College 7 Flashcards
Fenomenaal bewustzijn
:hoe het voelt om jou te zijn -> je subjectieve, persoonlijke ervaring (hoe is
het om blauw te zien)
Fenomenologie: verwijst naar hoe iemand iets ervaart
Introspectie: stilstaan bij de fenomenologie van jouw ervaring
Rapporteren: iemand anders vertelt je over de fenomenologie van hun ervaring
Probleem
hoe kan een materialistische theorie van bewustzijn, qualia/subjectieve ervaring/het
fenomenale verklaren?
2 interpretaties van het moeilijke probleem van bewustzijn
De verklaringskloof is een epistemologisch probleem:
Er is een probleem met de manier waarop wij over de wereld nadenken. Een materialistische
verklaring voor het fenomenale is misschien wel mogelijk, maar wij hebben er (nog) niet de
cognitieve capaciteiten voor. De nodige kennis ontbreekt voorlopig
De verklaringskloof is een metafysisch probleem:
De kloof ontstaat door hoe de wereld werkelijk in elkaar zit, dat is: qualia zijn simpelweg niet
fysiek! Een materialistische theorie, die uitgaat van het feit dat alles fysiek is, zal dus nooit
qualia kunnen verklaren, want materialisme is simpelweg fout!
De verklaringskloof is een epistemologisch probleem:
Er is een probleem met de manier waarop wij over de wereld nadenken. Een materialistische
verklaring voor het fenomenale is misschien wel mogelijk, maar wij hebben er (nog) niet de
cognitieve capaciteiten voor. De nodige kennis ontbreekt voorlopig
De verklaringskloof is een metafysisch probleem:
De kloof ontstaat door hoe de wereld werkelijk in elkaar zit, dat is: qualia zijn simpelweg niet
fysiek! Een materialistische theorie, die uitgaat van het feit dat alles fysiek is, zal dus nooit
qualia kunnen verklaren, want materialisme is simpelweg fout!
Chalmers
makkelijke problemen VS moeilijke problemen
Makkelijke problemen:
Problemen over bewuste mentale toestanden waarvan we perfect kunnen zeggen
wat de functie of causale rol ervan is.
We kunnen dan namelijk wetenschappelijk onderzoeken welke breinstructuren deze
functies vervullen (zogenaamde “neurale correlaten” vinden).
Vb. van een makkelijk probleem: hoe we informatie opslaan en later weer oproepen.
Moeilijke problemen:
Kunnen niet op dergelijke wijze onderzocht en opgelost worden.
Gaan over qualia of het fenomenale bewustzijn: “de roodheid van rood”, de “pijnlijkheid van pijn”, “hoe het voelt zich iets te herinneren”, …
Het subjectieve gevoel van bewustzijn kan niet zomaar verklaard worden door te
verwijzen naar breinstructuren of ‘neurale correlaten’.
Deze problemen zijn moeilijk aan te pakken via onze wetenschappelijke methoden.
Daniel Dennett: “intuïtiepompen”
Een gedachte-experiment dat is opgesteld om een intuïtie op te wekken en te onthullen (en
ons eventueel in staat te stellen om via deze intuïtie een antwoord te formuleren op een
probleem of vraag)
Frank Jackson: Mary de superwetenschapper (een gedachte-experiment)
Mary is een superwetenschapper.
Ze leeft in een (hypothetische) toekomst waarin onze wetenschappelijke kennis over kleur, kleurervaringen en licht compleet is. Mary kent alle objectieve, wetenschappelijke, fysieke feiten over kleur(ervaringen).
Mary bracht haar hele leven door in een zwart-wit- grijs kamer. Ze zag nog nooit een kleur. Ze weet (van zwart-wit foto’s) hoe bananen eruit zien. Ze kent bovendien elk (objectief, wetenschappelijk, fysiek) feit over de geel-ervaring.
Leert Mary iets
nieuws over geel?
Zou Mary in staat zijn te
weten dat dit blauw, en niet geel is?
Heeft ze nu iets geleerd over
geel dat nog niet tot haar
wetenschappelijke kennis
van geel behoorde?
Frank Jackson´s gedachte-experiment problematisch voor het materialisme?
Op eerste gezicht wel: als qualia/fenomenaal bewuste ervaringen niet -materieel zijn, dan
kunnen ze nooit op materialistische wijze worden beschreven, uitgelegd, of verklaard
Niet echt: zijn argumentatie zelf is problematisch
Intuïties kunnen fout zijn
Dennet: Natuurlijk leert Mary niets nieuws, ze wist alles toch al?
> Jackson’s hele argument steunt op een intuïtie die niet door iedereen gedeeld
wordt! Als Mary niets nieuws leert, is materialisme niet weerlegd
Jackson stelt te hoge eisen aan de (materialistisch) theorie van bewustzijn Jackson wil dat een theorie over bewustzijn niet enkel qualia of fenomenaal bewuste
ervaringen verklaart, maar ook dergelijke ervaringen bewerkstelligt in de persoon die deze theorie leert
hij stelt dat de theorie over geel-ervaringen die Mary kende niet toereikend was omdat ze Mary de geel-ervaring niet verschafte
David Chalmers: fenomenale zombies
Fenomenale zombies: fysiek identiek aan ons, maar zonder bewuste ervaringen of qualia
Als fenomenale zombies kunnen bestaan, dan betekent dit dat fenomenale eigenschappen
geen fysieke eigenschappen zijn
Een materialistische benadering zou daarom fenomenale eigenschappen niet kunnen
beschrijven of verklaren
Materialisme (=het idee dat alles fysiek is of supervenieert op het fysieke) is incorrect. ->
fenomenaal bewustzijn is niet materieel
Is Chamlers´ argument problematisch voor het materialisme?
niet echt, zijn argumentatie is zelf
problematisch
wie zegt dat fenomenale zombies kunnen bestaan?
het feit dat Chalmers (of eender wie) zich kan voorstellen dat fenomenale zombies bestaan,
is geen garantie dat ze ook echt zouden kunnen bestaan
misschien is materialisme wel correct en dan zou elk wezen dat fysiek gelijk is aan ons, ook
fenomenaal bewustzijn hebben.
Chalmers veronderstelt wat hij moet bewijzen
Chalmers’ gedachte-experiment bewijst niet dat materialisme incorrect is, maar vertrekt van
de aanname dat materialisme incorrect is
Het gedachte-experiment vertrekt vanuit een dualistisch uitgangspunt: “Fenomenale
eigenschappen zijn niet-fysiek en ook niet afhankelijk van fysieke eigenschappen, want ze
kunnen ontbreken in een perfect fysieke kopie van onze wereld.
Waarom zijn fenomenale zombies dan wel interessant?
Fenomenale zombies wekken intuïties op tegen het dualisme
de meeste mensen geloven niet dat fenomenale zombies kunnen bestaan zelfs mensen die intuïtief eerder een dualistische positie kiezen in het lichaam-geest debat,
denken dat fenomenale zombies niet kunnen bestaan
Fenomenale zombies zijn een belangrijke uitdaging voor materialisme een goede, materialistische theorie over bewustzijn kan verklaren waarom zombies misschien wel voorstelbaar, maar niet mogelijk zijn
Zombie-achtige gevallen in het echte leven Chalmers’ gedachte-experiment is misschien wat vergezocht, maar er zijn gevallen in het echte leven die erg dicht komen bij wat Chalmers ‘zombies’ noemt! Deze zijn relevant om over na te denken (homicidal somnambulism: moorddadig slaapwandelen, blindsight: blindzien)
Homicidal somnambulism (Kenneth Parks, Ontario 1987):
hij valt in slap voor de tv en rijdt in zijn slaap 20km naar het huis van zijn schoonouders. Hij gaat het
huis binnen met zijn sleutel, slaat zijn schoonmoeder dood en probeert zijn schoonvader te
verstikken.
hij geeft zichzelf aan met de woorden: “ik denk dat ik net twee mensen vermoord heb”
hij wordt vrijgesproken omdat blijkt dat hij de hele tijd aan het slaapwandelen was.
Blindsight (Graham Young)
Als hij 8 jaar is, heeft hij een fietsongeluk waarbij de linkerkant van zijn visuele cortex wordt
beschadigd. Nadien rapporteert hij geen visuele ervaringen meer te hebben aan zijn rechterkant ->
hij is corticaal blind (ogen zijn oke, cortex niet)
blindziende patiënten zijn zich niet bewust van visuele stimuli waarop ze toch (meestal) correct
kunnen reageren als ze gevraagd worden te gokken
Colin McGinn: we zijn gewoon niet slim genoeg
De “explanatory gap” is een epistemologisch probleem
Er is in principe wel een wetenschappelijke, materialistische verklaring van fenomenaal bewustzijn
mogelijk, maar mensen hebben simpelweg niet de nodige cognitieve capaciteiten om het lichaamgeest debat op te lossen, of om te zien hoe materialisme correct kan zijn
Het brein als startpunt nemen. → Neurowetenschap
In dit geval hoeven we nooit mentale concepten te introduceren. Alles kan worden verklaard zonder
te refereren naar bewustzijn! Als je alleen naar het brein kijkt, is er eigenlijk geen reden om te zeggen
dat iemand bewustzijn heeft
(je kan niet zeggen dat het duidelijk is dat “daar in het brein” de smaak van chocolade zit)
De geest als startpunt nemen. → Introspectie
In dit geval hoeven we nooit fysieke elementen te introduceren. We hoeven niet te refereren naar
het brein of het lichaam! Via introspectie alleen kom je er niet achter dat je om te denken en te
voelen een brein nodig hebt
(anders hadden de oude Grieken en Egyptenaren het lichaam-geestprobleem wel reeds op een
materialistische wijze opgelost).
Is McGinn’s argumentatie een probleem voor het materialisme?
Enerzijds niet: Volgens McGinn is er geen metafysisch probleem voor materialisme: het kan
goed zijn dat de wereld in elkaar zit zoals materialisme aanneemt, en alles fysiek is.
Anderzijds wel: Volgens McGinn zullen we fenomenaal bewustzijn en het lichaam-geest
probleem nooit op materialistische wijze kunnen verklaren omdat we simpelweg niet over de
nodige cognitieve capaciteiten beschikken. Er lijkt dus een groot (en onoverkomelijk)
epistemologisch probleem te zijn.
De natuurlijke methode
Owen Flanagan: “Start by treating three different lines of
analysis with equal respect. Give phenomenology its due.
Listen carefully to what individuals have to say about how
things seem. Also, let the psychologists and cognitive scientists have their say. Listen carefully to their description about how mental life works and what jobs consciousness has, if any, in
its overall economy. Finally, listen carefully to what the neurologists say about how conscious mental events of different sorts are realized, and examine the fit between their stories and the phenomenal and psychological stories.” (Flanagan, 1992, p. 11; 1995a, p. 1104; 1995b, pp. 7-8.)
Je kan natuurlijk elk van deze
disciplines apart gebruiken en
mogelijk kennis vergaren over het
bewustziijn, Maar het gaat Flanagan
om het idee dat als je twee of
meerdere van deze disciplines
combineert, je kennis vergaart die je niet had kunnen vergaren met één ervan
Voorbeeld: de natuurlijke methode toepassen
De penfield Homunculus
Penfield ontdekte welke delen van het menselijke brein gewijd zijn aan het verwerken van
motorische en zintuiglijke functies. Dit kon hij enkel ontdekken door een combinatie van
(1) hersenonderzoek en
(2) de fenomenologie van zijn patiënten
Depressie
Fenomenologisch karakter: langdurige sombere stemming, verlies van interesse of plezier en een gevoel van waardeloosheid.
Neurologisch onderzocht om behandeling te vinden: tijdens langdurige periodes van stress, komener hormonen vrij die effecten hebben op bepaalde delen van het brein: deze krimpen
Toedienen van medicijnen die neurotransmitters als serotonine doen verhogen, doen deze
delen terug groeien, en is een effectieve behandeling van depressie