bv met ene hand cirkel met andere vierkant –> videogames positief effect
Wat is het verschil tussen gecontroleerde en automatische processen?
- Gecontroleerde processen: Bewust, traag, vergt mentale inspanning, gemakkelijk onderbroken.
- Automatische processen: Onbewust, snel, zonder aandacht.
Hoe zag Logan de overgang van gecontroleerde naar automatische processen?
Alle ervaringen opslaan in geheugen, hoe meer ervaringen hoe makkelijker/sneller oproepen/gebruiken.