Emoties in communicatie Flashcards

kennisclip

1
Q

Manieren om informatie over te brengen

A
  • Vocale informatie (hoe je iets zegt)
  • Verbaal
  • Aanraking
  • Gebaren
  • Gezichtsuitdrukkingen
  • Via muziek/ kunst
  • Feromenen (seksuele opwinding, walging, angst; stofje die vrijkomt)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Imperfecte communicatie

A
  1. Miscommunicatie
  2. Poging tot communicatie (niet ontvangen)
  3. Misinterpretatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Soorten informatie die je kan overbrengen met emotie

A

Innelijke toestand, appraisal, doelen/verlangens/motieven, gedragsintenties of sociale voorkeuren, persoonlijkheid en normen en waarden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Affectieve reachties door gezichtexpressies

A

Wederkerige reacties of complementaire reacties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Compassie

A

Zorg en warmte voelen voor de andere persoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Sympathie

A

Verdriet of bezorgdheid voelen voor de andere persoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Empathie

A

Dezelfde emoties voelen als de andere persoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Cognitieve vs affectieve empathie

A

Begrijpen hoe iemand voelt vs hetzelfde voelen als de ander. Psychopathen hebben wel cognitieve empathie, maar geen affectieve empathie (manipuleren).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Gezichtsexpressies vs andere non-verbale gedragingen

A

Duren heel kort (secondes of minder), moeilijk te faken (zoals glimlach), niet parallel aan dieren (alleen mensen blozen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Culturele verschillen beoordeling gezichtexpressie

A

Japaners letten meer dan Amerikanen op ogen bij beoordeling van blijheid dan de mond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Non-verbaal gedrag

A
  1. Emblemen: duim omhoog
  2. Illustratoren: zwaaien met armen
  3. Regulatoren: wijzen naar iemand
  4. Zelf-adaptoren: zenuwachtige gedragingen (blozen/zweten)
  5. Uitdrukking via kunst/muziek
  6. Fysiologische reacties die kunnen worden waargenomen: feromenen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Lichaamsexpressie vs gezichtsexpressie

A

Experiment met congruent en incongruent expressie. Incongruent moeiijker te beoordelen dus lichaamsexpressie speelt dus ook een belangrijke rol bij het beoordelen van gezichtsexpressies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly