Fysiologie - CH14 - Organization of the Visceral Controle System Flashcards
Pathways output CNS
- Somatische motor neuronen; innerveren met gestreepte skeletspieren, voor willekeurige bewegingen
- Autonome motor neuronen; innerveren met gladde skeletspieren (onwillekeurige bewegingen), hartspieren, secretoir epitheel en klieren
Autonoom zenuwstelsel
Is altijd actief onafhankelijk van ons bewustzijn, verantwoordelijk voor:
- Metabolisme
- Cardiovasculair systeem
- Respiratoir systeem
Efferent axonen ANS
Voeren alle viscera aan en passen constant de orgaan functie aan. Eerder werd gedacht dat het ANS alleen uit efferente vezels en enterische (spijsvertering) neuronen bestond. Nu is duidelijk dat ook sensorische input via viscerale afferenten ook een grote rol speelt
Preganglionische neuronen
Liggen in het CNS, gerangschikt in kolommen in de hersenstam en het ruggenmerg. De axonen van deze neuronen treden uit het ruggenmerg en maken synapsen die contact maken met postganglionische neuronen
Elk neuron vormt synapsen met ongeveer 200 postganglionische neuronen
ANS afdelingen
Bestaat uit:
- Parasympatisch
- Sympatisch
- Enterisch
(para)sympatische efferente pathways zijn de grootste en controleren alle organen behalve de skeletspieren. Ze innerveren het doelweefsel met 2 synaps routen -> dus vanaf het signaal in CNS tot het doelorgaan worden er 2 synapsen en 2 neuronen gebruikt
Postganglionische neuronen
Liggen in de perifere ganglia (tussen het CNS en het doelorgaan). Axonen van deze neuronen bereiken uiteindelijk het doelweefsel.
Parasympatisch en sympatisch
Zijn onafhankelijk van elkaar van in praktijk werken ze nauw samen. Ze hebben vaak een tegengestelde werking, rem -en gaspedaal.
Parasympatisch is actief tijdens stress, opwinding en fysieke activiteit en sympatisch tijdens rust en voedselinname.
Enterisch netwerk
Is een collectie van afferente neuronen, interneuronen en motorneuronen die een netwerk vormen -> plexuses, rondom het maagdarmkanaal. Het kan als een apart en onafhankelijk zenuwstelsel werken maar normaal wordt het gecontroleerd door het CNS via (para)sympatische vezels
Preganglionische sympatische neuronen
- Cellichamen van deze neuronen liggen in het ruggenmerg op thoracaal en lumbaal niveau. In de intermediolaterale kolom (laterale hoorn) tussen de dorsale en ventrale hoorn en tussen wervels T1 en L3.
- Axonen van deze neuronen verlaten het ruggenmerg door de ventrale root met axonen van somatische motor neuronen. Ze splitsen hier snel vanaf en deze takken heten de witte rami communicantes. Wit omdat ze gemyeliniseerd zijn.
Paravertebrale ganglia
Axonen komen de eerste sympatische paravertebrale ganglia binnen vanuit de witte ramus, deze liggen direct naast de gehele lengte van de wervelkolom. Deze streng van de sympathische ganglia heet ook wel de truncus sympaticus.
Coccygeale ganglion
Onderaan in de coccyx (stuit) smelten de linker en rechter ganglia samen en deze vormen de coccygeale ganglion
Superior cervicale ganglion
De meest rostrale (bovenste) ganglion, die ontstaat uit een fusie van meerdere ganglia ten hoogte van de spinale zenuwen C1-C4. Verzorgt innervatie van het hoofd en de nek.
Middel cervicale ganglion
Zijn de volgende twee ganglia. Ontstaan uit een fusie van de spinale zenuwen C5 en C6
Inferior cervicale ganglion
Ontstaan uit C7 en C8. De laatste ganglion is ook vaak gefuseerd met de eerste thoracic ganglion (T1) -> de Stellate ganglion.
Innervatie hart, longen en bronchi ganglia
- De middel cervicale ganglion
- De stellate ganglion
- De bovenste thoracic ganglia
Opties preganglionische neuron bij binnenkomst in een ganglion paravertebral
- Een synaps vormen in dit paravertebrale ganglion (in hetzelfde segment)
- Langs de truncus sympaticus omhoog of omlaag bewegen en in een ander paravertebrale ganglion een synaps vormen (in ander segment)
- Meeliften met de splanchnicus major of minor naar een prevertebrale ganglion