Fysische parameters Flashcards

1
Q

Lichaamslengte?

A

meting in liggende positie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lichaamsgestalte?

A

meting in rechtstaande houding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Frequentie lengtebepaling? Belang?

A

volwassenen => niet frequenter (ifv BMI)
jonge kinderen => frequent (ifv groeicurve)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Beïnvloedende factoren lichaamslengte/gestalte?

A
  1. Geslacht
  2. Erfelijkheid
  3. Leeftijd
  4. Etniciteit
  5. Voeding
  6. Sport
  7. Pathologie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  1. Geslacht (lengte)
A

Mannen normaalgezien groter dan vrouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
  1. Erfelijkheid (lengte)
A

Bepaalde families veel grote mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
  1. Leeftijd (lengte)
A

Hoe ouder, hoe groter
Kromming van de rug bij ouder worden = osteoporose = krimpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
  1. Etniciteit (lengte)
A

Scandinavische mensen bv groter dan mensen uit de bergen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
  1. Voeding (lengte)
A

Hoe beter de voeding is afgestemd, hoe groter het kind
Ondervoeding => kleiner gestalte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
  1. Sport (lengte)
A

Sport stimuleert de botgroei

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
  1. Pathologie (lengte)
A
  • Acromegalie = reusgroei
    <=> Dwerggroei = cretinisme
  • Osteoporose => inkrimpen op oudere leeftijd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
  1. Rechtstaand (lengte bepalen)
A

Meetlat met muurbevestiging en beweegbare schuiflat
(jaarlijkse kalibratie)
OF
Rudimentair: maatverdeling op muur
OF
Verplaatsbare meetlat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  1. Liggend (lengte bepalen)
A

Bij pasgeborenen, baby’s en jonge kinderen
Meetbak of meetlat in hout/kunststof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Lichaamsgewicht?

A

Frequentie afhankelijk van de situatie
BELANGRIJKE parameter! => pathologie!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Belang van meten lichaamsgewicht?

A
  1. Bepalen BMI
  2. Effect therapie nagaan
  3. Controle ifv vochtbalans
  4. Gezondheidsproblemen opsporen
  5. Dosering medicatie
  6. Algemene toestand evolueren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
  1. Bepalen BMI
A

= inschatting gezondheidsrisico
18-70j
<18j = BMI-curves leeftijd kind
>70j = relatie BMI & gezondheid minder duidelijk

gewicht/lengte^2

Normaal: 20-25

17
Q
  1. Effect therapie nagaan
A
  • Hemodialyse of peritoneale dialyse (vocht onttrekken)
  • Vermageringsdieet
  • Aanrijkingsdieet
  • Ontwateringstherapie met plaspillen
18
Q
  1. Gezondheidsproblemen opsporen
A

bv. oedeemvorming of - verdwijning, vermagering zonder andere symptomen/klachten

19
Q
  1. Dosering medicatie
A

bv. narcosemiddelen, spierverslappende, contrastmiddelen

20
Q

Beïnvloedende factoren lichaamsgewicht?

A

I. Geslacht
II. Voedingsopname
III. Leeftijd
IV. Activiteit
V. Slaap
VI. Economische status

21
Q

I. Geslacht

A

Mannen wegen vaak meer dan vrouwen

22
Q

II. Voedingsopname

A

Gezond voedingspatroon of niet

23
Q

III. Leeftijd

A

Hoe ouder, hoe zwaarder
bv. menopauze => meer vetopslag

24
Q

IV. Activiteit

A

Hoe actiever, hoe lager vaak het lichaamsgewicht

25
Q

V. Slaap

A

Te weinig slaap doet gewicht stijgen

26
Q

VI. Economische status

A

Te weinig financiële middelen om gezonde voeding aan te kopen

27
Q

Lichaamsgewicht is …

A

redelijk constant
=> plotse gewichtsverandering => gezondheidsprobleem?

28
Q

Hoe lichaamsgewicht bepalen?

A

Betrouwbaar & vergelijkbaar meetresultaat met een weegschaal

29
Q

Betrouwbaar meetresultaat (gewicht)?

A
  1. Geijkte weegschaal
  2. Weegschaal van goede kwaliteit
  3. Staand of zittend (kies passend patiënt)
  4. Zo weinig mogelijk kledij (geen schoenen!)
30
Q

Vergelijkbaar meetresultaat (gewicht)?

A
  1. Vergelijkbaar tijdstip
  2. Dezelfde weegschaal
  3. Vergelijkbare kledij
  4. Vergelijkbare attributen (vb. navelbandje verwijderen bij neonaat)
31
Q

Soorten weegschalen?

A
  1. Snelwegers
  2. Verrijdbare weegstoel of zitweegschaal
  3. Ligweegschaal
  4. Weegschaal waarop brancard, rolsteol of stoel kan geplaatst worden
  5. Babyweegschalen (digitaal of analoog)
  6. Weegschaal met tillift
  7. Opstapweegschaal met schuifgewichten