H6 Flashcards

1
Q

Publieke gezondheidszorg kan je opdelen in 3 onderdelen

A
  • betaalbaarheid
  • solidariteit
  • toegankelijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zegt L. Onkelinckx?

A
  • De gezondheid is niet gelijk verdeeld
  • hoe betreft de sociale situatie, hoe beter de gezondheid
  • gebrek aan zorg: vergroot de ongelijkheid tussen de mensen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke ingrepen voert men uit om de toegankelijkheid in België te vergroten

A
  • Maximumfactuur
  • derdebetalersregeling
  • Verhoogde tegemoetkoming
  • Statuut voor chronische ziekten
  • Druk op prijzen geneesmiddelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De ingrepen die men invoert om de toegankelijkheid te vergroten zijn gericht op het verlagen van ? en is dit het enige toegankelijkheidsprobleem?

A
  • De ingrepen zijn gericht op het verlagen van financiële drempels, maar dit is niet het enige toegankelijkheidsprobleem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zegt de block? Over kerndoelstellingen

A
  • Toegankelijkheid een kerndoelstelling is voor de gezondheidszorg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Naar wie moet de zorg eerst gaan, volgens de Block?

A
  • De zorg moet gaan naar diegene die er het meest recht op hebben: De meest kwetsbare personen/groepen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zegt de Cock?

A
  • Er is nood aan efficiënte strategieën om belemmeringen weg te werken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Er zijn drie soorten obstakels, die we weg moeten werken (de Cock)

A
  • financiële obstakels: eigen aandeel van de patiënt in kosten
  • culturele obstakels: communicatie, mensen lopen verloren in het systeem, weten niet waar ze met hun klacht naartoe moeten
  • administratieve obstakels: niet iedereen is handig met papierwerk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Er zijn veel ongelijkheden op het vlak van gezondheid ondanks?

A
  • een goed georganiseerde sociale zekerheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Ongelijkheid heeft diverse oorzaken

A
  • inkomen
  • werk
  • huizing
  • omgeving
  • opleidingsniveau
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is gezondheidsongelijkheid

A
  • gezondheidsongelijkheden weerspiegelen de verhoudingen tussen de gezondheid en het behoren tot een sociale categorie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wanneer komen gezondheidsongelijkheden tot uiting?

A
  • deze komen tot uiting wanneer je een gezondheidscriterium naast een positie op de sociale ladder plaatst
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe is de evolutie in gezondheidsongelijkheid?

A
  • vele beleidsinspanningen hebben de kloof op sommige aspecten verkleind of stabiel gehouden
  • voor onder meer het tandartsbezoek is de, al grote kloof nog groter geworden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Er zijn 2 modellen die de ongelijkheid verklaren, namelijk

A
  • selectieve sociale mobiliteit

- sociale causaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Selectieve sociale mobiliteit

A
  • De slechte gezondheidstoestand zorgt ervoor dat mensen de sociale ladder niet kunnen opklimmen
  • Slechte gezondheid doet mensen dalen op de sociale ladder
  • gevolg: de concentratie mensen met een slechte gezondheid liggen onderaan de sociale ladder
  • hypothese is omstreden!!
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Sociale causaliteit

A
  • De sociale situatie beïnvloed de gezondheid, onrechtstreeks, onder diverse factoren:
    • structurele factoren: Levensomstandigheden worden zwaarder naarmate mensen dalen op de sociale ladder: financiën, huisvesting, werk…
    • Culturele factoren: Levensstijl
17
Q

Geef de verschillende mogelijkheden om gezondheidsongelijkheid te verminderen

A
  • preventie en voeding
  • administratieve vereenvoudiging
  • info over structuren en voorzieningen
  • gezondheidssysteem niet als enige oorzaak ongelijkheid zien
  • outreach: zorg bij de mensen brengen ipv mensen naar de zorg brengen
18
Q

Toegankelijkheid heeft twee definities (nr1)

A
  • de mate waarin mensen gemakkelijk toegang hebben tot gezondheidsdiensten in termen van
    • Fysieke toegang
    • Kosten
    • Tijd
    • Beschikbaarheid van gekwalificeerd personeel
19
Q

Toegankelijkheid heeft twee definities (nr2)

A
  • De graad waarmee iemand met een zorg in de praktijk, een reeks zorgen ontvangt, met als indicatoren
    • Geografische toegankelijkheid
    • wachtlijsten
    • sociale en culturele toegankelijkheid
    • financiële toegankelijkheid
20
Q

Wat zegt het billijkheidsprincipe

A
  • Verplichte ziekteverzekering voor iedereen
  • iedereen betaalt volgens kunnen
  • iedereen ontvangt zorg
  • -> in theorie is toegankelijkheid gegarandeerd, in de praktijk zijn er nog problemen
21
Q

Wat is de belangrijkste indicator om financiële toegankelijkheid te meten

A
  • het percentage gezinnen dat gezondheidszorg niet kon uitvoeren omwille van financiële redenen
22
Q

Gezinnen met meerdere gezondheidsproblemen hebben een hoger risico om?

A
  • hebben een hoger risico om zorg uit te stellen wegens financiële redenen
  • hoe slechter iemand zijn gezondheid inschat, hoe groter de kans op uitstel
23
Q

Uitstel van zorg is?

A
  • structureel

- samenvallend met sleutelmomenten

24
Q

Uitstel van zorg gebeurt vooral voor

A
  • medicijnen
  • zorg door specialisten
  • > er wordt onderscheid gemaakt tussen noodzakelijke zorg en “luxe” zorg, en dringende of niet- dringende zorg
25
Q

Uitstel van zorg top 5

A
  • tandzorg
  • bril en lenzen
  • Medicijnen
  • medische verzorging/operatie
  • mentale gezondheid
26
Q

Redenen waarom men zorg uitstelt

A
  • financieel
  • tijdsgebrek
  • angst
  • nonchalance
  • vervoersproblemen
27
Q

uitstel van zorg: profiel A

A

Type A: ‘Coherentie in het probleem’

  • meerderheid van de gezinnen
  • Grote financiële problemen over de hele lijn, dus ook voor gezondheid
  • Zouden meer geld aan gezondheid spenderen als er middelen waren
28
Q

uitstel van zorg: profiel B

A

Type B: ‘De onthullende tegenstelling’

  • 16% van de gezinnen
  • Doelgericht uitstel: voor bepaalde personen in het gezin of voor bepaalde vormen van zorg
  • Gezondheid blijft prioritair: het noodzakelijke wordt gedaan
  • SES is minder precair dan type A
  • Zouden niet meer geld aan zorg besteden als er meer middelen waren
29
Q

uitstel van zorg: profiel C

A
  • Type C: ‘Gezondheid gaat voor alles’
  • 27% van de gezinnen
  • Er zijn financiële problemen, maar desondanks wordt gezondheid niet uitgesteld
  • gezondheid komt op de eerste plaats en wordt gerealiseerd door goed beheer van budget en besparing van de uitgaven
30
Q

uitstel van zorg: profiel D

A
  • Type D: ‘Tandverzorging heeft weinig belang’
  • 5% van de gezinnen
  • Zorg wordt uitgesteld terwijl er wel financiële middelen voorhanden zijn
  • Zorguitstel betreft vooral tandzorg: wordt als luxe gezien en heeft niets te maken met gezondheid