H14 De eeuw van de burgeroorlogen: De jaren 79-49 BC Flashcards
Wie waren de machtige politici van de jaren 79-49?
Gnaeus Pompeius (Pompey, 106–48),
Marcus Licinius Crassus (c. 112–53) and Gaius Julius Caesar (102–44). Pompey
Wat was kenmerkend voor deze periode?
- onrust na Sulla
- tussen 1e en 2e burgeroorlog in
Hoe profiteerde Pompeius van de gedeeltelijke ongedaanmaking van de volkstribuun wetgeving? Welk probleem had de senaat met het bedoelde profijt?
In 67 en 66 slaagden de tribunes met wie Pompeius bevriend was erin de volksvergadering (Concilium Plebis) ervan te overtuigen hem belangrijke bevelen te verlenen met bevoegdheden die groter waren dan die van een consul en een proconsul en die in verschillende provincies van toepassing waren. De meerderheid van de Senaat was hier uiteraard zeer tegen.
Pompeius wilde landverdeling en de volkstribuun weer wetgevende macht geven
Waar lag het koninkrijk Pontus?
In het Hellenistische rijk, noord-oosten van Turkije, bij de zwarte zee
Hoe lang hebben de Romeinen en de Pontische koning Mithridates onderling strijd gevoerd?
De strijd duurde van 74 tot 64 v. Chr.
Welke wijzigingen in de internationale verhoudingen in het oostelijke Middellandse Zeegebied voerde de man die uiteindelijk met Mithridates afrekende, daarna door?
In 67 v.Chr. verwierf Pompeius het gezag over alle kustgebieden van het rijk en binnen drie maanden schakelde hij de piraten uit. De kustgebieden werden onderdeel van het Romeinse rijk
Wie waren de leden van het Eerste Driemanschap? Wat bracht deze drie heren bij elkaar? En wie van de drie profiteerde op termijn het meest van deze driemans-coalitie?
Pompeius, Crassus en Caesar. In 60 v.Chr. kwamen de drie politici persoonlijk overeen elkaar te helpen in hun politieke strijd. Caesar profiteerde het meest van deze driemans-coalitie.
Burgeroorlog tussen Pompeius en Caesar, Caesar won en veroverder Gallië.
Waarom moest Clodius uit het patriciaat treden om zijn politieke ambities te realiseren? Waarop baseerde hij zijn machtspositie vooral?
Hij wilde lid van de plebejische tribune worden en via de volksvergadering politiek te kunnen bedrijven. Hij baseerde zijn machtspositie op de ‘collegia’, die hem steunden en bereid waren zijn wensen te laten uitkomen door middel van geweld.
Hoe eindigde het met Pompeius, Crassus en Caesar?
Crassus ging dood in een strijd, Pompeius groeide dichterbij de optimates, Caesar was succesvol met zijn veroveringen in Gallië
