h7 FA-NL Flashcards
les transports en commun
(m) het openbaar vervoer
un moyen de
een vervoersmiddel
la piste cyclable
het fietspad
le réseau routier
het wegennetwerk
couloir
de rijbaan
le chemin de fer
de spoorweg
interdire
verbieden
relier
verbinden
perturber
storen, verstoren, ontregelen
faire la navette
pendelen, heen en weer reizen
ralentir
vaart minderen
la voie
de baan, rijbaan
la déviation
een omleiding
un embouteillage
een verkeersopstopping
restreint
beperkt
la compagnie aérienne
de luchtvaartmaatschappij
le vol
de vlucht
un atterrissage
een landing
vérifier
controleren
multiplier
vermeerderen
un équipage
een bemanning
l’accès
(m) de toegang
le routier
de vrachtwagen chauffeur
indiquer
aanwijzen
le détour
de omweg
le péage
de tol, het tolgeld
le cortége
de stoet, de optocht
parcourir
doorkruizen
un itinéraire
een route, een reisroute
interminable
eindeloos, eindeloos lang
effectuer
volbrengen
heurter
raken
la priorité
de voorrang
supprimer
opheffen
un inconvénient
een nadeel, een ongemak
le casque
de helm
disponible
beschikbaar
un panneau
een bord
la Prévention routière
Veilig Verkeer (nederland)
aveugler
verblinden