h8 NL-FA Flashcards
1
Q
het pretpark
A
le parc d’attractions
2
Q
het verblijf
A
le séjour
3
Q
een tweede huis
A
secondaire
4
Q
het zwembad
A
la piscine
5
Q
het grasveld
A
la pelouse
6
Q
vrijetijdskleding
A
les vêtements loisir (m)
7
Q
de schoen, het schoeilsel
A
la chaussure
8
Q
het kasteel
A
le château
9
Q
een brug
A
un pont
10
Q
een vriendschappelijke wedstrijd
A
un match amical
11
Q
de ronde
A
le tour
12
Q
vervangen
A
remplacer
13
Q
selecteren
A
sélectionner
14
Q
de sportprestatie
A
la performance sportive
15
Q
de achterstand
A
le retard