extra 6 Flashcards
ernstige chronische ziekte
une maladie chronique grave
verminderen
diminuer
réduire
levensverwachting
l’espérance de vie
een derde
un tiers
doodsoorzaak
La cause du dedécès
een kransslagaderaandoening
une affection coronarienne
Het sterftecijfer
La surmortalité (oversterfte)
Le taux de mortalité
een afwijking
une anomalie
toeschrijven
est attribué(e)
stofwisselingsstoornissen
des maladies métaboliques
bloedstolling
la coagulation
stollingsfactor
un facteur de coagulation.
een tekort/ontbreken
du manque
du déficit
voorkamerfibbrileren
la fibrillation auriculaire
ervaren/voelen
ressentir
terugbrengen
ramener
bloeduitstorting
extravasation
verstuiven
vaporiser
astma aanval
une crise d’asthme
bekleden
tapisse
stromen
écoulements
snijtanden
les incisives (f.)
hoektanden
les canines (f.)
voorkiezen
les prémolaires (f.)
kiezen
les molaires (f.)
dichten
obturer
rond
enserrant
in de lente
Au printemps
nogal wat mensen
pas mal de gens
bien de gens
neusgaten
les narines
de vloeistof
le liquide
verstopt
boucheé, bloquée
even
un instant